Micropilot FMR53, FMR54 FOUNDATION Fieldbus
7.2
Integratie in het FF-netwerk
• Voor meer gedetailleerde informatie over het integreren van het instrument in het FF-
systeem, zie de beschrijving voor de gebruikte configuratiesoftware.
• Waarborg bij het integreren van de veldinstrumenten in het FF-systeem, dat de juiste
bestanden worden gebruikt. U kunt de vereiste versie uitlezen via de
instrumentrevisie/DEV_REV en DD-revisie/ DD_REV parameters in het Resource
Block.
Het instrument wordt als volgt in het FF-netwerk geïntegreerd:
1.
Start het FF-configuratieprogramma.
2.
Download de CFF en de instrumentbeschrijvingsbestanden (*.ffo, *.sym (voor formaat
4) *ff5, *sy5 (voor formaat 5) in het systeem.
3.
Configureer de interface.
4.
Configureer het instrument voor de meettaak en voor het FF-systeem.
7.3
Instrumentidentificatie en adressering
FOUNDATION Fieldbus identificeert het instrument met de identificatiecode (Device ID) en
kent deze automatisch een geschikt veldadres toe. De identificatiecode kan niet worden
veranderd. Het instrument verschijnt op het netwerkdisplay nadat u het FF-
configuratieprogramma heeft gestart en het instrument in het netwerk heeft geïntegreerd. De
beschikbare blokken worden getoond onder de instrumentnaam.
Wanneer de instrumentbeschrijving nog niet is geladen, melden de blokken "Unknown" of
"(UNK)".
Endress+Hauser
Integratie in een FOUNDATION Fieldbus-netwerk
25