Lay-outmethode (Layout Method)
Hier geeft u aan hoe de achtergrondafbeelding op het papier moet worden geplaatst.
Als u Aangepast (Custom) selecteert, kunt u de coördinaten voor de X-positie (X-Position) en de
Y-positie (Y-Position) opgeven.
Intensiteit (Intensity)
Hier past u de intensiteit aan van de bitmap die u als achtergrond wilt gebruiken.
Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, neemt de intensiteit toe en wanneer u de
schuifregelaar naar links schuift, neemt de intensiteit af. Als u de achtergrond wilt afdrukken met de
intensiteit van de oorspronkelijke bitmap, sleept u de schuifregelaar helemaal naar rechts.
Opmerking
• Afhankelijk van de omgeving is deze functie mogelijk niet beschikbaar.
• Klik op Standaard (Defaults) om Bestand (File) in te stellen op leeg en Lay-outmethode (Layout
Method) op Pagina vullen (Fill page) en om de schuifregelaar Intensiteit (Intensity) in het
midden te plaatsen.
Tabblad Instellingen opslaan (Save settings)
Op het tabblad Instellingen opslaan (Save settings) kunt u een nieuwe achtergrond registreren of
een overbodige achtergrond verwijderen.
Titel (Title)
Voer de titel in om de opgegeven achtergrondafbeelding op te slaan.
U kunt maximaal 64 tekens invoeren.
Opmerking
• Spaties, tabs en regeleinden kunnen niet aan het begin of einde van een titel worden
ingevoerd.
Achtergronden (Backgrounds)
Hier ziet u een lijst met geregistreerde achtergronden.
Selecteer een titel om de betreffende achtergrond weer te geven bij Titel (Title).
Opslaan (Save)/Opslaan overschrijven (Save overwrite)
Hiermee slaat u de afbeeldingsgegevens op als achtergrond.
Klik op deze knop nadat u een Titel (Title) hebt opgegeven.
Verwijderen (Delete)
Hiermee verwijdert u een overbodige achtergrond.
Selecteer de titel van de overbodige achtergrond in de lijst Achtergronden (Backgrounds) en klik
daarna op deze knop.
234