4
Voertuig
Het Autopilot geautomatiseerde besturingssysteem
NB – Voor geavanceerde instelopties neemt u contact op met uw dealer.
Instellen
De instellingen van het Autopilot systeem bekijken en aanpassen:
NB – Als de knop Autopilot configuratie niet weergegeven wordt, drukt u op Automatisch
stuursysteem en selecteert u Autopilot voor uw controller.
In het scherm Autopilot configuratie kunt u de instellingen bekijken en aanpassen van:
Gebruik
U moet het Autopilot geautomatiseerde besturingssysteem kalibreren en instellen
voordat u het gaat gebruiken.
Inschakelen van het systeem
Voordat u het Autopilot systeem kunt inschakelen, moet u:
5 4
FM-750 Display Gebruikershandleiding
1.
In het geleidingsscherm drukt u op
2.
Druk op
Automatische besturing
Online agressiviteit
•
Bestuurderswaarschuwing
•
Afstand voor kopakkerwaarschuwing
•
NMEA uitvoer. Zie
•
Bewaar voertuigconfiguratie (het virtuele toetsenbord gebruiken om uw huidige
•
voertuigconfiguratie op te slaan)
in het geleidingsscherm een perceel openen
•
een AB lijn definiëren
•
het voertuig binnen de geconfigureerde inschakellimieten plaatsen.
•
en daarna op
Hoofdstuk 7,
GPS.
en daarna op
Voertuig
Autopilot configuratie
.
: