Download Print deze pagina

Advertenties

G2000 series
Online handleiding
Printerfuncties
Overzicht
Afdrukken
Scannen
Problemen oplossen
Nederlands (Dutch)

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Canon G2000 Series

  • Pagina 1 G2000 series Online handleiding Printerfuncties Overzicht Afdrukken Scannen Problemen oplossen Nederlands (Dutch)
  • Pagina 2 Inhoud Deze online handleiding gebruiken........12 Handelsmerken en licenties.
  • Pagina 3 Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows)..... . 69 De printkoppen reinigen............. . 70 De papierinvoerrollen reinigen.
  • Pagina 4 Het geluid van de Printer reduceren..........125 De bedieningsmodus van de Printer aanpassen.
  • Pagina 5 Canon IJ-printerstuurprogramma........
  • Pagina 6 Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld........
  • Pagina 7 Scannen met voorkeursinstellingen..........337 Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen).
  • Pagina 8 Dialoogvenster Voorkeuren..........473 Tabblad Scanner.
  • Pagina 9 Het kopiëren/afdrukken stopt............538 Scanproblemen (Windows).
  • Pagina 10 Er treedt een fout op............. . . 575 Er wordt een bericht weergegeven.
  • Pagina 11 5700..............622 5B00.
  • Pagina 12 Deze online handleiding gebruiken Symbolen in dit document Gebruikers van aanraakgevoelige apparaten (Windows) Symbolen in dit document Waarschuwing Instructies die u moet volgen om te voorkomen dat er als gevolg van een onjuiste bediening van het apparaat gevaarlijke situaties ontstaan die mogelijk tot ernstig lichamelijk letsel of zelfs de dood kunnen leiden.
  • Pagina 13 Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Bluetooth is een handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc., V.S. en gebruiksrecht van dit product is verleend aan Canon Inc. Opmerking • De officiële naam van Windows Vista is Microsoft Windows Vista-besturingssysteem.
  • Pagina 14 Version 2.0, January 2004 http://www.apache.org/licenses/ TERMS AND CONDITIONS FOR USE, REPRODUCTION, AND DISTRIBUTION 1. Definitions. "License" shall mean the terms and conditions for use, reproduction, and distribution as defined by Sections 1 through 9 of this document. "Licensor" shall mean the copyright owner or entity authorized by the copyright owner that is granting the License.
  • Pagina 15 3. Grant of Patent License. Subject to the terms and conditions of this License, each Contributor hereby grants to You a perpetual, worldwide, non-exclusive, no-charge, royalty-free, irrevocable (except as stated in this section) patent license to make, have made, use, offer to sell, sell, import, and otherwise transfer the Work, where such license applies only to those patent claims licensable by such Contributor that are necessarily infringed by their Contribution(s) alone or by combination of their Contribution(s) with the Work to which such Contribution(s) was submitted.
  • Pagina 16 appropriateness of using or redistributing the Work and assume any risks associated with Your exercise of permissions under this License. 8. Limitation of Liability. In no event and under no legal theory, whether in tort (including negligence), contract, or otherwise, unless required by applicable law (such as deliberate and grossly negligent acts) or agreed to in writing, shall any Contributor be liable to You for damages, including any direct, indirect, special, incidental, or consequential damages of any character arising as a result of this License or out of the use or inability to use the Work (including but not limited to damages for loss of...
  • Pagina 17 * Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution. * Neither the name of the Networks Associates Technology, Inc nor the names of its contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission.
  • Pagina 18 Sun, Sun Microsystems, the Sun logo and Solaris are trademarks or registered trademarks of Sun Microsystems, Inc. in the U.S. and other countries. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
  • Pagina 19 Copyright (c) 2004, Cisco, Inc and Information Network Center of Beijing University of Posts and Telecommunications. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
  • Pagina 20 IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. Het volgende is alleen van toepassing op producten die Wi-Fi ondersteunen. (c) 2009-2013 by Jeff Mott. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions, and the following disclaimer.
  • Pagina 21 Typ trefwoorden in het zoekvenster en klik op (Zoeken). U kunt zoeken naar doelpagina's in deze handleiding. Voorbeeld: '(modelnaam van uw product) papier plaatsen' Zoektips U kunt in het zoekvenster trefwoorden invoeren om te zoeken naar doelpagina's. Belangrijk • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar in sommige landen/regio's. Opmerking •...
  • Pagina 22 Opmerking • Het weergegeven scherm hangt af van uw product. • Zoeken naar toepassingsfuncties Voer de naam van uw toepassing in plus een trefwoord voor de functie waarover u informatie zoekt Voorbeeld: als u wilt weten hoe u collages kunt afdrukken met My Image Garden Voer in het zoekvenster "My Image Garden collage"...
  • Pagina 23 Het apparaat gebruiken Foto's afdrukken vanaf een computer Originelen kopiëren...
  • Pagina 24 Foto's afdrukken vanaf een computer In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto's kunt afdrukken met My Image Garden. In dit gedeelte worden vensters gebruikt die worden weergegeven wanneer het besturingssysteem Windows 8.1 (hierna Windows 8.1 genoemd) wordt gebruikt. 1. Open de papiersteun (A). 2.
  • Pagina 25 Het scherm Hulpmenu (Guide Menu) wordt weergegeven. Opmerking • Hoeveel en welke soorten pictogrammen worden weergegeven, hangt af van uw regio, de geregistreerde printer/scanner en de geïnstalleerde toepassingen. 6. Klik op het pictogram Foto's afdrukken (Photo Print) (F). 7. Klik op de map (G) met de foto's die u wilt afdrukken. 8.
  • Pagina 26 9. Klik op Afdrukken (Print) (I). 10. Geef het aantal exemplaren, de naam van het apparaat, het mediumtype enzovoort (J) op. 11. Klik op Afdrukken (Print) (K). Voor Mac OS: Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken (Print) in het bevestigingsbericht. Opmerking •...
  • Pagina 27 Originelen kopiëren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u originelen plaatst en deze op gewoon papier kopieert. 1. Open de papiersteun (A). 2. Trek de papieruitvoerlade (B) uit en open het verlengstuk van de uitvoerlade (C). 3. Plaats papier MET DE AFDRUKZIJDE NAAR U TOE GERICHT. 4.
  • Pagina 28 6. Plaats het origineel MET DE TE KOPIËREN ZIJDE NAAR BENEDEN en lijn het uit met de positiemarkering (F). 7. Sluit de documentklep voorzichtig. 8. Druk op de knop Zwart (Black) of op de knop Kleur (Color) (G). Belangrijk • Wacht met het openen van de documentklep totdat het kopiëren is voltooid. Opmerking •...
  • Pagina 29 Printerfuncties Eenvoudig foto's afdrukken met My Image Garden Eenvoudig scannen met de automatische functie Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Meerdere originelen tegelijk scannen Integratiefunctie voor online opslag...
  • Pagina 30 Eenvoudig foto's afdrukken met My Image Garden Eenvoudig afbeeldingen ordenen In My Image Garden kunt u de namen van personen en gebeurtenissen bij foto's opslaan. U kunt foto's eenvoudig ordenen, omdat u deze niet alleen per map kunt weergeven, maar ook per agenda, gebeurtenis en persoon.
  • Pagina 31 Automatisch foto's plaatsen U kunt eenvoudig schitterende items maken, omdat de geselecteerde foto's automatisch op thema worden geplaatst. Diverse andere functies My Image Garden biedt een groot aantal andere nuttige functies. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. De mogelijkheden van My Image Garden (Windows) De mogelijkheden van My Image Garden (Mac OS)
  • Pagina 32 Eenvoudig scannen met de automatische functie Met de automatische functie van IJ Scan Utility kunt u eenvoudig scannen door automatisch het itemtype te detecteren. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Eenvoudig scannen met Automatische scan (Windows) Eenvoudig scannen met Automatische scan (Mac OS)
  • Pagina 33 Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Met de samenvoegfunctie van IJ Scan Utility kunt u de linker- en rechterhelft scannen van een item dat groter is dan de glasplaat en deze vervolgens tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
  • Pagina 34 Meerdere originelen tegelijk scannen Met IJ Scan Utility kunt u twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Meerdere originelen tegelijk scannen (Windows) Meerdere originelen tegelijk scannen (Mac OS)
  • Pagina 35 Integratiefunctie voor online opslag De printer kan worden geïntegreerd met online opslagservices zoals Evernote. Integratie met het online notitieprogramma 'Evernote' Als een Evernote-clienttoepassing op uw computer is geïnstalleerd, kunt u gescande afbeeldingen importeren in de toepassing en uploaden naar de server van Evernote. Vanaf bijvoorbeeld andere computers of smartphones kan door de geüploade afbeeldingen worden gebladerd.
  • Pagina 36 Omgaan met papier, originelen, inkttanks, enz. Papier plaatsen Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen Originelen die u kunt plaatsen Inkttanks opnieuw vullen Inkttanks opnieuw vullen De inktstatus controleren...
  • Pagina 37 Papier plaatsen Normaal papier/fotopapier plaatsen Enveloppen plaatsen...
  • Pagina 38 (5 x 7 inch), 13 x 13 cm (5 x 5 inch), of Kaart 55 x 91 mm (2,17 x 3,58 inch), kan het papier vastlopen. Opmerking • Wij raden aan om origineel fotopapier van Canon te gebruiken voor het afdrukken van foto's. Raadpleeg Mediumtypen die u kunt gebruiken voor meer informatie over origineel Canon-papier.
  • Pagina 39 4. Schuif de papiergeleiders (D) open en plaats het papier in het midden van de achterste lade MET DE AFDRUKZIJDE NAAR U TOE GERICHT. 5. Schuif de papiergeleiders (D) tegen de zijkanten van de papierstapel. Schuif de papiergeleiders niet te hard tegen het papier. Dan wordt het papier misschien niet goed ingevoerd.
  • Pagina 40 Opmerking • Plaats het papier niet hoger dan de markering voor de maximumcapaciteit (G). Opmerking • Wanneer u afdrukt, selecteert u het formaat en type van het geplaatste papier in het venster met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 41 Enveloppen plaatsen U kunt DL-enveloppen en COM10-enveloppen plaatsen. Het adres wordt automatisch geroteerd en afgedrukt aan de hand van de richting van de envelop, zoals opgegeven in het printerstuurprogramma. Belangrijk • Afdrukken van enveloppen vanuit het bedieningspaneel wordt niet ondersteund. •...
  • Pagina 42 4. Schuif de papiergeleiders (D) open en plaats de enveloppen in het midden van de achterste lade MET DE ADRESZIJDE NAAR U TOE GERICHT. De gevouwen klep van de envelop bevindt zich naar beneden gericht aan de linkerzijde. Er kunnen maximaal 10 enveloppen tegelijk worden geplaatst. 5.
  • Pagina 43 E: Achterzijde F: Adreszijde Opmerking • Plaats de enveloppen niet hoger dan de markering voor de maximumcapaciteit (G). Opmerking • Wanneer u afdrukt, selecteert u het formaat en type van de geplaatste enveloppen in het venster met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 44 Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen Originelen die u kunt plaatsen...
  • Pagina 45 Originelen op de glasplaat plaatsen 1. Open de documentklep. 2. Plaats het origineel MET DE TE SCANNEN ZIJDE NAAR BENEDEN op de glasplaat. Originelen die u kunt plaatsen Lijn de hoek van het origineel uit met de positiemarkering Belangrijk • Let op het volgende wanneer u het origineel op de glasplaat legt. •...
  • Pagina 46 Belangrijk • Let erop dat u de documentklep sluit nadat u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, voordat u begint met kopiëren of scannen.
  • Pagina 47 Originelen die u kunt plaatsen Item Details Typen originelen - Tekstdocument, tijdschrift, krant - Afgedrukte foto, ansichtkaart, visitekaartje, disc (bd/dvd/cd enzovoort) Grootte (breedte x hoogte) Maximaal 216 x 297 mm (8,5 x 11,7 inch)
  • Pagina 48 Inkttanks opnieuw vullen Inkttanks opnieuw vullen De inktstatus controleren...
  • Pagina 49 Inkttanks opnieuw vullen Controleer het resterende inktniveau aan de hand van de inkttankaanduiding op de voorzijde van het apparaat. Als het inktniveau in de buurt van de ondergrenslijn (A) komt, vult u de inkttank bij. Opmerking • Als de functie voor het melden van het resterende inktniveau (meldingsfunctie voor resterend inktniveau) is ingeschakeld, informeren het Inkt (Ink)-lampje en het Alarm-lampje u over de fout als er een fout met de resterende ink optreedt.
  • Pagina 50 Belangrijk • Leg geen voorwerpen op de documentklep. Deze kunnen in de achterste lade vallen wanneer de scaneenheid / klep wordt geopend en ertoe leiden dat het apparaat niet meer naar behoren werkt. • Raak de slangetjes of andere onderdelen in het apparaat niet aan. 3.
  • Pagina 51 Belangrijk • Verwijder het tankkapje voorzichtig van de inkttank. Inkt op de binnenkant van het tankkapje kan spatten wanneer u het kapje verwijdert. 5. Haal een nieuwe inktfles uit de verpakking. 6. Houd de inktfles rechtop en draai aan het fleskapje (G) om dit te verwijderen.
  • Pagina 52 Belangrijk • Let op dat u niet in de zijkanten van de inktfles knijpt wanneer u het fleskapje verwijdert. Houd de inktfles zoals in de bovenstaande afbeelding. Als u de zijkanten van de inktfles indrukt, zal er inkt spatten. • Schud niet met de inktfles. Er kan inkt spatten wanneer u het kapje opent. •...
  • Pagina 53 Zorg dat het tankkapje goed is geplaatst. Opmerking • Wanneer u het tankkapje plaatst, moet u erop letten dat u het rubber van het tankkapje niet verdraait. 9. Sluit het klepje over de inkttanks. Belangrijk • Als u het klepje over de inkttanks niet goed kunt sluiten, controleer dan of u bent vergeten tankkapjes op de inkttanks te plaatsen.
  • Pagina 54 • De inkt kan permanente vlekken veroorzaken op kleding of andere eigendommen. De inktvlekken kunnen mogelijk niet worden uitgewassen. • Gebruik inktflessen en de inkt erin alleen om tanks te vullen van door Canon opgegeven printers. • Laat geen inktflessen achter op plaatsen waar ze worden blootgesteld aan hoge temperaturen, zoals in de buurt van vuur, een verwarming of in een auto.
  • Pagina 55 • Zodra een inktfles is geopend, mag u deze niet laten staan met het fleskapje eraf. De inkt droogt uit waardoor het apparaat mogelijk niet correct werkt wanneer een inkttank opnieuw wordt gevuld met deze fles. Opmerking • Mogelijk wordt toch kleureninkt verbruikt wanneer u een document in zwart-wit afdrukt of wanneer u hebt aangegeven een zwart-witafdruk te willen maken.
  • Pagina 56 De inktstatus controleren Controleer de inktstatus aan de hand van de inkttankaanduiding op de voorzijde van het apparaat. Wanneer de inkt de bovengrenslijn (A) bereikt, is de tank vol. Wanneer de inkt zich in de buurt van de ondergrenslijn (B) bevindt, is de inkt bijna op. Vul de inkttank opnieuw.
  • Pagina 57 Als de meldingsfunctie voor het resterende inktniveau is ingeschakeld U kunt controleren of de inkt op is aan de hand van het Inkt (Ink)-lampje. C: Alarm-lampje D: Inkt (Ink)-lampje Inkt (Ink)-lampje brandt en Alarm-lampje brandt: De kleureninkt en/of de zwarte inkt is op. Vul de inkttanks met inkt.
  • Pagina 58 Onderhoud Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Mac OS) Reiniging...
  • Pagina 59 Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsprocedure Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Controleraster voor de spuitopeningen bekijken De printkop reinigen Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren De Printkop uitlijnen...
  • Pagina 60 Onderhoudsprocedure Als de afdrukresultaten vaag zijn, kleuren niet correct worden afgedrukt of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten (bijvoorbeeld omdat lijnen niet evenwijdig worden afgedrukt), voert u de onderstaande onderhoudsprocedure uit. Belangrijk • Spoel de printkop niet af en veeg deze niet schoon. Dit kan cartridgeproblemen veroorzaken. Opmerking •...
  • Pagina 61 Als het probleem niet is opgelost nadat u stap 1 tot en met stap 3 tweemaal hebt uitgevoerd: Voer een diepte-reiniging van de printkop uit. Stap 4 Vanaf het apparaat Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren Vanaf de computer De printkoppen reinigen (Windows) De printkoppen reinigen (Mac OS) Opmerking...
  • Pagina 62 Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Druk het controleraster voor de spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopening van printkop wordt gespoten. Opmerking • Als de inkt bijna op is, wordt het controleraster niet goed afgedrukt. Vul inkttanks die bijna leeg zijn.
  • Pagina 63 Controleraster voor de spuitopeningen bekijken Bekijk het controleraster voor de spuitopeningen en reinig zo nodig de printkop. 1. Controleer of er lijnen ontbreken in raster A en controleer of raster B horizontale witte strepen bevat. Als er lijnen ontbreken in raster A: printkop reiniging is vereist.
  • Pagina 64 De printkop reinigen De printkop moet worden gereinigd als er in het afgedrukte controleraster voor de spuitopeningen lijnen ontbreken of horizontale witte strepen worden weergegeven. Door een reiniging uit te voeren worden de spuitopeningen vrij gemaakt en de toestand van de printkop hersteld. Bij het reinigen van de printkop wordt inkt verbruikt.
  • Pagina 65 Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd door de normale reiniging van de printkop, moet u een diepte- reiniging van de printkop uitvoeren. Bij een diepte-reiniging van de printkop wordt meer inkt verbruikt dan bij een normale reiniging van de printkop.
  • Pagina 66 De Printkop uitlijnen Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen. Opmerking • Als de inkt bijna op is, wordt het uitlijningsblad niet correct afgedrukt. Vul inkttanks die bijna leeg zijn.
  • Pagina 67 Belangrijk • Raak de afdruk op het uitlijningsblad niet aan. Als het blad vlekken vertoont of gekreukt is, wordt het mogelijk niet juist gescand. • Als het uitlijningsblad niet goed is afgedrukt, drukt u op de knop Stoppen (Stop) en begint u de procedure opnieuw.
  • Pagina 68 • Als u de huidige aanpassingswaarden voor de printkoppositie wilt afdrukken en controleren, houdt u de knop Stoppen (Stop) ingedrukt totdat het Alarm-lampje tienmaal knippert, waarna u de knop direct loslaat.
  • Pagina 69 Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) De printkoppen reinigen De papierinvoerrollen reinigen De Printkop uitlijnen De positie van de printkop automatisch uitlijnen De positie van de printkop uitlijnen Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken De binnenkant van de printer reinigen...
  • Pagina 70 De printkoppen reinigen Met de functies voor reiniging van de printkop en diepte-reiniging kunt u verstopte spuitopeningen van de printkop weer vrijmaken. Reinig de printkoppen wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al is er genoeg inkt. Als de situatie niet verbetert nadat u een diepte-reiniging hebt uitgevoerd, voert u een systeemreiniging uit.
  • Pagina 71 Diepte-reiniging (Deep Cleaning) Diepte-reiniging (Deep Cleaning) is grondiger dan een normale reiniging. U gebruikt deze functie als een probleem met de printkop niet is opgelost nadat u de functie Reiniging (Cleaning) tweemaal hebt uitgevoerd. 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 72 2. Klik op Systeemreiniging (System Cleaning) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) In het dialoogvenster Systeemreiniging (System Cleaning) dat wordt geopend, selecteert u de inktgroep die een systeemreiniging moet ondergaan. Klik op Initiële controle-items (Initial Check Items) om de items te bekijken die u moet controleren voordat u een systeemreiniging uitvoert.
  • Pagina 73 De papierinvoerrollen reinigen U kunt de papierinvoerrollen reinigen. U doet dit als er stukjes papier aan de papierinvoerrollen vastzitten en het papier niet goed wordt ingevoerd. De procedure voor het reinigen van de papierinvoerrol is als volgt: Reiniging rollen (Roller Cleaning) 1.
  • Pagina 74 De Printkop uitlijnen Wanneer u de positie van de printkop aanpast, worden fouten in de printkoppositie gecorrigeerd en foutieve kleuren en streepvorming verbeterd. Als het afdrukresultaat ongelijkmatig is vanwege verschoven lijnen of andere fouten, past u de positie van de printkop aan. Op deze printer kunt u de printkop automatisch handmatig...
  • Pagina 75 De positie van de printkop uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
  • Pagina 76 Zelfs als u op de patronen met de minst zichtbare strepen of lijnen klikt in het voorbeeldvenster, worden de nummers automatisch in de bijbehorende vakken geplaatst. Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, selecteert u de instelling waarbij de verticale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn.
  • Pagina 77 Voer de nummers van de patronen met de minst zichtbare strepen in de bijbehorende vakken in. Als u klikt op de patronen met de minst zichtbare strepen in het voorbeeldvenster, worden de nummers automatisch in de bijbehorende vakken geplaatst. Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking •...
  • Pagina 78 De positie van de printkop automatisch uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
  • Pagina 79 Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Met de functie voor controle van de spuitopeningen kunt u controleren of de printkop goed functioneert door een controleraster af te drukken. Druk een controleraster af wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt.
  • Pagina 80 De binnenkant van de printer reinigen Voer een reiniging van de onderste plaat uit voordat u dubbelzijdig afdrukt, om te voorkomen dat er vegen op de achterzijde van het papier ontstaan. Voer ook een reiniging van de onderste plaat uit als er inktvegen op een afdruk voorkomen die niet worden veroorzaakt door de afdrukgegevens.
  • Pagina 81 Reiniging De buitenkant van het apparaat reinigen De glasplaat en de documentklep reinigen De papierinvoerrol reinigen Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat)
  • Pagina 82 De buitenkant van het apparaat reinigen Gebruik altijd een zachte en droge doek, bijvoorbeeld een brillendoekje, en veeg vuilresten voorzichtig van het oppervlak. Strijk eventuele kreukels in de doek zo nodig glad voordat u de doek gebruikt. Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
  • Pagina 83 De glasplaat en de documentklep reinigen Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen. • Gebruik voor het reinigen geen tissues, papieren handdoekjes, doeken met een grove structuur of soortgelijk materiaal omdat deze krassen kunnen veroorzaken.
  • Pagina 84 De papierinvoerrol reinigen Als de papierinvoerrol vuil is of als er papierstof op ligt, wordt het papier mogelijk niet goed ingevoerd. Reinig in dat geval de papierinvoerrol. Als u de papierinvoerrol reinigt, slijt deze. Reinig de rol daarom alleen als dat nodig is. U moet het volgende voorbereiden: drie vellen gewoon papier van A4- of Letter-formaat 1.
  • Pagina 85 Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Hiermee verwijdert u vlekken van de binnenkant van het apparaat. Als het binnenste van het apparaat vuil wordt, kan bedrukt papier ook vuil worden. Daarom raden we u aan de binnenkant van het apparaat regelmatig te reinigen.
  • Pagina 86 Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
  • Pagina 87 Overzicht Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel De apparaatinstellingen initialiseren Zorgen voor optimale afdrukresultaten Inkttips Afdruktips Geef de papierinstellingen op nadat u het papier hebt geplaatst Een afdruktaak annuleren...
  • Pagina 88 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving...
  • Pagina 89 Veiligheidsvoorschriften Een locatie kiezen • Installeer de printer op een stabiele plaats die vrij van trillingen is. • Installeer de printer niet op een plaats die zeer vochtig of stoffig is en niet in direct zonlicht, buitenshuis of dicht bij een warmtebron. U kunt het risico van brand of elektrische schokken beperken door de printer te gebruiken in de werkingsomgeving die staat aangegeven in de Specificaties.
  • Pagina 90 For more information about where you can drop off your waste equipment for recycling, please contact your local city office, waste authority, approved WEEE scheme or your household waste disposal service. For more information regarding return and recycling of WEEE products, please visit www.canon- europe.com/weee.
  • Pagina 91 U kunt ook het schema voor de afvoer van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) raadplegen. Ga voor meer informatie over het inzamelen en recyclen van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur naar www.canon- europe.com/weee.
  • Pagina 92 Si desea más información acerca de la devolución y reciclado de RAEE, visite la web www.canon-europe.com/weee. Només per a la Unió Europea i a l’Espai Econòmic Europeu (Noruega, Islàndia i Liechtenstein) Aquest símbol indica que aquest producte no s’ha de llençar a les escombraries de la llar, d’acord amb la...
  • Pagina 93 Yderligere oplysninger om, hvor du kan bortskaffe dit elektronikaffald med henblik på genanvendelse, får du hos de kommunale renovationsmyndigheder. Yderligere oplysninger om returnering og genanvendelse af affald af elektrisk og elektronisk udstyr får du ved at besøge www.canon- europe.com/weee.
  • Pagina 94 Du kan få mer informasjon om hvor du kan avhende utrangert utstyr til resirkulering ved å kontakte lokale myndigheter, et godkjent WEEE-program eller husholdningens renovasjonsselskap. Du finner mer informasjon om retur og resirkulering av WEEE-produkter på www.canon-europe.com/weee. Vain Euroopan unionin sekä ETA:n (Norja, Islanti ja Liechtenstein) alueelle.
  • Pagina 95 úřad vaší obce, správní orgán vykonávající dozor nad likvidací odpadu, sběrny OEEZ nebo služba pro odvoz komunálního odpadu. Další informace týkající se vracení a recyklace OEEZ naleznete na adrese www.canon-europe.com/weee. Csak az Európai Unió és az EGT (Norvégia, Izland és Liechtenstein) országaiban...
  • Pagina 96 WEEE lub skontaktować się z przedsiębiorstwem zajmującym się wywozem odpadów domowych. Więcej informacji o zwracaniu i recyklingu zużytego sprzętu elektrycznego i elektronicznego znajduje się w witrynie www.canon-europe.com/weee. Platí len pre štáty Európskej únie a EHP (Nórsko, Island a Lichtenštajnsko) Tento symbol znamená, že podľa Smernice 2012/19/EÚ...
  • Pagina 97 į savo miesto valdžios institucijas, atliekų tvarkymo organizacijas, patvirtintų EEĮ atliekų sistemų arba jūsų buitinių atliekų tvarkymo įstaigų atstovus. Išsamesnės informacijos apie EEĮ atliekų grąžinimo ir perdirbimo tvarką galite rasti apsilankę tinklalapyje www.canon- europe.com/weee. Samo za Evropsko unijo in EGP (Norveška, Islandija in Lihtenštajn)
  • Pagina 98 OEEO. Če želite več informacij o vračanju in recikliranju izdelkov v skladu z direktivo OEEO, obiščite www.canon-europe.com/weee. Само за Европейския съюз и ЕИП (Норвегия, Исландия и Лихтенщайн) Този...
  • Pagina 99 şi reciclarea produselor DEEE, vizitaţi www.canon-europe.com/ weee. Samo za Europsku uniju i EEZ (Norveška, Island i Lihtenštajn) Ovaj simbol pokazuje da se ovaj proizvod ne smije odlagati s kućnim otpadom sukladno WEEE Direktivi (2012/19/EC) i vašem nacionalnom zakonu. Ovaj proizvod je potrebno predati na posebno mjesto za sakupljanje otpada, npr.
  • Pagina 100 ® Energy Star ® The Energy Star programme is a voluntary scheme to promote the development and purchase of energy efficient models, which help to minimise environmental impact. ® Products which meet the stringent requirements of the Energy Star programme for both environmental ®...
  • Pagina 101 Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening...
  • Pagina 102 Hoofdonderdelen Vooraanzicht Achteraanzicht Binnenaanzicht Bedieningspaneel...
  • Pagina 103 Vooraanzicht (1) documentklep Open deze klep als u een origineel op de glasplaat wilt plaatsen. (2) papiersteun Open de klep om papier in de achterste lade te plaatsen. (3) papiergeleiders Schuif beide geleiders tegen beide zijden van de stapel papier aan. (4) achterste lade Plaats hier papier.
  • Pagina 104 (7) glasplaat Plaats hier een origineel. (8) bedieningspaneel Gebruik het bedieningspaneel om de apparaatinstellingen te wijzigen of het apparaat te bedienen. Bedieningspaneel...
  • Pagina 105 Achteraanzicht (1) USB-poort Sluit hier de USB-kabel aan om het apparaat op een computer aan te sluiten. Belangrijk • Raak het metalen omhulsel niet aan. • De USB-kabel mag niet worden losgekoppeld of aangesloten terwijl het apparaat bezig is met afdrukken of het scannen van originelen met de computer.
  • Pagina 106 Binnenaanzicht (1) klepjes over inkttanks Open deze als u de inkttanks opnieuw wilt vullen. (2) scaneenheid / klep Deze eenheid wordt gebruikt voor het scannen van originelen. Open deze als u inkttanks opnieuw wilt vullen of vastgelopen papier wilt verwijderen. (3) inkttanks De zwarte inkttank bevindt zich aan de rechterkant en de kleureninkttanks (cyaan, magenta en geel) bevinden zich aan de linkerkant.
  • Pagina 107 Bedieningspaneel * Ter illustratie branden alle lampjes op het bedieningspaneel in de onderstaande afbeelding. (1) Knop AAN (ON) Hiermee kunt u het apparaat aan- of uitzetten. Het apparaat in- en uitschakelen (2) AAN (ON)-lampje Dit lampje knippert en brandt vervolgens wanneer het apparaat wordt aangezet. Opmerking •...
  • Pagina 108 (4) Inkt (Ink)-lampje Brandt of knippert wanneer de zwarte of kleureninkt bijna op is. (5) Knop Stoppen (Stop) Hiermee annuleert u een actieve afdruk-, kopieer- of scantaak. Wanneer u deze knop ingedrukt houdt, kunt u onderhoudsopties of apparaatinstellingen selecteren. (6) Knop Zwart (Black)* Hiermee start u kopiëren in zwart-wit.
  • Pagina 109 Stroomvoorziening Controleer of de printer is ingeschakeld Het apparaat in- en uitschakelen Kennisgeving over de stekker/het netsnoer Kennisgeving over het loskoppelen van het netsnoer...
  • Pagina 110 Controleer of de printer is ingeschakeld Het AAN (ON)-lampje brandt wanneer het apparaat is ingeschakeld. Opmerking • Het kan enige tijd duren voordat het apparaat met afdrukken begint nadat u het apparaat hebt ingeschakeld.
  • Pagina 111 Het apparaat in- en uitschakelen Het apparaat inschakelen 1. Druk op de knop AAN (ON) om het apparaat in te schakelen. Het AAN (ON)-lampje knippert en blijft daarna branden. Controleer of de printer is ingeschakeld Opmerking • Het kan enige tijd duren voordat het apparaat met afdrukken begint nadat u het apparaat hebt ingeschakeld.
  • Pagina 112 Opmerking • U kunt het apparaat automatisch laten uitschakelen wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden uitgevoerd of geen afdruktaken naar het apparaat zijn gestuurd. Deze functie is standaard ingeschakeld. De stroomvoorziening van de Printer beheren (Windows) De stroomvoorziening van de Printer beheren (Mac OS)
  • Pagina 113 Kennisgeving over de stekker/het netsnoer Koppel het netsnoer eenmaal per maand los om te controleren of geen van de onderstaande onregelmatigheden zich voordoet bij de stekker of het netsnoer. • De stekker/het netsnoer is heet. • De stekker/het netsnoer is roestig. •...
  • Pagina 114 Kennisgeving over het loskoppelen van het netsnoer Volg de onderstaande procedure om de stekker uit het stopcontact te trekken. Belangrijk • Wanneer u het netsnoer loskoppelt, drukt u op de knop AAN (ON) en controleert u daarna of het AAN (ON)-lampje uit is.
  • Pagina 115 Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel De apparaatinstellingen initialiseren...
  • Pagina 116 Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Afdrukopties wijzigen Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren De meldingsfunctie voor het resterende inktniveau wijzigen De stroomvoorziening van de Printer beheren Het geluid van de Printer reduceren De bedieningsmodus van de Printer aanpassen...
  • Pagina 117 Afdrukopties wijzigen U kunt de gedetailleerde instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen voor afdrukgegevens die worden verzonden vanuit een toepassing. Geef deze optie aan als u te maken hebt met afdrukproblemen, zoals een deel van beeldgegevens dat wordt afgesneden. De procedure voor het wijzigen van de afdrukopties is als volgt: 1.
  • Pagina 118 Wijzig desgewenst de instelling van elk item en klik op OK. Het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) wordt opnieuw weergegeven.
  • Pagina 119 Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren U kunt een veelgebruikt afdrukprofiel registreren bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Afdrukprofielen die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen. De procedure voor het opslaan van een afdrukprofiel is als volgt: Een afdrukprofiel registreren 1.
  • Pagina 120 4. Sla de instellingen op Geef een naam op in het veld Naam (Name). Klik zo nodig op Opties... (Options...) om opties in te stellen en klik vervolgens op OK. Klik in het dialoogvenster Veelgebruikte instellingen opslaan (Save Commonly Used Settings) op OK om de afdrukinstellingen op te slaan en terug te keren naar het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 121 De meldingsfunctie voor het resterende inktniveau wijzigen U kunt via het printerstuurprogramma de meldingsfunctie voor het resterende inktniveau wijzigen en de teller voor het resterende inktniveau opnieuw instellen. In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het wijzigen van de meldingsfunctie voor het resterende inktniveau.
  • Pagina 122 Wanneer het bevestigingsbericht wordt weergegeven, klikt u op OK. Wanneer u Sluiten selecteert, gaat u terug naar het tabblad Onderhoud (Maintenance). Vanaf dit moment wordt de instelling toegepast.
  • Pagina 123 De stroomvoorziening van de Printer beheren Met deze functie kunt u de stroomvoorziening van de printer vanuit het printerstuurprogramma beheren. De procedure voor het beheren van de stroomvoorziening van de printer is als volgt: Printer uit (Power Off) Met de functie Printer uit (Power Off) schakelt u de printer uit. Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u de printer niet inschakelen vanuit het printerstuurprogramma.
  • Pagina 124 (Disable) op dezelfde manier in de lijst. Opmerking • Als de printer wordt uitgeschakeld, hangt het bericht van de Canon IJ-statusmonitor af van de instelling voor Printer automatisch aan (Auto Power On). Wanneer Inschakelen (Enable) is geselecteerd, wordt een bericht weergegeven dat de printer stand-by staat.
  • Pagina 125 Het geluid van de Printer reduceren Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat de printer minder geluid maakt. Selecteer deze functie als u wilt dat de printer 's nachts of in andere omstandigheden minder geluid maakt. Wanneer u deze functie selecteert, kan het afdrukken langzamer verlopen. De procedure voor het gebruiken van de stille modus is als volgt: Stille instellingen (Quiet Settings) 1.
  • Pagina 126 Zorg dat de printer aan staat en klik op OK. Klik op OK in het bevestigingsbericht. De instellingen zijn geactiveerd. Opmerking • De stille modus kan minder effect hebben, afhankelijk van de instellingen voor afdrukkwaliteit.
  • Pagina 127 De bedieningsmodus van de Printer aanpassen Indien nodig kunt u schakelen tussen verschillende bedieningsmodi van de printer. De procedure voor het configureren van de Aangepaste instellingen (Custom Settings) is als volgt: Aangepaste instellingen (Custom Settings) 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 128 Droogtijd inkt (Ink Drying Wait Time) U kunt instellen hoe lang moet worden gewacht voordat op de printer de volgende pagina wordt afgedrukt. Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, is de wachttijd langer en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, is de wachttijd korter. Als het papier inktvlekken bevat, omdat de volgende pagina wordt uitgeworpen voordat de inkt op de afgedrukte pagina heeft kunnen drogen, verhoogt u de droogtijd voor de inkt.
  • Pagina 129 Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Stille instelling Het apparaat automatisch in-/uitschakelen...
  • Pagina 130 Stille instelling Schakel deze functie in als u het geluidsniveau van het apparaat wilt beperken, bijvoorbeeld wanneer u 's nachts afdrukt. Volg de onderstaande procedure om de instellingen op te geven. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Houd de knop Stoppen (Stop) ingedrukt en laat deze los nadat het Alarm-lampje 13 maal heeft geknipperd.
  • Pagina 131 Het apparaat automatisch in-/uitschakelen U kunt instellen dat het apparaat automatisch wordt in- of uitgeschakeld, afhankelijk van de omstandigheden. Het apparaat automatisch inschakelen Het apparaat automatisch uitschakelen Het apparaat automatisch inschakelen U kunt het apparaat automatisch inschakelen wanneer afdrukgegevens of een scanopdracht van een computer naar het apparaat worden gestuurd.
  • Pagina 132 • Voor Windows kunt u selecteren of u het apparaat automatisch wilt uitschakelen via ScanGear (printerstuurprogramma). U kunt de tijd waarna het apparaat wordt uitgeschakeld opgeven via ScanGear (scannerstuurprogramma).
  • Pagina 133 De apparaatinstellingen initialiseren U kunt de apparaatinstellingen initialiseren. Als u de apparaatinstellingen wilt initialiseren, houdt u de knop Stoppen (Stop) ingedrukt totdat het Alarm- lampje 24 maal heeft knippert. Laat vervolgens de knop los. Alle apparaatinstellingen zijn geïnitialiseerd. Voer zo nodig de installatie opnieuw uit nadat het apparaat is geïnitialiseerd. Opmerking •...
  • Pagina 134 Zorgen voor optimale afdrukresultaten Inkttips Afdruktips Geef de papierinstellingen op nadat u het papier hebt geplaatst Een afdruktaak annuleren Voorzorgsmaatregelen voor gebruik van het apparaat Een hoge afdrukkwaliteit handhaven De printer vervoeren...
  • Pagina 135 Daarom is de paginaopbrengst van de eerste meegeleverde set inktflessen lager dat die van de volgende sets flessen. Om de printerprestaties op peil te houden, wordt er op basis van de printerconditie door de Canon-printer een automatische reiniging uitgevoerd. Tijdens deze automatische reiniging wordt een kleine hoeveelheid inkt verbruikt.
  • Pagina 136 Afdruktips Controleer de apparaat status voordat u gaat afdrukken! • Is de printkop in orde? Als de spuitopening van printkop verstopt is, worden afdrukken vaag en wordt er papier verspild. Het is raadzaam de printkop te controleren door het controleraster voor de spuitopeningen af te drukken. Onderhoudsprocedure •...
  • Pagina 137 Geef de papierinstellingen op nadat u het papier hebt geplaatst Als het ingestelde mediumtype niet overeenkomt met het geplaatste papier, zijn de afdrukresultaten mogelijk niet naar behoren. Nadat u papier hebt geplaatst, moet u het juiste mediumtype voor het geplaatste papier selecteren.
  • Pagina 138 Een afdruktaak annuleren Druk nooit op de knop AAN (ON)! Als u tijdens het afdrukken op de knop AAN (ON) drukt, worden de afdrukgegevens die vanaf een computer worden verzonden in de wachtrij van het apparaat geplaatst en kunt u mogelijk niet meer afdrukken.
  • Pagina 139 Voorzorgsmaatregelen voor gebruik van het apparaat Leg geen voorwerpen op de documentklep! Leg geen voorwerpen op de documentklep. Deze kunnen in de achterste lade vallen als de documentklep wordt geopend en ertoe leiden dat het apparaat niet meer naar behoren werkt. Zorg er ook voor dat u het apparaat op een locatie plaatst waar geen voorwerpen op het apparaat kunnen vallen.
  • Pagina 140 Een hoge afdrukkwaliteit handhaven Voor een optimale afdrukkwaliteit is het belangrijk dat de printkop niet uitdroogt of verstopt raakt. Houd u altijd aan de volgende richtlijnen voor een optimale afdrukkwaliteit. Opmerking • Afhankelijk van het type papier kan de inkt vervagen als het afdrukgebied met een merk- of markeerstift is aangeraakt of uitlopen als het afdrukgebied met water of transpiratievocht in aanraking is geweest.
  • Pagina 141 De printer vervoeren Let op het volgende wanneer u het apparaat vervoert omdat u gaat verhuizen of het apparaat moet laten repareren. Belangrijk • U kunt geen inkt uit inkttanks halen. • Controleer of het tankkapje goed is geplaatst. Als het klepje over de inkttank niet volledig is gesloten, plaatst u het tankkapje correct.
  • Pagina 142 Belangrijk • Als het AAN (ON)-lampje brandt of knippert, mag u de stekker van het apparaat niet uit het stopcontact halen. Dit kan namelijk storingen of schade aan het apparaat veroorzaken waardoor u niet meer met het apparaat kunt afdrukken. 4.
  • Pagina 143 Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Het maken van kopieën en het scannen, afdrukken of het gebruiken van reproducties van de volgende documenten kan illegaal zijn. Deze lijst is niet volledig. Raadpleeg in geval van twijfel een jurist uit uw rechtsgebied. • Papiergeld •...
  • Pagina 144 Specificaties Algemene specificaties Afdrukresolutie (dpi) 4800* (horizontaal) x 1200 (verticaal) * Inktdruppels kunnen worden aangebracht met een tussenafstand van mini- maal 1/4800 inch. Interface USB-poort: Hi-Speed USB * * Een computer die voldoet aan de Hi-Speed USB-standaard is vereist. Aange- zien de Hi-Speed USB-interface volledig opwaarts compatibel is met USB 1.1, kan deze worden gebruikt met USB 1.1.
  • Pagina 145 Specificaties voor kopiëren Meerdere afdrukken max. 21 pagina's Specificaties voor scannen Scannerstuurprogramma Windows: TWAIN 1.9 specificatie, WIA Mac OS: ICA Maximumscanformaat A4/Letter, 216 x 297 mm / 8,5 x 11,7 inch Scanresolutie Optische resolutie (horizontaal x verticaal) max.: 600 x 1200 dpi *1 Max.
  • Pagina 146 Beeldscherm XGA 1024 x 768 Overige ondersteunde besturingssystemen Dit product kan niet worden gebruikt met iOS, Android, Windows RT en Windows 10 Mobile. • Een internetverbinding is vereist om Easy-WebPrint EX en de hele Online handleiding te kunnen gebruiken. • Windows: de werking kan alleen worden gegarandeerd op een computer waarop Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7, Windows Vista of Windows XP is geïnstalleerd.
  • Pagina 147 Informatie over papier Mediumtypen die u kunt gebruiken Maximaal aantal vellen Mediumtypen die u niet kunt gebruiken Afdrukgebied Afdrukgebied Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Letter, Legal Enveloppen...
  • Pagina 148 Mediumtypen die u kunt gebruiken Voor het beste afdrukresultaat kiest u papier dat geschikt is om op af te drukken. Canon levert diverse papiersoorten die geschikt zijn voor documenten en papier dat geschikt is voor foto's of illustraties. Het verdient aanbeveling belangrijke foto's af te drukken op origineel Canon-papier.
  • Pagina 149 • 64 tot 105 g /m (17 tot 28 lb) (gewoon papier, uitgezonderd papier van het merk Canon) Gebruik geen zwaarder of lichter papier (met uitzondering van papier van het merk Canon), anders kan het papier in het apparaat vast komen te zitten.
  • Pagina 150 • Wij adviseren u het vorige afgedrukte vel uit de papieruitvoerlade te verwijderen voordat u verder gaat met afdrukken om vlekken en verkleuringen te voorkomen (behalve voor Canon Red Label Superior <WOP111>, Canon Océ Office Colour Paper <SAT213> en High Resolution Paper <HR-101N>).
  • Pagina 151 Matglans Foto Papier <MP-101> 10 vellen: A4, Letter 20 vellen: 10 x 15 cm (4 x 6 inch) Papier voor het afdrukken van zakelijke documenten: Mediumnaam <Modelnummer> Achterste lade Papieruitvoerlade High Resolution Paper <HR-101N> 80 vellen 50 vellen *1 Het correct invoeren van papier verloopt wellicht niet goed bij de maximumcapaciteit, afhankelijk van de papiersoort of de omgevingsomstandigheden (zeer hoge of lage temperaturen of luchtvochtigheid).
  • Pagina 152 • Papier dat te dun is (dat minder weegt dan 64 g /m (17 lb)) • Papier dat te dik is (gewoon papier, behalve papier van het merk Canon, dat meer weegt dan 105 g /m (28 lb)) • Normaal papier of papier van een notitieblok dat kleiner is gemaakt (wanneer u afdrukt op papier dat kleiner is dan A5) •...
  • Pagina 153 Afdrukgebied Afdrukgebied Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Letter, Legal Enveloppen...
  • Pagina 154 Voor de beste afdrukkwaliteit wordt door het apparaat een marge aan iedere zijde van het papier vrijgelaten. Het eigenlijke afdrukgebied is het gebied binnen deze marges. Aanbevolen afdrukgebied : Canon raadt u aan binnen dit gebied af te drukken. Afdrukgebied : in dit gebied is afdrukken mogelijk. Als u hier afdrukt, kan de afdrukkwaliteit of de precisie van de papierinvoer echter afnemen.
  • Pagina 155 Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) 141,2 x 202,0 mm (5,56 x 7,95 inch) 203,2 x 289,0 mm (8,00 x 11,38 inch) 175,2 x 249,0 mm (6,90 x 9,80 inch) 10 x 15 cm (4 x 6 inch) 94,8 x 144,4 mm (3,73 x 5,69 inch) 13 x 18 cm (5 x 7 inch) 120,2 x 169,8 mm (4,73 x 6,69 inch)
  • Pagina 156 Letter, Legal Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) Letter 203,2 x 271,4 mm (8,00 x 10,69 inch) Legal 203,2 x 347,6 mm (8,00 x 13,69 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 31,2 mm (1,23 inch) B: 32,5 mm (1,28 inch) Afdrukgebied C: 3,0 mm (0,12 inch) D: 5,0 mm (0,20 inch) E: 6,4 mm (0,25 inch) F: 6,3 mm (0,25 inch)
  • Pagina 157 Enveloppen Formaat Aanbevolen afdrukgebied (breedte x hoogte) DL-envelop 103,2 x 183,0 mm (4,06 x 7,20 inch) COM10-envelop 97,9 x 204,3 mm (3,85 x 8,04 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 8,0 mm (0,31 inch) B: 29,0 mm (1,14 inch) C: 3,4 mm (0,13 inch) D: 3,4 mm (0,13 inch)
  • Pagina 158 Beheerderswachtwoord Afhankelijk van de gebruikte printer is er bij aankoop mogelijk al een beheerderswachtwoord ingesteld. Het wachtwoord is 'canon' of het serienummer van de printer als dit is opgegeven. Modellen waarbij het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon': • Het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon' voor de onderstaande modellen.
  • Pagina 159 Voor meer informatie over het initialiseren van de printer zoekt u naar 'UG067' of 'UG505' in de online handleiding van de printer en raadpleegt u de instructies aldaar.
  • Pagina 160 Verificatie Voer het wachtwoord in wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven. Beheerderswachtwoord U moet de gebruikersnaam en het wachtwoord invoeren, afhankelijk van de gebruikte printer. Zie de bovenstaande koppeling voor meer informatie over de gebruikersnaam. Belangrijk • Afhankelijk van de gebruikte printer kan er een bericht worden weergegeven waarin u wordt gewaarschuwd dat de identificatiegegevens niet worden geverifieerd.
  • Pagina 161 Locatie van het serienummer Het serienummer van de printer staat op de sticker op de printer. Het bestaat uit 9 alfanumerieke tekens (vier letters gevolgd door vijf cijfers). Voorbeeld: Opmerking • Het serienummer van de printer staat op de garantie. •...
  • Pagina 162 Lijst met functies voor elk model Raadpleeg de onderstaande tabel voor modellen waarbij u de kaartsleuf wel/niet via een netwerk kunt gebruiken. MG series MX series / MB series / E series / P series / iP series / iX series / iB series / PRO series / G series MG series Modelnaam De kaartsleuf gebruiken via een netwerk MG7700 se-...
  • Pagina 163 MG2400 se- Geen kaartsleuf ries MX series / MB series / E series / P series / iP series / iX series / iB series / PRO series / G series Modelnaam De kaartsleuf gebruiken via een netwerk MX series Geen kaartsleuf MB series Geen kaartsleuf...
  • Pagina 164 Afdrukken Afdrukken vanaf een computer...
  • Pagina 165 Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows-printerstuurprogramma) Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Mac OS-printerstuurprogramma) Afdrukken met Canon-toepassingen...
  • Pagina 166 Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows- printerstuurprogramma) Afdrukken met de basisinstellingen Basis Verschillende afdrukmethoden De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren Overzicht van het printerstuurprogramma Beschrijving van het printerstuurprogramma MP Drivers bijwerken De printer delen in een netwerk...
  • Pagina 167 Afdrukken met de basisinstellingen In dit gedeelte wordt de eenvoudige procedure voor het instellen van het tabblad Snel instellen (Quick Setup) beschreven, zodat u op de juiste manier kunt afdrukken met deze printer. Controleer of de printer is ingeschakeld Plaats papier in de printer 3.
  • Pagina 168 Belangrijk • De beschikbare instellingen voor de afdrukkwaliteit zijn afhankelijk van het afdrukprofiel. 6. Voltooi de configuratie Klik op OK. Wanneer u het document afdrukt, worden de gewenste instellingen voor het document gebruikt. Belangrijk • Als u het selectievakje Altijd afdrukken met huidige instellingen (Always Print with Current Settings) inschakelt, worden alle instellingen op de tabbladen Snel instellen (Quick Setup), Afdruk...
  • Pagina 169 (Main), en Pagina-instelling (Page Setup) opgeslagen en kunt u de volgende keer afdrukken met dezelfde instellingen. • Klik in het venster Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op Opslaan... (Save...) om de aangebrachte instellingen op te slaan.
  • Pagina 170 Mediumnaam <Modelnummer> Mediumtype (Media Type) in het printerstuurprogramma Canon Red Label Superior <WOP111> Normaal papier (Plain Paper) Canon Océ Office Colour Paper <SAT213> Normaal papier (Plain Paper) Origineel Canon-papier (foto's afdrukken) Mediumnaam <Modelnummer> Mediumtype (Media Type) in het printerstuurprogramma Professioneel Fotopapier Luster <LU-101> Professioneel Fotopapier Luster (Photo Paper Pro Luster) Photo Paper Plus Halfglans <SG-201>...
  • Pagina 171 Verschillende afdrukmethoden Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven De nietmarge instellen Afdrukken zonder marges starten Passend op papier afdrukken Afdrukken op schaal Pagina-indeling afdrukken Tegels/poster afdrukken Boekje afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Stempel/achtergrond afdrukken Een stempel registreren Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken...
  • Pagina 172 Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Het papierformaat en de afdrukstand worden in principe bepaald door de toepassing. Als de instellingen voor Paginaformaat (Page Size) en Afdrukstand (Orientation) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) hetzelfde zijn als de instellingen in de toepassing, hoeft u deze niet te wijzigen op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
  • Pagina 173 Opmerking • Als Normaal formaat (Normal-size) is geselecteerd voor Pagina-indeling (Page Layout), wordt het selectievakje Grote documenten die de printer niet kan afdrukken automatisch verkleinen (Automatically reduce large document that the printer cannot output) weergegeven. Gewoonlijk kunt u het selectievakje ingeschakeld laten. Als u niet wilt dat grote documenten die de printer niet kan afdrukken automatisch worden verkleind, kunt u tijdens het printen het selectievakje uitschakelen.
  • Pagina 174 Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven U geeft als volgt het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde op: U kunt ook het aantal exemplaren instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken Geef bij Aantal (Copies) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) het aantal af te drukken exemplaren op.
  • Pagina 175 • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): 4. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het opgegeven aantal exemplaren wordt in de gekozen volgorde afgedrukt. Belangrijk •...
  • Pagina 176 De nietmarge instellen De procedure voor het instellen van de nietzijde en de breedte van de marge is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen Controleer de positie van de nietmarge met Nietmarge (Stapling Side) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
  • Pagina 177 Opmerking • Het afdrukgebied wordt automatisch door de printer verkleind, afhankelijk van de positie van de nietmarge. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u een document afdrukt, worden de opgegeven nietzijde en breedte van de marge toegepast. Belangrijk •...
  • Pagina 178 Afdrukken zonder marges starten Met de functie voor afdrukken zonder marges kunt u gegevens randloos afdrukken door de gegevens te vergroten, zodat ze net buiten de randen van het papier vallen. Standaard blijven de randen rondom het document leeg. Wanneer u echter de functie voor afdrukken zonder marges gebruikt, wordt het document zonder marges afgedrukt.
  • Pagina 179 Klik op OK in het bevestigingsbericht. Wanneer een bericht verschijnt dat aangeeft dat u het mediumtype moet wijzigen, selecteert u een mediumtype in de lijst en klikt u op OK. 3. Controleer het papierformaat Controleer de lijst Paginaformaat (Page Size). Als u het papierformaat wilt wijzigen, selecteert u een ander formaat in de lijst.
  • Pagina 180 Opmerking • Als Normaal papier (Plain Paper) is geselecteerd voor Mediumtype (Media Type) op het tabblad Afdruk (Main), kunt u het beste niet afdrukken zonder marges. Daarom verschijnt in dit geval een bericht voor het selecteren van een mediumtype. Als u gewoon papier gebruikt voor testafdrukken, selecteert u Normaal papier (Plain Paper) en klikt u op OK.
  • Pagina 181 Passend op papier afdrukken De procedure voor het afdrukken van een document dat automatisch is verkleind of vergroot in overeenstemming met het paginaformaat, is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel Passend op papier in Selecteer Passend op papier (Fit-to-Page) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
  • Pagina 182 Als Papierformaat printer (Printer Paper Size) kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina kleiner. Als Papierformaat printer (Printer Paper Size) groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina groter. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 183 Afdrukken op schaal De procedure voor het afdrukken van een document met pagina's die zijn vergroot of verkleind is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel afdrukken op schaal in Selecteer Op schaal (Scaled) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
  • Pagina 184 Als het papierformaat voor de printer kleiner is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina kleiner. Als het papierformaat voor de printer groter is dan het Paginaformaat (Page Size), wordt de afbeelding van de pagina groter. •...
  • Pagina 185 Belangrijk • Als de toepassing waarin u het origineel hebt gemaakt een functie heeft voor afdrukken op schaal, geeft u de instelling in deze toepassing op. U hoeft deze instelling dan niet in het printerstuurprogramma op te geven. Opmerking • Als u Op schaal (Scaled) selecteert, wordt het afdrukgebied van het document gewijzigd.
  • Pagina 186 Pagina-indeling afdrukken U kunt met de functie voor het afdrukken van een pagina-indeling meer dan een paginabeeld op een enkel vel papier afdrukken. De procedure voor het afdrukken van een pagina-indeling is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 187 4. Stel het aantal af te drukken pagina's op één vel en de paginavolgorde in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Pagina- indeling afdrukken (Page Layout Printing) en klik op OK. Pagina's (Pages) Als u het aantal pagina’s dat op één vel moet worden afgedrukt wilt wijzigen, selecteert u het gewenste aantal pagina's in de lijst.
  • Pagina 188 Tegels/poster afdrukken Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten, over meerdere pagina's verdelen en deze pagina's op afzonderlijke vellen papier afdrukken. U kunt de pagina's ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals die van een poster. De procedure voor het afdrukken van tegels/poster is als volgt: Instellingen opgeven voor tegels/poster afdrukken 1.
  • Pagina 189 Selecteer in de lijst Papierformaat printer (Printer Paper Size) het formaat van het papier dat in de printer is geplaatst. 4. Stel het aantal af te drukken beeldscheidingen en het aantal af te drukken pagina's in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Tegels/poster afdrukken (Tiling/Poster Printing) en klik op OK.
  • Pagina 190 1. Stel het afdrukbereik in Klik in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) achtereenvolgens op de pagina's die u niet wilt afdrukken. De pagina's waarop u hebt geklikt, worden verborgen en alleen de af te drukken pagina's worden weergegeven.
  • Pagina 191 Boekje afdrukken Met de functie voor boekjes kunt u afbeeldingsgegevens voor een boekje afdrukken. De gegevens worden afgedrukt op beide zijden van het papier. Bij dit afdruktype wordt ervoor gezorgd dat de pagina's in de juiste volgorde liggen (op paginanummer) wanneer het papier in het midden wordt gevouwen en geniet. De procedure voor het afdrukken van een boekje is als volgt: 1.
  • Pagina 192 Klik op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Boekje afdrukken (Booklet Printing) en klik op OK. Nietmarge (Margin for stapling) Selecteer aan welke zijde de nietmarge moet komen wanneer het boekje wordt voltooid. Lege pagina invoegen (Insert blank page) Als u één bladzijde leeg wilt laten, schakelt u het selectievakje in en selecteert u de pagina die u leeg wilt laten.
  • Pagina 193 Dubbelzijdig afdrukken De procedure voor het afdrukken van gegevens op beide zijden van een vel papier is als volgt: U kunt dubbelzijdig afdrukken ook instellen bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 194 5. Stel de breedte van de marge in Klik zo nodig op Marge instellen... (Specify Margin...) om de breedte van de marge in te stellen en klik vervolgens op OK. 6. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u het document afdrukt, wordt dit eerst afgedrukt op één zijde van een vel papier.
  • Pagina 195 Stempel/achtergrond afdrukken De functie Stempel (Stamp) of Achtergrond (Background) is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. Met de functie Stempel (Stamp) kunt u een stempel bestaande uit tekst of een bitmap over of achter de documentgegevens afdrukken.
  • Pagina 196 Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. 3. Selecteer een stempel Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in en selecteer de gewenste stempel in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
  • Pagina 197 Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) wordt geopend. 3. Selecteer de achtergrond Schakel het selectievakje Achtergrond (Background) in en selecteer de gewenste achtergrond in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup). 4.
  • Pagina 198 Een stempel registreren Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een nieuwe stempel maken en registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande stempel wijzigen en opnieuw registreren. Stempels die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen.
  • Pagina 199 Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. 3. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. 4. Configureer de stempel terwijl u het effect in het voorbeeldvenster bekijkt •...
  • Pagina 200 Selecteer de stempelpositie in de lijst Positie (Position). U kunt ook Aangepast (Custom) in de lijst Positie (Position) selecteren en de coördinaten opgeven voor X-positie (X-Position) en Y- positie (Y-Position). Daarnaast kunt u de stempelpositie wijzigen door de stempel naar het voorbeeldscherm te slepen.
  • Pagina 201 5. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) wordt opnieuw geopend. De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Stempel (Stamp). Een stempel verwijderen 1. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) in het dialoogvenster Stempel/ Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend.
  • Pagina 202 Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een bitmapbestand (.bmp) selecteren en als een nieuwe achtergrond registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande achtergrond wijzigen en registreren. Achtergronden die u niet meer nodig hebt, kunt u verwijderen.
  • Pagina 203 Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma is de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) vervangen door de knop Stempel... (Stamp...) en is de knop Achtergrond (Background) niet beschikbaar. 3. Klik op Achtergrond selecteren... (Select Background...) Het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings) wordt geopend. 4. Selecteer de afbeeldingsgegevens die u wilt opslaan op de achtergrond Klik op Bestand selecteren...
  • Pagina 204 Opmerking • Spaties, tabs en regeleinden kunnen niet aan het begin of einde van een titel worden ingevoerd. 7. Voltooi de configuratie Klik op OK, waarna u terugkeert naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background). De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Achtergrond (Background). Achtergrondinstellingen wijzigen en registreren 1.
  • Pagina 205 (Delete). Klik op OK in het bevestigingsbericht. 3. Voltooi de configuratie Klik op OK, waarna u terugkeert naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background).
  • Pagina 206 Instellingen voor het afdrukken van enveloppen De procedure voor het afdrukken op enveloppen is als volgt: Plaats enveloppen in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer het mediumtype Selecteer Envelop (Envelope) bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 207 Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, klikt u op de knop Printerstatus weergeven (View Printer Status) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) en start u de Canon IJ-statusmonitor. Klik vervolgens op Envelop afdrukken (Envelope Printing) vanuit Gidsbericht weergeven (Display...
  • Pagina 208 Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. U kunt de afdrukresultaten vóór het afdrukken bekijken en controleren. De procedure voor het bekijken van een afdrukvoorbeeld is als volgt: U kunt de weergave van het afdrukresultaat ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 209 Papierformaat instellen (aangepast formaat) U kunt de hoogte en breedte van het papier opgeven als u het formaat niet kunt selecteren bij Paginaformaat (Page Size). Een dergelijk papierformaat wordt een 'aangepast formaat' genoemd. De procedure voor het opgeven van een aangepast papierformaat is als volgt: U kunt een aangepast formaat ook instellen bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
  • Pagina 210 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u de gegevens afdrukt, worden deze met het opgegeven papierformaat afgedrukt. Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een functie heeft voor het opgeven van de hoogte en breedte, geeft u de waarden op met de toepassing.
  • Pagina 211 Deze functie is niet beschikbaar als het standaard IJ-printerstuurprogramma wordt gebruikt. In het Canon IJ XPS-voorbeeldvenster kunt u het afdrukdocument bewerken of de afdrukgeschiedenis van het document weergeven om het opnieuw af te drukken. De procedure voor het gebruiken van het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is als volgt:...
  • Pagina 212 Schakel het selectievakje Afdrukvoorbeeld (Preview before printing) in op het tabblad Afdruk (Main). 3. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wordt vóór het afdrukken weergegeven. U kunt hierin de afdrukresultaten zien. 4. Afdrukdocumenten en afdrukpagina’s bewerken • Afdrukdocumenten combineren U kunt meerdere afdrukdocumenten combineren tot één document.
  • Pagina 213 Bekijk het voorbeeld voordat u een document afdrukt. • Afhankelijk van de afdrukinstellingen van het afdrukdocument zijn bepaalde functies mogelijk niet beschikbaar in het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. Opmerking • U kunt de naam in Documentnaam (Document Name) naar wens aanpassen.
  • Pagina 214 Opnieuw afdrukken vanuit de afdrukgeschiedenis Wanneer u op Afdrukgeschiedenis opslaan (Save Print History) klikt in het menu Bestand (File) om de instelling in te schakelen, wordt het document dat via het voorbeeldvenster is afgedrukt, opgeslagen, zodat u het opnieuw kunt afdrukken met dezelfde instellingen. 1.
  • Pagina 215 De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Een kleurendocument monochroom afdrukken Kleurcorrectie opgeven Een optimale foto van afbeeldingsgegevens afdrukken De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma)
  • Pagina 216 De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) U kunt de afdrukkwaliteit instellen via Aangepast (Custom). De procedure voor het instellen van een afdrukkwaliteit is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Selecteer de afdrukkwaliteit Selecteer op het tabblad Afdruk (Main) de optie Aangepast (Custom) voor Afdrukkwaliteit (Print Quality) en klik op Instellen...
  • Pagina 217 Belangrijk • Bepaalde niveaus voor afdrukkwaliteit kunnen niet worden geselecteerd bij bepaalde instellingen voor Mediumtype (Media Type). Verwante onderwerpen Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
  • Pagina 218 Een kleurendocument monochroom afdrukken De procedure voor het monochroom afdrukken van een kleurendocument is als volgt: U kunt afdrukken in grijstinten instellen ook bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
  • Pagina 219 verschillen van de kleuren in de oorspronkelijke afbeelding. Wanneer u de functie Afdrukken in grijstinten gebruikt om Adobe RGB-gegevens af te drukken, converteert u de gegevens naar sRGB-gegevens in een toepassing. Opmerking • Bij Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) kan naast zwarte inkt ook andere inkt worden gebruikt.
  • Pagina 220 U kunt de methode voor kleurcorrectie aanpassen aan het type document dat u wilt afdrukken. Normaal gesproken worden de kleuren aangepast met behulp van Canon Digital Photo Color, zodat de gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. Deze methode is geschikt voor het afdrukken van sRGB-gegevens.
  • Pagina 221 Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken. Geef op welk invoerprofiel moet worden gebruikt.
  • Pagina 222 In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het afdrukken van sRGB-gegevens met behulp van de kleurcorrectiefunctie van het printerbesturingsbestand. • Afdrukken met Canon Digital Photo Color De printer drukt gegevens af in kleurtinten waaraan veel mensen de voorkeur geven; de originele kleuren van de afbeelding worden weergegeven en driedimensionale effecten en hoge, scherpe contrasten worden gegenereerd.
  • Pagina 223 U kunt de functie voor kleurcorrectie van het printerstuurprogramma zo instellen dat sRGB-gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven door gebruik te maken van Canon Digital Photo Color. Als u afdrukt vanuit een toepassing die ICC-profielen kan identificeren en waarvoor u deze kunt opgeven, gebruikt u een ICC-profiel voor afdrukken in de toepassing en selecteert u instellingen voor kleurbeheer.
  • Pagina 224 Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De kleuren van de gegevens worden bij het afdrukken aangepast. Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
  • Pagina 225 Wanneer u het resultaat afdrukt van bewerkingen en verbeteringen die zijn aangebracht met Adobe Photoshop, Canon Digital Photo Professional of een andere toepassing waarin u ICC-profielen voor invoer en afdrukken kunt opgeven, kunt u bij het afdrukken effectief gebruikmaken van de kleurruimte van het ICC-invoerprofiel dat in de beeldgegevens is opgegeven.
  • Pagina 226 4. Stel de andere items in Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow)) en de instellingen voor Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. 5.
  • Pagina 227 4. Selecteer Standaard (Standard) voor Invoerprofiel (Input Profile). Belangrijk • Als er in de toepassing een invoerprofiel is opgegeven, wordt de instelling voor het invoerprofiel in het printerstuurprogramma ongeldig. 5. Stel de andere items in Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de instellingen voor Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan.
  • Pagina 228 De kleurbalans aanpassen U kunt de kleurtinten tijdens het afdrukken aanpassen. Aangezien deze functie de kleurbalans van de afdruk aanpast door de inktverhoudingen van elke kleur te wijzigen, wordt de gehele kleurbalans van het document gewijzigd. Gebruik de toepassing als u uitgebreide wijzigingen wilt aanbrengen in de kleurbalans.
  • Pagina 229 Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. 3. Pas de kleurbalans aan Er zijn afzonderlijke schuifregelaars voor Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow). Elke kleur wordt krachtiger wanneer u de bijbehorende schuifregelaar naar rechts schuift en zwakker wanneer u de schuifregelaar naar links schuift.
  • Pagina 230 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u het document afdrukt, wordt de aangepaste kleurbalans gebruikt. Belangrijk • Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow)) niet beschikbaar voor selectie.
  • Pagina 231 Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de kleurbalans aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de kleurbalans aan de hand van het patroon.
  • Pagina 232 4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow). Belangrijk • Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) niet beschikbaar voor selectie.
  • Pagina 233 Opmerking • Grootst (Largest) en Groot (Large) kunnen niet worden geselecteerd als bepaalde papierformaten of uitvoerpapierformaten zijn geselecteerd. Kleurvariatie tussen instanties (Color Variation Between Instances) Stel de hoeveelheid kleurvariatie tussen aangrenzende patronen in. Opmerking • Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium).
  • Pagina 234 Opmerking • U kunt de kleurbalans ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen onder Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen onder Extra functies (Additional Features). 7.
  • Pagina 235 Het contrast aanpassen Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma)
  • Pagina 236 De helderheid aanpassen U kunt de helderheid van afbeeldingsgegevens tijdens het afdrukken aanpassen. Puur wit en zwart worden niet veranderd, maar de helderheid van de tussenliggende kleuren wordt wel veranderd. Het volgende voorbeeld toont het afdrukresultaat wanneer de helderheid is aangepast. Licht (Light) is geselecteerd Normaal (Normal) is geselecteerd Donker (Dark) is geselecteerd De procedure voor het aanpassen van de helderheid is als volgt: U kunt de helderheid ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken...
  • Pagina 237 3. Geef de helderheid op Selecteer Licht (Light), Normaal (Normal) of Donker (Dark) bij Helderheid (Brightness) en klik op OK. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De opgegeven helderheid wordt bij het afdrukken gebruikt.
  • Pagina 238 De intensiteit aanpassen U kunt de kleuren van de beeldgegevens helderder of donkerder maken tijdens het afdrukken. Het volgende voorbeeld laat zien wat er gebeurt wanneer de intensiteit wordt verhoogd: de kleuren van de afbeeldingsgegevens worden donkerder afgedrukt. Geen aanpassing Hogere intensiteit De procedure voor het aanpassen van de intensiteit is als volgt: U kunt de intensiteit ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo...
  • Pagina 239 Wanneer u de schuifregelaar Intensiteit (Intensity) naar rechts verplaatst, worden de kleuren donkerder en wanneer u de schuifregelaar naar links verplaatst, worden de kleuren helderder. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
  • Pagina 240 Het contrast aanpassen U kunt het beeldcontrast tijdens het afdrukken aanpassen. Wanneer u de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen groter en duidelijker wilt maken, verhoogt u het contrast. Wanneer u echter de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen kleiner en minder duidelijk wilt maken, verlaagt u het contrast.
  • Pagina 241 3. Pas het contrast aan Wanneer u de schuifregelaar Contrast naar rechts schuift, wordt het contrast groter en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, wordt het contrast kleiner. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
  • Pagina 242 Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de intensiteit en het contrast aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de intensiteit en het contrast aan de hand van het patroon.
  • Pagina 243 4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast). Papierformaat printer (Printer Paper Size) Selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken voor de patroonafdruk. Opmerking •...
  • Pagina 244 Opmerking • Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium). 5. Controleer de afdrukresultaten van de patroonafdruk Selecteer OK op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) om het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) te sluiten.
  • Pagina 245 Opmerking • U kunt de intensiteit en het contrast ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen bij Extra functies (Additional Features). 7.
  • Pagina 246 Overzicht van het printerstuurprogramma Canon IJ-printerstuurprogramma Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Canon IJ-statusmonitor Canon IJ-afdrukvoorbeeld Een ongewenste afdruktaak verwijderen Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma)
  • Pagina 247 Canon IJ-printerstuurprogramma Het Canon IJ-printerstuurprogramma (hierna het printerstuurprogramma genoemd) is software die op uw computer wordt geïnstalleerd voor het afdrukken van gegevens met deze printer. Het printerstuurprogramma converteert de afdrukgegevens die in de toepassing zijn gemaakt, naar gegevens die de printer begrijpt en stuurt de geconverteerde gegevens naar de printer.
  • Pagina 248 Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen U kunt het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma weergeven vanuit de gebruikte toepassing of via het printerpictogram. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma via de toepassing openen Volg onderstaande procedure om het afdrukprofiel in te stellen bij het afdrukken. 1.
  • Pagina 249 Belangrijk • Wanneer u het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma opent via Eigenschappen van printer (Printer properties) (Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7) of Eigenschappen (Properties) (Windows Vista, Windows XP), worden tabbladen met Windows-functies weergegeven, zoals het tabblad Poorten (Ports) (of Geavanceerd (Advanced)).
  • Pagina 250 Canon IJ-statusmonitor De Canon IJ-statusmonitor is een toepassing die de status van de printer en de voortgang van het afdrukken weergeeft. U kunt aan de hand van de afbeeldingen, pictogrammen en berichten zien wat de status van de printer is.
  • Pagina 251 Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instellingen voor het mediumtype wijzigen.
  • Pagina 252 Een ongewenste afdruktaak verwijderen Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS-statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Als de printer niet start met afdrukken, is het mogelijk dat geannuleerde of niet-uitgevoerde afdruktaken in de wachtrij blijven staan.
  • Pagina 253 Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma) Voor deze versie van het printerstuurprogramma gelden de volgende beperkingen. Houd bij het gebruik van het printerstuurprogramma rekening met het volgende. Beperkingen van het printerstuurprogramma • In sommige toepassingen is de instelling Aantal (Copies) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma niet beschikbaar voor selectie.
  • Pagina 254 ◦ Als Microsoft Word dezelfde afdrukfuncties heeft als het printerstuurprogramma, stelt u deze in Word in. ◦ Als Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) is ingesteld voor Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma, wordt het document mogelijk niet correct afgedrukt in bepaalde versies van Word.
  • Pagina 255 Beschrijving van het printerstuurprogramma Beschrijving van het tabblad Snel instellen Beschrijving van het tabblad Afdruk Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Beschrijving van het tabblad Onderhoud Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ-statusmonitor...
  • Pagina 256 Beschrijving van het tabblad Snel instellen Op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) worden veelgebruikte afdrukinstellingen geregistreerd. Wanneer u een geregistreerde instelling selecteert, worden de vooraf ingestelde waarden automatisch toegepast op de printer. Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) De namen en pictogrammen van veelgebruikte afdrukprofielen worden geregistreerd. Wanneer u een afdrukprofiel selecteert op basis van het doel van het document, worden instellingen toegepast die overeenkomen met het doel.
  • Pagina 257 Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u geen afdrukvoorbeeld wilt zien. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd.
  • Pagina 258 Extra functies (Additional Features) Hier worden de veelgebruikte, handige functies weergegeven voor het afdrukprofiel dat u hebt geselecteerd bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Wanneer u de muisaanwijzer beweegt in de buurt van een functie die kan worden gewijzigd, wordt een beschrijving van die functie weergegeven.
  • Pagina 259 180 graden roteren (Rotate 180 degrees) Het document wordt afgedrukt waarbij het 180 graden wordt gedraaid ten opzichte van de invoerrichting van het papier. De breedte van het afgedrukte gebied en de hoeveelheid uitbreiding die zijn geconfigureerd in een andere toepassing, worden verticaal en horizontaal omgekeerd. Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) Selecteer deze optie als u de methode voor Kleurcorrectie (Color Correction) en afzonderlijke instellingen zoals Cyaan (Cyan), Magenta, Geel (Yellow), Helderheid (Brightness), Intensiteit...
  • Pagina 260 Als u de afdrukkwaliteit afzonderlijk wilt instellen, klikt u op het tabblad Afdruk (Main) en selecteert u Aangepast (Custom) voor Afdrukkwaliteit (Print Quality). De knop Instellen... (Set...) is nu beschikbaar. Klik op Instellen... (Set...) om het Dialoogvenster Aangepast (Custom) te openen en geef vervolgens de gewenste instellingen op.
  • Pagina 261 Naam (Name) Voer de naam in voor het afdrukprofiel dat u wilt opslaan. U kunt maximaal 255 tekens invoeren. De naam wordt, samen met het bijbehorende pictogram, weergegeven in de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Opties...
  • Pagina 262 Dialoogvenster Aangepast papierformaat (Custom Paper Size) In dit dialoogvenster kunt u het formaat (breedte en hoogte) van het aangepaste papier opgeven. Eenheden (Units) Selecteer de eenheid voor het opgeven van een door de gebruiker gedefinieerd papierformaat. Papierformaat (Paper Size) Hier geeft u waarden voor Breedte (Width) en Hoogte (Height) voor het aangepaste papier op. De afmetingen worden weergegeven op basis van de eenheid die u hebt opgegeven bij Eenheden (Units).
  • Pagina 263 Beschrijving van het tabblad Afdruk Op het tabblad Afdruk (Main) kunt u basisafdrukinstellingen opgeven in overeenstemming met het mediumtype. Voor een normale afdruktaak volstaat het instellingen op dit tabblad op te geven. Voorbeeld van instellingen De afbeelding van het vel papier laat zien hoe het origineel eruitziet op een vel papier. Zo kunt u de algemene indeling controleren.
  • Pagina 264 Laat zien hoe het afdrukresultaat eruitziet voordat u de gegevens daadwerkelijk afdrukt. Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Standaard (Defaults) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van alle instellingen die u hebt gewijzigd.
  • Pagina 265 Dialoogvenster Aangepast (Custom) Stel het kwaliteitsniveau in en selecteer de gewenste afdrukkwaliteit. Kwaliteit U kunt de schuifregelaar gebruiken om de afdrukkwaliteit aan te passen. Belangrijk • Bepaalde niveaus voor afdrukkwaliteit kunnen niet worden geselecteerd bij bepaalde instellingen voor Mediumtype (Media Type). Opmerking •...
  • Pagina 266 wijzigingen wilt aanbrengen in de totale kleurbalans. Gebruik het printerstuurprogramma alleen als u kleine wijzigingen in de kleurbalans wilt aanbrengen. Belangrijk • Wanneer Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, worden Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow) lichtgrijs weergegeven en zijn ze niet beschikbaar voor selectie.
  • Pagina 267 Belangrijk • Wanneer Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, worden Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) lichtgrijs weergegeven en zijn deze niet beschikbaar voor selectie. Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast) Deze optie drukt een patroon af waarmee u de balans tussen intensiteit/contrast kunt controleren.
  • Pagina 268 • Als Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) is geselecteerd op het tabblad Afdruk (Main), is Kleurcorrectie (Color Correction) lichtgrijs en niet beschikbaar voor selectie. Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken.
  • Pagina 269 Afdrukken met ICC-profielen Een kleurendocument monochroom afdrukken Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken...
  • Pagina 270 Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u bepalen hoe een document op het papier moet worden geplaatst. Op dit tabblad kunt u ook het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde opgeven. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u deze instellingen op met de toepassing.
  • Pagina 271 orientation is [Landscape]) te gebruiken. Als u het document tijdens het afdrukken 90 graden naar links wilt draaien, schakelt u het selectievakje 90 graden naar links roteren als afdrukstand [Liggend] is (Rotate 90 degrees left when orientation is [Landscape]) in. 180 graden roteren (Rotate 180 degrees) Het document wordt afgedrukt waarbij het 180 graden wordt gedraaid ten opzichte van de invoerrichting van het papier.
  • Pagina 272 Passend op papier (Fit-to-Page) Met deze functie kunt u documenten automatisch vergroten of verkleinen op basis van het formaat van het papier in de printer zonder het opgegeven papierformaat in de toepassing te wijzigen. Op schaal (Scaled) Documenten kunnen worden vergroot of verkleind tijdens het afdrukken. Geef het formaat op bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) of geef een schaalfactor op in het vak Schaling (Scaling).
  • Pagina 273 Aantal (Copies) Hier geeft u het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken. U kunt een waarde opgeven tussen 1 en 999. Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u het aantal afdrukken op in de toepassing en niet hier. Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page) Schakel dit selectievakje in als u wilt dat bij het afdrukken met de laatste pagina wordt begonnen.
  • Pagina 274 Eenheden (Units) Selecteer de eenheid voor het opgeven van een door de gebruiker gedefinieerd papierformaat. Papierformaat (Paper Size) Hier geeft u waarden voor Breedte (Width) en Hoogte (Height) voor het aangepaste papier op. De afmetingen worden weergegeven op basis van de eenheid die u hebt opgegeven bij Eenheden (Units).
  • Pagina 275 "Knippen/Plakken" afdrukken in marges (Print "Cut/Paste" in margins) Hier geeft u aan of u de woorden 'Knippen' en 'Plakken' wilt afdrukken in de marges. Deze woorden fungeren als hulpmiddel wanneer u de pagina's aan elkaar plakt om een poster te maken. Schakel dit selectievakje in om de woorden af te drukken.
  • Pagina 276 Dialoogvenster Marge instellen (Specify Margin) In dit dialoogvenster kunt u de margebreedte opgeven voor de zijde die moet worden geniet. Als een document niet op één pagina past, wordt het document verkleind tijdens het afdrukken. Marge (Margin) Hier geeft u de breedte van de nietmarge op. De breedte van de zijde die is opgegeven bij Nietmarge (Stapling Side) wordt de nietmarge.
  • Pagina 277 Toepassingen mogen afdrukgegevens niet comprimeren (Do not allow application software to compress print data) Compressie van de afdrukgegevens van de toepassing is niet toegestaan. Als afbeeldingsgegevens ontbreken in het afdrukresultaat of als de kleuren niet correct zijn, kunt u dit mogelijk verbeteren door dit selectievakje in te schakelen.
  • Pagina 278 Eenheid voor verwerking van afdrukgegevens (Unit of Print Data Processing) Hier selecteert u de verwerkingseenheid van de afdrukgegevens die naar de printer worden gezonden. Normaal gesproken selecteert u Aanbevolen (Recommended). Belangrijk • Voor bepaalde instellingen kan een grote hoeveelheid geheugen worden gebruikt. Wijzig de instelling niet als uw computer weinig geheugen heeft.
  • Pagina 279 Opmerking • U kunt Semitransparante stempel afdrukken (Print semitransparent stamp) alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma. Alleen eerste pagina (Stamp first page only) Hiermee selecteert u of de stempel alleen moet worden afgedrukt op de eerste pagina of op alle pagina's als het document uit twee of meer pagina's bestaat. Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in om dit in te schakelen.
  • Pagina 280 Belangrijk • Stempeltekst (Stamp Text) is niet beschikbaar als Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/ User Name) is geselecteerd. TrueType-lettertype (TrueType Font) Hier selecteert u het lettertype voor de tekst van de stempel. Stijl (Style) Hier selecteert u de tekenstijl voor de tekst van de stempel. Grootte (Size) Hier selecteert u de tekengrootte voor de tekst van de stempel.
  • Pagina 281 Positie (Position) Hier geeft u de positie van de stempel op de pagina op. Als u Aangepast (Custom) selecteert in de lijst, kunt u rechtstreeks waarden invoeren voor de coördinaten X-positie (X-Position) en Y-positie (Y-Position). Afdrukstand (Orientation) Hier geeft u de rotatiehoek voor de stempel op. U kunt de hoek instellen door een waarde in graden in te voeren.
  • Pagina 282 Voorbeeldvenster Hier wordt de status getoond van de bitmap die is ingesteld op het tabblad Achtergrond (Background). Bestand (File) Hier geeft u de naam op van het bitmapbestand dat u als achtergrond wilt gebruiken. Bestand selecteren... (Select File...) Hiermee opent u het dialoogvenster waarmee u een bestand kunt openen. Klik op deze knop om het bitmapbestand (.bmp) te selecteren dat u als achtergrond wilt gebruiken.
  • Pagina 283 Verwijderen (Delete) Hiermee verwijdert u een overbodige achtergrond. Selecteer de titel van de overbodige achtergrond in de lijst Achtergronden (Backgrounds) en klik daarna op deze knop.
  • Pagina 284 Beschrijving van het tabblad Onderhoud Op het tabblad Onderhoud (Maintenance) kunt u onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan de printer of de instellingen van de printer wijzigen. Reiniging (Cleaning) Hiermee voert u een reiniging van de printkop uit. Bij het reinigen van de printkop worden de spuitopeningen vrijgemaakt. Voer deze reiniging uit wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al zijn alle inktniveaus hoog genoeg.
  • Pagina 285 Systeemreiniging (System Cleaning) Systeemreiniging wordt uitgevoerd. Voer deze functie uit als de status niet verbetert, zelfs niet na het uitvoeren van een diepte-reiniging. Bij Systeemreiniging (System Cleaning) wordt zeer veel inkt gebruikt. Als u vaak een systeemreiniging uitvoert, neemt de inktvoorraad van de printer snel af. Voer daarom alleen een systeemreiniging uit wanneer dit noodzakelijk is.
  • Pagina 286 Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u het dialoogvenster Rastercontrole (Pattern Check) en keert u terug naar het tabblad Onderhoud (Maintenance). Reiniging (Cleaning) Hiermee voert u een reiniging van de printkop uit. Bij het reinigen van de printkop worden de spuitopeningen vrijgemaakt. Voer een reiniging uit wanneer de afdruk vaag is of als een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al zijn alle inktniveaus hoog genoeg.
  • Pagina 287 Als dit gebeurt, klikt u op OK om de meest recente instellingen op de computer weer te geven. Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) Deze functie start het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld en geeft de afdrukgeschiedenis weer. Opmerking • U kunt deze functie alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma.
  • Pagina 288 Initiële controle-items (Initial Check Items) (Reiniging (Cleaning) / Diepte- reiniging (Deep Cleaning)) Controleer voor het uitvoeren van Reiniging (Cleaning) of Diepte-reiniging (Deep Cleaning) of de printer aan staat. Controleer vervolgens het volgende item: • Is er nog voldoende inkt? Initiële controle-items (Initial Check Items) (Systeemreiniging (System Cleaning)) Controleer voor het uitvoeren van Systeemreiniging (System Cleaning) of de printer aan staat.
  • Pagina 289 Dialoogvenster Uitlijning printkop (Print Head Alignment) Als u de positie van de printkop handmatig wilt aanpassen, klikt u op Printkop uitlijnen (Align Print Head) in het dialoogvenster Uitlijning printkop starten (Start Print Head Alignment) en voert u de bewerkingen in de weergegeven berichten uit. Vervolgens wordt het dialoogvenster Uitlijning printkop (Print Head Alignment) weergegeven.
  • Pagina 290 opnieuw instelt via het bedieningspaneel van de printer, is de instelling in het printerstuurprogramma niet nodig. • Als u Functie voor melding van het resterende inktniveau (Function for Notifying the Remaining Ink Level) uitschakelt, moet u het resterende inktniveau visueel controleren. Vul de inkt bij voordat de inktniveaus onder de ondergrenslijn komen.
  • Pagina 291 Stille modus gebruiken op opgegeven tijden (Use quiet mode during specified hours) Selecteer deze optie als u wilt dat de printer minder geluid maakt op de opgegeven tijden. Geef de Begintijd (Start time) en de Eindtijd (End time) op van de periode waarin de stille modus actief moet zijn.
  • Pagina 292 Dialoogvenster Info (About) Wanneer u klikt op Info (About), wordt het dialoogvenster Info (About) weergegeven. In dit dialoogvenster worden de versie, een copyrightmelding en de modulelijst van het printerstuurprogramma weergegeven. U kunt de gebruikte taal selecteren en de taal wijzigen die wordt weergegeven in het eigenschappenvenster.
  • Pagina 293 Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instelling voor het mediumtype en de papierbron wijzigen.
  • Pagina 294 Opmerking • Als de pagina's in de wachtrij worden geplaatst, wordt de laatste pagina in de wachtrij de laatste pagina. • Als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) is ingesteld op Pagina-indeling (Page Layout), Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet), is het aantal pagina's het aantal vellen dat wordt gebruikt om af te drukken en niet het aantal pagina's in het originele document dat is gemaakt met de toepassing.
  • Pagina 295 Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten. Knop Afdrukken annuleren (Cancel Printing) Hiermee beëindigt u het Canon IJ-afdrukvoorbeeld en annuleert u het afdrukken van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldscherm. U kunt op deze knop klikken terwijl documenten in de wachtrij worden geplaatst.
  • Pagina 296 Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. Via dit voorbeeld kunt u ook het afgedrukte document of de afgedrukte pagina's bewerken, de afdrukinstellingen wijzigen en andere functies uitvoeren.
  • Pagina 297 Afdrukgeschiedenis opslaan (Save Print History) Hiermee bepaalt u of de documenten die vanuit het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld zijn afgedrukt, worden opgeslagen in de afdrukgeschiedenis. Maximumaantal geschiedenisitems (History Entry Limit) Hiermee wijzigt u het maximumaantal registraties in de afdrukgeschiedenis. Selecteer 10 items (10 Entries), 30 items (30 Entries) of 100 items (100 Entries).
  • Pagina 298 Als het geselecteerde document het eerste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Eén omhoog (Move Up One) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omhoog. Als het geselecteerde document het eerste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
  • Pagina 299 Pagina herstellen (Restore Page) Hiermee herstelt u de pagina's die zijn verwijderd met de functie Pagina verwijderen (Delete Page). Als u pagina's wilt herstellen, schakelt u het selectievakje Verwijderde pagina's weergeven (View Deleted Pages) in het menu Optie (Option) in en geeft u de verwijderde pagina's weer als miniaturen.
  • Pagina 300 Pagina's (Pages) Gebruik de volgende opdrachten om de pagina te selecteren die u wilt weergeven. Opmerking • Als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) in het printerstuurprogramma is ingesteld op Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet), is het aantal pagina's het aantal vellen dat wordt gebruikt om af te drukken en niet het aantal pagina's in het originele document dat is gemaakt met de toepassing.
  • Pagina 301 Selecteer Pagina-informatie (Page Information), Indeling (Layout) of Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment). Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren. (Afdrukken) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
  • Pagina 302 (Miniaturen weergeven) Hiermee verkleint u alle pagina's in het document dat is geselecteerd in de documentenlijst en geeft u ze onder het voorbeeldvenster weer. Als u de afdrukpagina's wilt verbergen, klikt u nogmaals op Miniaturen weergeven (View Thumbnails). (Naar eerste) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument naar het begin van de documentenlijst.
  • Pagina 303 Status Hier wordt de status van de afdrukdocumenten weergegeven. Documenten waarvan de gegevens worden verwerkt, worden weergegeven als Gegevens verwerken (Processing data). Belangrijk • Documenten die worden weergegeven als Gegevens verwerken (Processing data), kunnen niet worden afgedrukt of bewerkt. Wacht totdat de gegevensverwerking is voltooid. Gebied met afdrukinstellingen Hier kunt u de afdrukinstellingen van de geselecteerde documenten in de documentenlijst controleren en wijzigen.
  • Pagina 304 999. Als het aantal afdrukken niet kan worden gewijzigd voor het afdrukdocument, is dit item lichtgrijs en niet beschikbaar. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd.
  • Pagina 305 Afdrukken (Print) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af. De afgedrukte documenten worden uit de lijst verwijderd en wanneer alle documenten zijn afgedrukt, wordt het Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten.
  • Pagina 306 U kunt direct controleren wat u moet doen. Overzicht van Canon IJ-statusmonitor Met de Canon IJ-statusmonitor kunt u de status van de printer en de inkt controleren aan de hand van berichten. U kunt informatie over het afgedrukte document en de voortgang van de afdruktaak controleren tijdens het afdrukken.
  • Pagina 307 Menu Inktdetails (Ink Details) Selecteer dit menu om gegevens te controleren, zoals de soorten inkttanks voor uw printer. Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor de Canon IJ-statusmonitor weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren.
  • Pagina 308 MP Drivers bijwerken De nieuwste versie van MP Drivers ophalen Onnodige MP Drivers verwijderen Voordat u MP Drivers installeert MP Drivers installeren...
  • Pagina 309 De nieuwste versie van MP Drivers ophalen MP Drivers omvat een printerstuurprogramma en ScanGear (scannerstuurprogramma). Door MP Drivers bij te werken naar de nieuwste versie van MP Drivers, kunt u onopgeloste problemen mogelijk verhelpen. U kunt vanaf onze website de nieuwste MP Drivers voor uw model downloaden. Belangrijk •...
  • Pagina 310 Onnodige MP Drivers verwijderen Als u MP Drivers niet meer nodig hebt, kunt u dit verwijderen. Sluit alle actieve toepassingen voordat u MP Drivers gaat verwijderen. De procedure voor het verwijderen van MP Drivers is als volgt: 1. Start het verwijderprogramma Selecteer Configuratiescherm (Control Panel) ->...
  • Pagina 311 Voordat u MP Drivers installeert In dit onderwerp worden de items beschreven die u moet controleren voordat u MP Drivers installeert. U moet dit gedeelte ook raadplegen als MP Drivers niet kan worden geïnstalleerd. De printerstatus controleren • Controleer of de USB-kabel stevig is aangesloten op de USB-poort van de printer en de computer. •...
  • Pagina 312 MP Drivers installeren U kunt vanaf onze website de nieuwste versie van MP Drivers en het XPS-printerstuurprogramma voor uw model downloaden. De procedure voor het installeren van de gedownloade MP Drivers is als volgt: 1. Zet de printer uit 2. Start het installatieprogramma Dubbelklik op het pictogram van het bestand dat u hebt gedownload.
  • Pagina 313 • U kunt MP Drivers en het XPS-printerstuurprogramma gratis downloaden, maar de kosten van de internetverbinding zijn voor uw eigen rekening. • Verwijder de oudere versie voordat u de nieuwste versie van MP Drivers installeert. Verwante onderwerpen De nieuwste versie van MP Drivers ophalen Onnodige MP Drivers verwijderen Voordat u MP Drivers installeert...
  • Pagina 314 • Als er een fout optreedt wanneer een document vanaf een clientsysteem wordt afgedrukt met een gedeelde printer, wordt het foutbericht van de Canon IJ-statusmonitor zowel op het clientsysteem als op de afdrukserver weergegeven. Bij normale afdruktaken wordt de Canon IJ-statusmonitor alleen op het clientsysteem weergegeven.
  • Pagina 315 Instellingen op de afdrukserver Wanneer u de printer in een netwerk wilt gebruiken, moet u het printerstuurprogramma op het afdrukserversysteem op delen instellen. De procedure voor het instellen van de afdrukserversystemen is als volgt: Installeer MP Drivers op het afdrukserversysteem 2.
  • Pagina 316 Als dit bericht wordt weergegeven, selecteert u de optie dat u de wizard niet wilt gebruiken en stelt u delen in. 4. Stel delen in Selecteer Deze printer delen (Share this printer) op het tabblad Delen (Sharing) om zo nodig een gedeelde naam in te stellen en klik op OK.
  • Pagina 317 Instellingen op de client-pc Na het instellen van het afdrukserversysteem, stelt u het clientsysteem in. De procedure voor het instellen van de clientsystemen is als volgt: Als u Windows 10, Windows 8.1, Windows 8, Windows 7 of Windows Vista gebruikt Installeer MP Drivers op de clientsystemen Opmerking...
  • Pagina 318 • Als u Windows 10, Windows 8.1, Windows 8 of Windows 7 gebruikt, wordt het pictogram voor de gedeelde printer weergegeven in het venster Apparaten en printers (Devices and Printers). • Als u Windows Vista gebruikt, wordt het pictogram voor de gedeelde printer weergegeven in het venster Printers.
  • Pagina 319 Beperkingen bij het delen van printers Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Bij het gebruik van een printer in een netwerk gelden bepaalde beperkingen. Lees de beperkingen voor de omgeving waarin u werkt.
  • Pagina 320 • Als u afdrukt vanaf een clientsysteem, kunt u Canon IJ-afdrukvoorbeeld niet gebruiken. • Als de functies op het tabblad Onderhoud (Maintenance) niet goed kunnen worden ingesteld vanaf een clientsysteem, zijn deze functies mogelijk niet voor selectie beschikbaar. Wijzig de instellingen in dit geval vanaf de afdrukserver.
  • Pagina 321 Afdrukken met Canon-toepassingen Handleiding voor My Image Garden...
  • Pagina 322 Nieuwste versie My Image Garden V3.3.x/V3.2.x Wij raden u aan de laatste versie van de toepassing te gebruiken. Ga naar de website van Canon en download de laatste toepassing. De versie controleren Eerdere versies Selecteer uw versie van My Image Garden.
  • Pagina 323 Kopiëren Kopieën maken op Normaal papier Overschakelen tussen het papierformaat Basisbeginselen A4 en Letter...
  • Pagina 324 Kopieën maken op Normaal papier Plaats het origineel op de glasplaat om te kopiëren op normaal papier met het formaat A4. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats normaal papier van A4- of Letter-formaat. Plaats een origineel op de glasplaat. Opmerking •...
  • Pagina 325 Wanneer de afdrukkwaliteit is ingesteld op 'Klad' heeft de afdruksnelheid prioriteit boven kwaliteit. Als u prioriteit wilt geven aan kwaliteit, houdt u de knop Kleur (Color) of Zwart (Black) minder dan 2 seconden ingedrukt om te kopiëren met de afdrukkwaliteit 'Standaard'.
  • Pagina 326 Overschakelen tussen het papierformaat A4 en Letter In de achterste lade kunt u papier plaatsen met het formaat A4 of Letter. Deze instelling is handig als u gewoonlijk papier van Letter-formaat in de achterste lade plaatst. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2.
  • Pagina 327 Scannen Scannen vanaf een computer (Windows) Scannen vanaf een computer (Mac OS)
  • Pagina 328 Scannen vanaf een computer (Windows) IJ Scan Utility gebruiken Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Andere scanmethoden Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer)
  • Pagina 329 IJ Scan Utility gebruiken Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility starten Eenvoudig scannen met Automatische scan Basisbeginselen Documenten scannen Foto's scannen Scannen met voorkeursinstellingen Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Meerdere originelen tegelijk scannen Opslaan na controle van de scanresultaten Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden...
  • Pagina 330 Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility is een toepassing waarmee u op eenvoudige wijze documenten, foto's en dergelijke kunt scannen. U kunt in één handeling scannen en opslaan door op het bijbehorende pictogram in het hoofdscherm van IJ Scan Utility te klikken.
  • Pagina 331 Integreren met toepassingen U kunt onder andere gescande afbeeldingen gebruiken door middel van integratie met andere toepassingen, u kunt gescande afbeeldingen in uw voorkeurstoepassing weergeven, ze aan e-mails toevoegen en tekst uit afbeeldingen extraheren. Belangrijk • Sommige functies zijn alleen beschikbaar wanneer My Image Garden is geïnstalleerd. Opmerking •...
  • Pagina 332 IJ Scan Utility starten Volg de volgende stappen om IJ Scan Utility te starten. Windows 10: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Scan Utility. Windows 8.1/Windows 8: Selecteer IJ Scan Utility in het startscherm.
  • Pagina 333 Eenvoudig scannen met Automatische scan U kunt eenvoudig scannen door automatisch het itemtype te detecteren. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
  • Pagina 334 Scannen met voorkeursinstellingen...
  • Pagina 335 Documenten scannen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor documenten. 1. Plaats het item op de glasplaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar...
  • Pagina 336 Foto's scannen U kunt via dit scherm foto's die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor foto's. 1. Plaats de foto op de plaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar wens in.
  • Pagina 337 Scannen met voorkeursinstellingen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met uw voorkeursinstellingen die u eerder hebt opgeslagen. Dit is een gemakkelijke manier om veelgebruikte instellingen op te slaan of scaninstellingen in detail op te geven.
  • Pagina 338 Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
  • Pagina 339 5. Zorg dat Links beginnen met scannen (Scan from Left) is geselecteerd in Richting selecteren (Scan Direction). 6. Plaats het item dat aan de linkerkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 7.
  • Pagina 340 Het eerste item wordt gescand en verschijnt in 1. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 8. Plaats het item dat aan de rechterkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 9.
  • Pagina 341 Het tweede item wordt gescand en verschijnt in 2. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 10. Pas de gescande afbeeldingen desgewenst aan. Gebruik de taakbalk om te draaien of in/uit te zoomen, of sleep de afbeeldingen om hun posities aan te passen.
  • Pagina 342 De gecombineerde afbeelding wordt opgeslagen. Opmerking • Raadpleeg 'Venster Afbeelding samenvoegen' voor meer informatie over het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch). • U kunt geavanceerde instellingen opgeven in het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) dat wordt weergegeven door te klikken op Instellingen (Settings...).
  • Pagina 343 Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. In het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) kunt u een bijsnijdkader opgeven voor de afbeelding die in het voorbeeldgebied wordt weergegeven.
  • Pagina 344 Meerdere originelen tegelijk scannen U kunt twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
  • Pagina 345 Het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven. 4. Klik op Aangepast scannen (Custom Scan). 5. Kies bij Bron selecteren (Select Source) het type items dat u wilt scannen.
  • Pagina 346 6. Selecteer Automatisch scannen (Auto scan) bij Papierformaat (Paper Size) en klik vervolgens op OK. Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen)
  • Pagina 347 Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) 7. Klik op Aangepast (Custom). Er worden meerdere items tegelijk gescand. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. • Gescande afbeeldingen worden opgeslagen in de map die is ingesteld voor Opslaan in (Save in) in het bijbehorende dialoogvenster Instellingen dat wordt getoond door te klikken op Instellingen (Settings...).
  • Pagina 348 Opslaan na controle van de scanresultaten U kunt de scanresultaten controleren en de afbeeldingen vervolgens op een computer opslaan. Belangrijk • U kunt de scanresultaten niet vóór het opslaan controleren wanneer u hebt gescand via Auto. Opmerking • De vensters voor het scannen van foto's worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt. IJ Scan Utility starten.
  • Pagina 349 Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 5.
  • Pagina 350 6. Wijzig de gewenste volgorde van de afbeeldingen of de opties voor het opslaan van bestanden. U kunt de volgorde van afbeeldingen of de opties voor het opslaan van bestanden wijzigen in het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings). Opmerking • Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. •...
  • Pagina 351 Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden U kunt gescande afbeeldingen via e-mail verzenden. Opmerking • De vensters voor het scannen van foto's worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt. IJ Scan Utility starten. 2. Klik op Instellingen (Settings...). dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven.
  • Pagina 352 Opmerking • U kunt e-mailclients voor bijlagen toevoegen in het keuzemenu. • Als Geen (handmatig toevoegen) (None (Attach Manually)) is geselecteerd, moet u gescande en opgeslagen afbeeldingen handmatig toevoegen aan een e-mail. 5. Klik op OK. Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt.
  • Pagina 353 Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 6. Klik op Foto (Photo). Het scannen begint.
  • Pagina 354 Tekst extraheren van gescande afbeeldingen (OCR) U kunt tekst in gescande tijdschriften en kranten scannen en weergeven in een teksteditor. Opmerking • U kunt tekst extraheren tijdens het scannen via Document, Aangepast (Custom) of ScanGear. • De vensters voor het scannen van documenten worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt.
  • Pagina 355 4. Selecteer OCR starten (Start OCR) voor Instellingen voor de toepassing (Application Settings) en selecteer vervolgens de toepassing waarin u het resultaat wilt weergeven. Opmerking • Als een compatibele toepassing is geïnstalleerd, wordt de tekst in de afbeelding geëxtraheerd en weergegeven in de teksteditor.
  • Pagina 356 Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 6. Klik op Document. Het scannen begint. Als het scannen is voltooid worden de gescande afbeeldingen opgeslagen volgens de instellingen en verschijnt de geëxtraheerde tekst in de opgegeven toepassing.
  • Pagina 357 • Documenten die tekst bevatten met een tekengrootte kleiner dan 8 of groter dan 40 punten (op 300 dpi) • Scheve documenten • Documenten die omgekeerd zijn geplaatst of documenten met een onjuiste afdrukstand (gedraaide tekens) • Documenten met speciale lettertypen, effecten, cursieve letters of met de hand geschreven tekst •...
  • Pagina 358 Schermen van IJ Scan Utility Hoofdscherm van IJ Scan Utility Dialoogvenster Instellingen Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) Dialoogvenster Instellingen opslaan Venster Afbeelding samenvoegen...
  • Pagina 359 Hoofdscherm van IJ Scan Utility Volg de volgende stappen om IJ Scan Utility te starten. Windows 10: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle apps (All apps) > Canon Utilities > IJ Scan Utility om IJ Scan Utility te starten. Windows 8.1/Windows 8: Selecteer IJ Scan Utility op het startscherm om IJ Scan Utility te starten.
  • Pagina 360 Aangepast (Custom) Scant items met uw voorkeursinstellingen en slaat de afbeeldingen op een computer op. Het type item kan automatisch worden gedetecteerd. Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)).
  • Pagina 361 Dialoogvenster Instellingen In het dialoogvenster Instellingen bevinden zich twee tabbladen: (Scannen vanaf een computer) en (Algemene instellingen). Als u op een tabblad klikt verandert de weergave in het rode kader en kunt u geavanceerde instellingen voor de functies op elk tabblad opgeven. (Scannen vanaf een computer) U kunt opgeven hoe moet worden gereageerd als er wordt gescand vanaf IJ Scan Utility of My Image Garden.
  • Pagina 362 Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen)
  • Pagina 363 Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Klik op Automatisch scannen (Auto Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) (Settings (Auto Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) (Settings (Auto Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om te scannen via automatische dectectie van het type item.
  • Pagina 364 • Tekstdocumenten kleiner dan 2L (127 x 178 mm) (5 x 7 inch), zoals pagina's van een pocket waarvan de rug is afgesneden • Items die zijn afgedrukt op dun wit papier • Lange, smalle items, zoals panoramafoto's • Reflecterende disclabels worden mogelijk niet zoals verwacht gescand. •...
  • Pagina 365 • Windows 10/Windows 8.1/Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows 8/Windows 7/Windows XP: map Mijn documenten (My Documents) Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. Gegevensindeling (Data Format) Automatisch (Auto) is geselecteerd. De volgende gegevensindelingen worden bij het opslaan automatisch toegepast volgens het type item.
  • Pagina 366 (3) Gebied Instellingen voor de toepassing Met een toepassing openen (Open with an application) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen wilt verbeteren of corrigeren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren.
  • Pagina 367 Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Klik op Document scannen (Document Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als documenten te scannen.
  • Pagina 368 • Tijdschriften scannen: Tijdschrift (Magazine) Kleurenmodus (Color Mode) Hier kunt u de kleurenmodus selecteren waarmee het item moet worden gescand. Papierformaat (Paper Size) Selecteer de grootte van het item dat u wilt scannen. Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven.
  • Pagina 369 Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Contouren scherper maken (Sharpen outline) Versterkt de contouren van onderwerpen om de afbeelding scherper te maken. Doorschijnendheid reduceren (Reduce show-through) Maakt tekst in een document scherper of vermindert het doorschijnen van tekst in kranten, enzovoort.
  • Pagina 370 Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) inschakelt. De afdrukstand van tekstdocumenten detecteren en afbeeldingen roteren (Detect the orientation of text document and rotate image) Roteert de afbeelding automatisch naar de juiste afdrukstand door de afdrukstand van tekst in het gescande document te detecteren.
  • Pagina 371 • Windows 8/Windows 7/Windows XP: map Mijn documenten (My Documents) Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. Gegevensindeling (Data Format) Selecteer de gegevensindeling waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. U kunt JPEG/Exif, TIFF, PNG, PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) selecteren.
  • Pagina 372 Opmerking • Er worden PDF-bestanden gemaakt die u kunt doorzoeken in de taal die u hebt geselecteerd bij Documenttaal (Document Language) op het tabblad (Algemene instellingen) van het dialoogvenster Instellingen. Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) Schakel dit selectievakje in om een map met de huidige datum te maken in de map die is opgegeven voor Opslaan in (Save in) en gescande afbeeldingen op te slaan in die map.
  • Pagina 373 Opmerking • Als u een toepassing of map wilt toevoegen aan het keuzemenu, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Toepassing selecteren (Select Application) of Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de toepassing of map op.
  • Pagina 374 Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Klik op Foto scannen (Photo Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als foto's te scannen.
  • Pagina 375 Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven. Selecteer een Eenheid (Unit), voer de Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik vervolgens op OK. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om de opgegeven instellingen te herstellen naar de standaardinstellingen.
  • Pagina 376 Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. • Windows 10/Windows 8.1/Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows 8/Windows 7/Windows XP: map Mijn documenten (My Documents) Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven.
  • Pagina 377 Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
  • Pagina 378 Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Klik op Aangepast scannen (Custom Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om volgens uw voorkeuren te scannen.
  • Pagina 379 (1) Gebied Scanopties Bron selecteren (Select Source) Hiermee kunt u het type item selecteren dat moet worden gescand. Selecteer Automatisch (Auto) om het itemtype automatisch te detecteren en om Kleurenmodus (Color Mode), Papierformaat (Paper Size) en Resolutie (Resolution) ook automatisch in te stellen. Belangrijk •...
  • Pagina 380 Opmerking • Alleen Automatisch (Auto) is beschikbaar wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). • Klik op Standaard (Defaults) in het scherm waarin u het papierformaat kunt opgeven om de opgegeven instellingen te herstellen naar de standaardinstellingen. Resolutie (Resolution) Selecteer de resolutie van het item dat u wilt scannen.
  • Pagina 381 Contouren scherper maken (Sharpen outline) Versterkt de contouren van onderwerpen om de afbeelding scherper te maken. • Als Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Tijdschrift (Magazine) of Document: Opmerking • Wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White) worden alleen Schaduw van rugmarge reduceren (Reduce gutter shadow), Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) en De afdrukstand van tekstdocumenten detecteren en afbeeldingen roteren (Detect the orientation of text...
  • Pagina 382 Raadpleeg voor meer informatie 'Schaduwcorrectie van rugmarge' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding. Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) Detecteert de gescande tekst en corrigeert de hoek (binnen -0,1 tot -10 graden of +0,1 tot +10 graden) van het document.
  • Pagina 383 (2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001". Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd.
  • Pagina 384 JPEG-beeldkwaliteit (JPEG Image Quality) U kunt de beeldkwaliteit van JPEG-bestanden opgeven. Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als JPEG/Exif of Automatisch (Auto) is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format). PDF-compressie (PDF Compression) Selecteer het type compressie voor het opslaan van PDF-bestanden. Standaard (Standard) Deze instelling wordt aanbevolen.
  • Pagina 385 Belangrijk • Dit verschijnt niet wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. (3) Gebied Instellingen voor de toepassing Met een toepassing openen (Open with an application) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen wilt verbeteren of corrigeren.
  • Pagina 386 Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Klik op Scannen en samenvoegen (Scan and Stitch) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items te scannen die groter zijn dan de plaat.
  • Pagina 387 Opmerking • Als u moiré wilt verminderen, stelt u Bron selecteren (Select Source) in op Tijdschrift (Magazine) of schakelt u het selectievakje Moiré reduceren (Reduce moire) bij Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) in. Kleurenmodus (Color Mode) Hier kunt u de kleurenmodus selecteren waarmee het item moet worden gescand.
  • Pagina 388 (2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001". Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd.
  • Pagina 389 Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format). • Als Zwart-wit (Black and White) is geselecteerd in de Kleurenmodus (Color Mode), wordt deze optie niet weergegeven. Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen.
  • Pagina 390 Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
  • Pagina 391 Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Klik op ScanGear op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) kunt u instellen hoe afbeeldingen moeten worden opgeslagen wanneer items worden gescand door ScanGear (scannerstuurprogramma) te starten en hoe er na het opslaan moet worden gereageerd.
  • Pagina 392 Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de doelmap op.
  • Pagina 393 Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format). Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen.
  • Pagina 394 (2) Gebied Instellingen voor de toepassing Met een toepassing openen (Open with an application) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen wilt verbeteren of corrigeren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren.
  • Pagina 395 Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) Klik op het tabblad (Algemene instellingen) om het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) weer te geven. U kunt het te gebruiken product, de beperking van de bestandsgrootte voor e-mailbijlagen, de taal om tekst in afbeeldingen te detecteren en de map waarin de afbeeldingen tijdelijk worden opgeslagen instellen in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)).
  • Pagina 396 Map voor de opslag van tijdelijke bestanden (Folder to Save Temporary Files) Hier wordt de map weergegeven waarin de afbeeldingen tijdelijk moeten worden opgeslagen. Klik op Bladeren... (Browse...) om de doelmap op te geven. Instructies (Instructions) Deze handleiding openen. Standaard (Defaults) U kunt de instellingen in het getoonde scherm herstellen naar de standaardinstellingen.
  • Pagina 397 Dialoogvenster Instellingen opslaan Selecteer het selectievakje Scanresultaten controleren (Check scan results) in Instellingen opslaan (Save Settings) van het dialoogvenster Instellingen om na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weer te geven. U kunt de gegevensindeling en de bestemming opgeven terwijl u de miniaturen van scanresultaten weergeeft.
  • Pagina 398 Belangrijk • De bewerkingsknoppen voor Voorbeeld worden niet weergegeven als het selectievakje Scannen van grote afbeeldingen inschakelen (Enable large image scans) is ingeschakeld in het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)). (2) Gebied Scanresultaten Hier worden de miniaturen van de gescande afbeeldingen weergegeven. U kunt de opslagvolgorde van afbeeldingen wijzigen door ze te verslepen.
  • Pagina 399 • Het selectievakje Scannen van grote afbeeldingen inschakelen (Enable large image scans) is geselecteerd in Instellingen opslaan (Save Settings) van het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) • OCR starten (Start OCR) is geselecteerd in Instellingen voor de toepassing (Application Settings) van het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)), Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) of Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) •...
  • Pagina 400 Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) Schakel dit selectievakje in om een map met de huidige datum te maken in de map die is opgegeven voor Opslaan in (Save in) en gescande afbeeldingen op te slaan in die map. Er wordt een map gemaakt met een naam als '20XX_01_01' (Jaar_Maand_Dag).
  • Pagina 401 Venster Afbeelding samenvoegen Klik op Samenvoegen (Stitch) in het hoofdscherm van IJ Scan Utility om het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) weer te geven. U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen.
  • Pagina 402 Richting selecteren (Scan Direction) Links beginnen met scannen (Scan from Left) Geeft de eerste gescande afbeelding aan de linkerkant weer. Rechts beginnen met scannen (Scan from Right) Geeft de eerste gescande afbeelding aan de rechterkant weer. Afbeelding 1 scannen (Scan Image 1) Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1) Scant het eerste item.
  • Pagina 403 Bijsnijdkaders aanpassen (Adjust cropping frames) U kunt het scangebied aanpassen in het voorbeeld. Wanneer geen gebied is geselecteerd wordt de afbeelding met het formaat dat is geselecteerd in Uitvoerformaat selecteren (Select Output Size) opgeslagen. Als er een gebied is opgegeven, wordt alleen de afbeelding in het bijsnijdkader gescand en opgeslagen.
  • Pagina 404 (Linksom roteren) De voorbeeldafbeelding wordt 90 graden tegen de klok in gedraaid. (180° draaien) De afbeelding wordt 180 graden gedraaid. (Rechtsom roteren) De afbeelding wordt 90 graden met de klok mee gedraaid. (Handleiding openen) Opent deze pagina. (3) Gebied Miniatuurweergave Hier worden de miniaturen van de gescande afbeeldingen weergegeven.
  • Pagina 405 Nadat het eerste item is gescand door te klikken op Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1): De afbeelding wordt gescand in de richting die is opgegeven in Richting selecteren (Scan Direction), en 2 verschijnt ernaast. Nadat het tweede item is gescand door te klikken op Start het scannen van afbeelding 2 (Start Scanning Image 2): De twee gescande afbeeldingen worden weergegeven.
  • Pagina 406 Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear...
  • Pagina 407 Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? ScanGear (scannerstuurprogramma) is software die nodig is voor het scannen van documenten. U kunt hiermee het uitvoerformaat opgeven en afbeeldingen corrigeren wanneer u documenten scant. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of toepassingen die compatibel zijn met de standaardinterface TWAIN.
  • Pagina 408 Geavanceerde modus Op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid, kleurtint en dergelijke voor de scan instellen.
  • Pagina 409 ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Met ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aanbrengen. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of andere toepassingen. Opmerking • Installeer de netwerkomgeving als u meer dan één scanner of een netwerkscanner hebt, en de verbinding van een USB-verbinding in een netwerkverbinding hebt veranderd.
  • Pagina 410 Scannen in de Basismodus Via het tabblad Basismodus (Basic Mode) kunt u gemakkelijk scannen aan de hand van de weergegeven stappen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk op de glasplaat. Bij het scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) worden de documenten gescand zonder eerst een voorbeeld weer te geven.
  • Pagina 411 Belangrijk • Het doorlopend scannen vanuit de ADF wordt niet door alle toepassingen ondersteund. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Opmerking • Wanneer u tijdschriften scant die veel kleurenfoto's bevatten, selecteert u Tijdschrift (kleur) (Magazine (Color)). 3. Klik op Voorbeeld (Preview). Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het voorbeeldgebied.
  • Pagina 412 Opmerking • De kleuren worden aangepast aan het documenttype dat bij Bron selecteren (Select Source) is geselecteerd. 4. Selecteer Doel (Destination). Opmerking • Ga verder met stap 7 als er onder Bron selecteren (Select Source) een ADF-type is geselecteerd. 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. De beschikbare opties voor het uitvoerformaat zijn afhankelijk van wat u onder Doel (Destination) hebt geselecteerd.
  • Pagina 413 Scannen in de Geavanceerde modus Op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid, kleurtint en dergelijke voor de scan instellen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde...
  • Pagina 414 Opmerking • De instellingen blijven niet behouden als u schakelt tussen modi. 3. Stel Instellingen voor invoer (Input Settings) in, afhankelijk van het document of het doel. 4. Klik op Voorbeeld (Preview). Er worden voorbeelden van de afbeeldingen in het voorbeeldgebied weergegeven. 5.
  • Pagina 415 Verwant onderwerp Tabblad Geavanceerde modus...
  • Pagina 416 Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus U kunt op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) de helderheid, kleurtint, enzovoort, van afbeeldingen opgeven, en meerdere documenten tegelijk vanuit de ADF (automatische documentinvoer) scannen. Wanneer u een model gebruikt dat dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunt, kunt u beide kanten van documenten automatisch vanuit de ADF scannen.
  • Pagina 417 5. Breng naar wens afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aan. Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) Knoppen voor kleuraanpassing 6. Klik op Scannen (Scan). Het scannen begint. Opmerking • Klik op (Informatie) om een dialoogvenster te openen waarin u de huidige scan-instellingen (documenttype en dergelijke) kunt controleren. •...
  • Pagina 418 Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) U kunt twee of meer foto's (kleine documenten) op de glasplaat tegelijk scannen via het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode). In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u meerdere documenten kunt scannen vanaf het tabblad Basismodus (Basic Mode).
  • Pagina 419 3. Klik op Voorbeeld (Preview). In het voorbeeldgebied worden miniaturen van de voorbeeldafbeeldingen weergegeven. Bijsnijdkaders worden automatisch aangegeven op basis van het documentformaat. 4. Selecteer Doel (Destination). 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. 6. Pas desgewenst de bijsnijdkaders aan en stel Afbeeldingscorrecties (Image corrections) Opmerking •...
  • Pagina 420 • U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. Als u meerdere bijsnijdkaders in een afbeelding wilt maken, moet u de scan in de volledige afbeeldingsweergave uitvoeren. Meerdere documenten scannen in de volledige afbeeldingsweergave 7. Selecteer de afbeeldingen die u wilt scannen. Schakel de selectievakjes in voor de afbeeldingen die u wilt scannen.
  • Pagina 421 Opmerking • Als de volledige afbeelding wordt weergegeven, wordt het pictogram gewijzigd in (Volledige afbeelding). 2. Selecteer Doel (Destination). 3. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. Verhouding omkeren (Invert aspect ratio) is beschikbaar wanneer een andere optie dan Aanpasbaar (Flexible) is geselecteerd bij Uitvoerformaat (Output Size).
  • Pagina 422 Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Verzadiging en kleurbalans aanpassen Helderheid en contrast aanpassen Histogram aanpassen Tintcurve aanpassen Drempel instellen...
  • Pagina 423 Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Met de functies van Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen van afbeeldingen de contouren van het onderwerp verscherpen, stof en krassen verminderen en vervaagde kleuren corrigeren.
  • Pagina 424 De helderheid en kleurtint aanpassen Stel Beeldaanpassing (Image Adjustment) in op Automatisch (Auto), Foto (Photo), Tijdschrift (Magazine) of Document, afhankelijk van het documenttype. Geen (None) Automatisch (Auto) Doorschijneffecten reduceren in tekstdocumenten of de basiskleur lichter maken voor bijvoorbeeld gerecycled papier en kranten bij het scannen van documenten Stel Doorschijnendheid beperken (Reduce Show-through) in op AAN (ON).
  • Pagina 425 Opmerking • Afgedrukte foto's en afbeeldingen worden weergegeven als een verzameling kleine puntjes. Moiré is een verschijnsel waarbij ongelijkmatige gradatie of een streeppatroon zichtbaar is als foto's of afbeeldingen met fijne punten worden gescand. Moiré-reductie (Descreen) is de functie waarmee u dit effect kunt verkleinen.
  • Pagina 426 Schaduwen tussen pagina's corrigeren die zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand Stel Schaduwcorrectie van rugmarge (Gutter Shadow Correction) in op Laag (Low), Middel (Medium) of Hoog (High), afhankelijk van de grootte van de schaduwen. Geen (None) Middel (Medium)
  • Pagina 427 Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Met de functie Kleurenpatroon op het tabblad Basismodus (Basic Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u voorbeelden van kleurwijzigingen bekijken en natuurlijke kleuren reproduceren. Kleuraanpassing Hiermee kunt u kleuren corrigeren die in de loop der tijd of als gevolg van overkleuring zijn vervaagd. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren.
  • Pagina 428 fotosituatie reproduceren door de te veel benadrukte kleur te verminderen en de complementaire kleur te verhogen. Het beste kunt u een gedeelte op de foto zoeken dat wit zou moeten zijn, en de kleuren zo aanpassen dat dit gedeelte wit wordt. Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het midden.
  • Pagina 429 Verzadiging en kleurbalans aanpassen U kunt kleuren die in de loop van de tijd zijn vervaagd of verkleurd verbeteren met behulp van (Verzadiging/kleurbalans) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Verzadiging De verzadiging (levendigheid) van de afbeelding aanpassen.
  • Pagina 430 Opmerking • Als u de verzadiging te veel vergroot, kan de natuurlijke kleurtint van de originele afbeelding verloren gaan. Kleurbalans Afbeeldingen met overkleuring aanpassen. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren. Sleep (schuifknop) onder Kleurbalans (Color Balance) naar links of naar rechts om de bijbehorende kleur te benadrukken.
  • Pagina 431 Helderheid en contrast aanpassen U kunt afbeeldingen die te donker of te licht zijn of die te vlak zijn door een gebrek aan contrast, verbeteren met behulp van (Helderheid/contrast) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
  • Pagina 432 Opmerking • Alleen Grijswaarden (Grayscale) wordt weergegeven bij Kanaal (Channel) als de Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Grijswaarden (Grayscale). Helderheid Pas de helderheid van de afbeelding aan. Sleep (schuifknop) onder Helderheid (Brightness) naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om deze lichter te maken.
  • Pagina 433 Opmerking • Door het contrast te verhogen, geeft u zachte afbeeldingen een meer driedimensionale uitstraling. Als u het contrast echter te veel verhoogt, kan dit ten koste gaan van lichte gebieden en schaduwgebieden.
  • Pagina 434 Histogram aanpassen U kunt de kleurtoon van een afbeelding via (Histogram) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) aanpassen met behulp van een grafiek (histogram) waarin de verdeling van de helderheid wordt aangegeven. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
  • Pagina 435 (1) Helder gebied (2) Donker gebied (3) Hele afbeelding In het lichte gebied zijn meer ge- In het schaduwgebied zijn meer De gegevens zijn gelijk verdeeld tussen gevens verdeeld. gegevens verdeeld. het lichte gebied en het schaduwgebied. Histogrammen aanpassen (met de schuifknop) Selecteer een Kanaal (Channel) en versleep (schuifknop voor zwartpunt) of (schuifknop voor...
  • Pagina 436 Afbeeldingen waarin de gegevens gelijk zijn verdeeld Sleep de schuifknop zwartpunt naar het lichte gebied en de schuifknop witpunt naar het schaduwgebied. De schuifknop voor middenpunt verslepen Versleep de schuifknop voor middenpunt om het niveau op te geven dat moet worden ingesteld als het midden van het tintbereik.
  • Pagina 437 • Het punt waarop u klikt met (pipet voor zwartpunt) wordt het donkerste punt. U kunt ook een waarde invoeren (0 tot 245). • Het punt waarop u klikt met (pipet voor middenpunt) wordt het midden van het toonbereik. U kunt ook een waarde invoeren (5 tot 250).
  • Pagina 438 Tintcurve aanpassen U kunt de helderheid van een afbeelding aanpassen door via (Tintcurve-instellingen) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) het type grafiek (tintcurve) te selecteren dat de balans van de tooninvoer en -uitvoer aangeeft. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
  • Pagina 439 Tintcurve aanpassen Selecteer in Tintcurve selecteren (Select Tone Curve) een tintcurve in Geen correctie (No correction), Overbelichting (Overexposure), Onderbelichting (Underexposure), Veel contrast (High contrast), Negatief/positief beeld omdraaien (Reverse the negative/positive image) en Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve). Geen correctie (No correction) (geen aanpassing) Overbelichting (Overexposure) (bolle curve) De middentoongegevens van de invoerzijde worden naar het lichte gebied van de uitvoerzijde uitgerekt.
  • Pagina 440 Negatief/positief beeld omdraaien (Reverse the negative/positive image) (aflopende lijn) De invoer- en uitvoerzijden worden omgedraaid. Dit geeft een beeld met negatief en positief omgekeerd. Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve) U kunt bepaalde punten op de tintcurve slepen, zodat u de helderheid van de bijbehorende gebieden naar wens kunt aanpassen.
  • Pagina 441 Drempel instellen U kunt de tekst in een document scherper maken en voorkomen dat tekst op de achterzijde van het papier doorschijnt door de drempel aan te passen via (Drempel) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
  • Pagina 442 Schermen van ScanGear (scannerstuurprogramma) Tabblad Basismodus Tabblad Geavanceerde modus Instellingen voor invoer (Input Settings) Instellingen voor uitvoer (Output Settings) Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) Knoppen voor kleuraanpassing Dialoogvenster Voorkeuren Tabblad Scanner Tabblad Voorbeeld Tabblad Scannen Tabblad Kleurinstellingen...
  • Pagina 443 Tabblad Basismodus In deze modus kunt u eenvoudig scannen door de instructies op het scherm te volgen. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Basismodus (Basic Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
  • Pagina 444 Document (kleur) ADF dubbelzijdig (Document (Color) ADF Duplex) (alleen voor modellen die dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunen) Beide zijden van documenten in kleur scannen vanuit de ADF. Document (grijstinten) ADF dubbelzijdig (Document (Grayscale) ADF Duplex) (alleen voor modellen die dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunen) Beide zijden van documenten in zwart-wit scannen vanuit de ADF.
  • Pagina 445 Afbeeldingsweergave (Image display) Selecteer deze optie om de gescande afbeelding weer te geven op het beeldscherm. Selecteer deze optie om de gescande afbeelding te gebruiken in combinatie met OCR-software. OCR-software is software waarmee een als afbeelding gescande tekst wordt geconverteerd naar een tekstbestand, zodat deze kan worden bewerkt in tekstverwerkers en andere programma's.
  • Pagina 446 In het dialoogvenster Uitvoerformaat toevoegen/verwijderen (Add/Delete the Output Size) kunt u meerdere uitvoerformaten opgeven en gelijktijdig opslaan. Opgeslagen items worden toegevoegd aan de lijst Uitvoerformaat (Output Size) en kunnen samen met de vooraf gedefinieerde items worden geselecteerd. Toevoegen: Voer Naam van uitvoerformaat (Output Size Name), Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik daarna op Toevoegen (Add).
  • Pagina 447 Afbeeldingscorrecties (Image corrections) Hiermee kunt u correcties toepassen op afbeeldingen. Belangrijk • Automatische documentcorrectie toepassen (Apply Auto Document Fix) en Vervaging corrigeren (Correct fading) zijn beschikbaar als Aanbevolen (Recommended) is geselecteerd op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences).
  • Pagina 448 Opmerking • Wanneer het scannen begint, wordt de voortgang weergegeven. Klik op Annuleren (Cancel) om de scan te annuleren. Voorkeuren... (Preferences...) Hiermee opent u het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences), waarin u instellingen voor scannen en voorbeeld kunt opgeven. Sluiten (Close) Hiermee sluit u ScanGear (scannerstuurprogramma). (2) Werkbalk U kunt voorbeeldafbeeldingen aanpassen of roteren.
  • Pagina 449 (Alle kaders selecteren) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven. De selectievakjes van de afbeelding in de miniaturenweergave worden ingeschakeld. (Selectie alle kaders opheffen) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven. De selectievakjes van de afbeelding in de miniaturenweergave worden uitgeschakeld. (Alle kaders selecteren) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven.
  • Pagina 450 Opmerking • Als er van meerdere afbeeldingen een voorbeeld wordt weergegeven, worden verschillende selectiestatussen met verschillende randen aangeduid. • Kader met focus (dikke blauwe rand): de weergegeven instellingen worden toegepast. • Geselecteerd kader (dunne blauwe rand): de instellingen worden gelijktijdig toegepast op het kader met focus en het geselecteerde kader.
  • Pagina 451 Opmerking • U kunt het bijsnijdkader opgeven in de weergegeven afbeelding. U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave kunt u meerdere bijsnijdkaders maken. Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Verwant onderwerp Scannen in de Basismodus...
  • Pagina 452 Tabblad Geavanceerde modus In deze modus kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven, zoals de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid van de afbeelding en kleurtint. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
  • Pagina 453 Voer Naam instelling (Setting Name) in en klik op Toevoegen (Add). De naam wordt weergegeven in Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List). Wanneer u op Opslaan (Save) klikt, wordt het item weergegeven in de lijst Voorkeursinstellingen (Favorite Settings) en kan het worden geselecteerd, samen met de vooraf gedefinieerde items. Als u een item wilt verwijderen, selecteert u het item in de Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List) en klikt u op Verwijderen (Delete).
  • Pagina 454 Opmerking • U kunt ook op een afbeelding inzoomen door op het kader te dubbelklikken. Dubbelklik opnieuw op het kader om terug te keren naar de weergave op de oorspronkelijke grootte. In de volledige afbeeldingsweergave: Hiermee scant u de afbeelding in het gebied dat is opgegeven met een bijsnijdkader opnieuw met een sterkere vergroting.
  • Pagina 455 • De verwerking van afbeeldingen kan enige tijd in beslag nemen als het totale formaat van de gescande afbeeldingen een bepaalde grootte overschrijdt. In dat geval wordt er een waarschuwingsbericht weergegeven; het wordt aanbevolen de totale grootte te beperken. Voer een scan uit in de volledige afbeeldingsweergave om door te gaan.
  • Pagina 456 (Linksom roteren) De voorbeeldafbeelding wordt 90 graden tegen de klok in gedraaid. • Het resultaat is zichtbaar in de gescande afbeelding. • Wanneer u de afbeelding opnieuw als voorbeeld weergeeft, wordt de oorspronkelijke staat hersteld. (Rechtsom roteren) De afbeelding wordt 90 graden met de klok mee gedraaid. •...
  • Pagina 457 (Handleiding openen) Opent deze pagina. (3) Voorbeeldgebied Hier wordt een testafbeelding weergegeven nadat u op Voorbeeld (Preview) hebt geklikt. U kunt ook de resultaten controleren van de instellingen (afbeeldingscorrecties, kleuraanpassingen en dergelijke) die zijn geconfigureerd in '(1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen'.
  • Pagina 458 Opmerking • U kunt het bijsnijdkader opgeven in de weergegeven afbeelding. U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave kunt u meerdere bijsnijdkaders maken. Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Verwant onderwerp Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus...
  • Pagina 459 Instellingen voor invoer Bij Instellingen voor invoer (Input Settings) kunt u de volgende opties instellen: Bron selecteren (Select Source) Het type document dat wordt gescand wordt weergegeven. Als u wilt scannen vanaf de glasplaat, selecteert u Plaat (Platen). Als u wilt scannen vanuit de ADF (Auto Document Feeder), selecteert u Document (ADF enkelzijdig) (Document (ADF Simplex)) of Document (ADF dubbelzijdig) (Document (ADF Duplex)).
  • Pagina 460 • Als u het Papierformaat (Paper Size) wijzigt nadat het voorbeeld is weergegeven, wordt de voorbeeldafbeelding verwijderd. Opmerking • Als u niet zeker weet welk formaat u moet selecteren bij Papierformaat (Paper Size), stelt u het Papierformaat (Paper Size) in op Volledige plaat (Full Platen), meet u het formaat van het document en geeft u de waarden op bij (Breedte) en (Hoogte).
  • Pagina 461 (drempelniveau) verdeeld in zwart en wit en wordt met twee kleuren opgebouwd. Het drempelniveau kan worden ingesteld met de knop (Drempel). Invoerformaat In de miniaturenweergave wordt de grootte van het bijgesneden document weergegeven nadat u een voorbeeld hebt bekeken. In de volledige afbeeldingsweergave wordt Papierformaat (Paper Size) weergegeven voordat u een voorbeeld hebt bekeken, en wordt het formaat van het bijsnijdkader (scangebied) weergegeven nadat u een voorbeeld hebt bekeken.
  • Pagina 462 Instellingen voor uitvoer Bij Instellingen voor uitvoer (Output Settings) kunt u de volgende opties instellen: Uitvoerresolutie (Output Resolution) Selecteer de resolutie waarmee u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Selecteer een van de weergegeven opties voor de resolutie door op de knop te klikken, of typ een waarde (in stappen van 1 dpi).
  • Pagina 463 In de miniaturenweergave: Sleep de muis over een miniatuur om een bijsnijdkader weer te geven. Wanneer een bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het gedeelte in het bijsnijdkader gescand. Als er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt elk kader afzonderlijk gescand. In de volledige afbeeldingsweergave: Wanneer er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het hele voorbeeldgebied gescand.
  • Pagina 464 toegevoegde formaat wordt weergegeven in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan. Verwijderen: Selecteer het uitvoerformaat dat u wilt verwijderen in Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) en klik vervolgens op Verwijderen (Delete).
  • Pagina 465 Instellingen voor afbeeldingen Belangrijk • Gebruik deze functies niet voor afbeeldingen zonder moiré, stof/krassen of vervaagde kleuren. De kleurtint kan dan nadelig beïnvloed worden. • Resultaten van afbeeldingscorrecties worden mogelijk niet weergegeven in de voorbeeldafbeelding. Opmerking • Welke instellingen u kunt selecteren, is afhankelijk van de instellingen voor Kleurenmodus (Color Mode).
  • Pagina 466 Document Hiermee wordt Beeldaanpassing (Image Adjustment) voor tekstdocumenten toegepast. Belangrijk • U kunt Beeldaanpassing (Image Adjustment) instellen nadat u het voorbeeld hebt bekeken. • U kunt deze instelling selecteren wanneer u Aanbevolen (Recommended) selecteert op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences). Opmerking •...
  • Pagina 467 Opmerking • Zelfs wanneer Moiré-reductie (Descreen) is ingesteld op AAN (ON), is het mogelijk dat dit effect niet helemaal wordt verwijderd als Beeld verscherpen (Unsharp Mask) ook is ingesteld op AAN (ON). In dat geval moet u Beeld verscherpen (Unsharp Mask) instellen op UIT (OFF). Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches) Een gescande foto kan witte puntjes bevatten.
  • Pagina 468 Correctie van korreligheid (Grain Correction) Gebruik deze functie om korreligheid (grofheid) te reduceren in foto's die met hoge snelheid of gevoelige film zijn genomen. Geen (None) Korreligheid wordt niet gereduceerd. Laag (Low) Selecteer deze instelling wanneer de foto iets korrelig is. Middel (Medium) Deze instelling wordt aanbevolen.
  • Pagina 469 • Afhankelijk van het document is het mogelijk dat schaduwen niet goed worden gecorrigeerd. Als de pagina geen witte achtergrond heeft, is het mogelijk dat schaduwen niet goed worden gedetecteerd of helemaal niet worden gedetecteerd. • Druk bij het scannen net zo hard op de rug als bij de voorbeeldscan. Als het boek niet gelijkmatig is gebonden, wordt de schaduw niet goed gecorrigeerd.
  • Pagina 470 Knoppen voor kleuraanpassing Met de knoppen voor kleuraanpassing kunt u fijne correcties aanbrengen in de helderheid en kleurtonen van de afbeelding, waaronder aanpassingen in de algehele helderheid of het contrast van de afbeelding en wijzigingen in de waarden voor lichte en schaduwgebieden (histogram) of de balans (tintcurve). Belangrijk •...
  • Pagina 471 (Helderheid/contrast) De helderheid en het contrast van een afbeelding aanpassen. Als de afbeelding te donker of te licht is of als de beeldkwaliteit te vlak is door gebrek aan contrast, kunt u de helderheid en het contrast aanpassen. Helderheid en contrast aanpassen (Histogram) In een histogram kunt u de gegevensconcentratie zien op elk helderheidsniveau van een afbeelding.
  • Pagina 472 (Drempel) Stel de grens (de drempel) in waar zwart en wit worden gescheiden. Door het drempelniveau aan te passen, kunt u de tekst in een document scherper maken en voorkomen dat tekst op de achterzijde van het papier doorschijnt (wat vooral bij en gebeurt). Drempel instellen Aangepast (Custom) U kunt een set met tintcurve- en drempelinstellingen voor de knoppen voor kleuraanpassing een naam...
  • Pagina 473 Dialoogvenster Voorkeuren In het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) kunt u geavanceerde instellingen voor de functies van ScanGear (scannerstuurprogramma) opgeven via de tabbladen Scanner, Voorbeeld (Preview), Scannen (Scan) en Kleurinstellingen (Color Settings). Klik op Voorkeuren... (Preferences...) in het scherm van ScanGear om het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) te openen.
  • Pagina 474 Tabblad Scanner Op het tabblad Scanner kunt u de volgende instellingen opgeven. Belangrijk • De beschikbare functies en instellingen hangen af van uw scanner of printer. Instellingen voor automatisch in-/uitschakelen (Auto Power Settings) U kunt instellen dat het apparaat automatisch wordt in- of uitgeschakeld. Klik op Instellingen...
  • Pagina 475 Belangrijk Afhankelijk van uw model wordt het apparaat niet automatisch uitgeschakeld wanneer dit is verbonden met een netwerk, ook al is Automatisch uitschakelen (Auto Power Off) ingesteld. Raadpleeg 'Lijst met ondersteunde functies per model (Automatisch uitschakelen)' om te controleren of uw model de functie Automatisch uitschakelen ondersteunt. Stille instellingen (Quiet Settings) Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat het apparaat minder geluid maakt.
  • Pagina 476 Map voor tijdelijke bestanden (Select Folder Where Temporary Files are Saved) Hier wordt de map weergegeven waarin de afbeeldingen tijdelijk moeten worden opgeslagen. Als u de map wilt wijzigen, klikt u op Bladeren... (Browse...) om een andere map op te geven. Geluidsinstellingen (Sound Settings) U kunt het apparaat zodanig instellen dat er een geluidsbestand wordt afgespeeld tijdens het scannen of wanneer het scannen is voltooid.
  • Pagina 477 Tabblad Voorbeeld Op het tabblad Voorbeeld (Preview) kunt u de volgende instellingen opgeven. Voorbeeld bij starten van ScanGear (Preview at Start of ScanGear) Selecteer wat u wilt doen met Voorbeeld wanneer ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt gestart. Voorbeeld automatisch uitvoeren (Automatically execute preview) ScanGear begint automatisch met een voorbeeldweergave bij het opstarten.
  • Pagina 478 Geen (None) Nadat het voorbeeld is bekeken, wordt er geen bijsnijdkader weergegeven. Uitsnijdformaat voor filmminiatuur (Cropping Size for Thumbnail View) Hiermee kunt u het uitsnijdformaat selecteren voor miniaturen van gescande documenten. Groter (Larger) Hiermee wordt 105% (in breedte en hoogte) weergegeven van het gedeelte dat voor het standaardformaat wordt weergegeven.
  • Pagina 479 Tabblad Scannen Op het tabblad Scannen (Scan) kunt u de volgende instellingen opgeven. Status van het dialoogvenster ScanGear na het scannen (Status of ScanGear dialog after scanning) Selecteer wat u wilt doen met ScanGear (scannerstuurprogramma) nadat afbeeldingen zijn gescand. ScanGear automatisch sluiten (Close ScanGear automatically) Selecteer deze optie wanneer u na het scannen wilt teruggaan naar de oorspronkelijke toepassing.
  • Pagina 480 Tabblad Kleurinstellingen Op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) kunt u de volgende instellingen opgeven. Kleuraanpassing Selecteer een van de volgende opties. Aanbevolen (Recommended) Gebruik deze optie om een levendige reproductie van de tint van een document weer te geven op het scherm.
  • Pagina 481 Geen (None) Selecteer deze optie om de kleurcorrectie van ScanGear (scannerstuurprogramma) uit te schakelen. Opmerking • Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar wanneer u scant vanuit de ADF (automatische documentinvoer), afhankelijk van uw scanner of printer. • U kunt een instelling selecteren wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Kleur (Color) of Grijswaarden (Grayscale).
  • Pagina 482 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat of ADF (automatische documentinvoer) van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen.
  • Pagina 483 Belangrijk Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen te- • Raadpleeg 'Originelen plaatsen' voor uw model gen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kun- vanuit de startpagina van de Online handleiding nen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als voor meer informatie over de gedeelten waarbin- PDF-bestanden.
  • Pagina 484 Documenten plaatsen (ADF (automatische documentinvoer)) Belangrijk • Laat geen dikke items op de plaat liggen tijdens het scannen vanuit de ADF. Dit kan leiden tot papierstoringen. • Als u twee of meer documenten wilt scannen, moet u documenten van hetzelfde formaat plaatsen en uitlijnen.
  • Pagina 485 Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. Op het tabblad Basismodus (Basic Mode) en Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u bijsnijdkaders (scangebieden) opgeven voor de afbeelding(en) die in het voorbeeldgebied van het scherm wordt/worden weergegeven.
  • Pagina 486 Uitvoerformaat, afbeeldingscorrecties en andere instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden op alle geselecteerde bijsnijdkaders toegepast. (2) Dun bijsnijdkader In de miniaturenweergave: Uitvoerformaat, afbeeldingscorrecties en andere instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden toegepast. In de volledige afbeeldingsweergave: Dit geeft een niet geselecteerd bijsnijdkader weer.
  • Pagina 487 Meerdere bijsnijdkaders maken In de miniaturenweergave: U kunt maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave: Klik en sleep de muisaanwijzer buiten de grenzen van het bestaande bijsnijdkader om een nieuw bijsnijdkader in het voorbeeldgebied te maken. Het nieuwe bijsnijdkader wordt het actieve bijsnijdkader en het eerste bijsnijdkader wordt het niet-geselecteerde bijsnijdkader.
  • Pagina 488 Bijsnijdkaders verwijderen In de miniaturenweergave: Als u een bijsnijdkader wilt verwijderen, klikt u buiten het bijsnijdkader of op een afbeelding. In de volledige afbeeldingsweergave: U verwijdert een bijsnijdkader door het kader te selecteren en te klikken op (Bijsnijdkader verwijderen) op de werkbalk. U kunt ook op de toets Delete drukken. Als er meerdere bijsnijdkaders zijn, worden alle geselecteerde bijsnijdkaders (actief bijsnijdkader geselecteerd bijsnijdkader) gelijktijdig verwijderd.
  • Pagina 489 Algemene opmerkingen (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) kent de volgende beperkingen. Denk hieraan wanneer u het programma gebruikt. Beperkingen van het scannerstuurprogramma • Als u het NTFS-bestandssysteem gebruikt, wordt de TWAIN-gegevensbron wellicht niet opgeroepen. Dit komt doordat de TWAIN-module niet naar de winnt-map kan worden geschreven vanwege beveiligingsredenen.
  • Pagina 490 • Als u gescande afbeeldingen wilt importeren in Microsoft Office 2000, slaat u deze eerst op met IJ Scan Utility en importeert u vervolgens de opgeslagen bestanden via het menu Invoegen (Insert). • Wanneer u afbeeldingen ter grootte van de glasplaat scant naar Microsoft Office 2003 (Word, Excel, PowerPoint, enzovoort), klikt u op Aangepast (Custom Insert) in het scherm Afbeelding van scanner of camera invoegen<...
  • Pagina 491 Andere scanmethoden Scannen met WIA-stuurprogramma Scannen via het Configuratiescherm (alleen Windows XP)
  • Pagina 492 Scannen met WIA-stuurprogramma U kunt een item scannen vanuit een toepassing die compatibel is met WIA (Windows Image Acquisition). WIA is een stuurprogrammamodel dat onderdeel is van Windows XP of hoger. Hiermee kunt u items scannen zonder een toepassing te gebruiken. De procedure varieert, afhankelijk van de toepassing.
  • Pagina 493 Helderheid (Brightness) Pas de helderheid aan met de schuifknop. Sleep de schuifknop naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om de afbeelding lichter te maken. U kunt ook een waarde invoeren (-100 tot 100). Contrast Pas het contrast aan met de schuifknop. Als u de schuifknop naar links verplaatst wordt het contrast van de afbeelding lager, waardoor de afbeelding zachter wordt.
  • Pagina 494 Helderheid (Brightness) Pas de helderheid aan met de schuifknop. Sleep de schuifknop naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om de afbeelding lichter te maken. U kunt ook een waarde invoeren (-127 tot 127). Contrast Pas het contrast aan met de schuifknop. Als u de schuifknop naar links verplaatst wordt het contrast van de afbeelding lager, waardoor de afbeelding zachter wordt.
  • Pagina 495 1. Klik op Start en selecteer Configuratiescherm (Control Panel). 2. Klik op Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) > Scanners en camera's (Scanners and Cameras) en dubbelklik op Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is). Het dialoogvenster Wizard Scanner en camera (Scanner and Camera Wizard) verschijnt.
  • Pagina 496 Helderheid (Brightness) Pas de helderheid aan met de schuifknop. Sleep de schuifknop naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om de afbeelding lichter te maken. U kunt ook een waarde invoeren (-127 tot 127). Contrast Pas het contrast aan met de schuifknop. Als u de schuifknop naar links verplaatst wordt het contrast van de afbeelding lager, waardoor de afbeelding zachter wordt.
  • Pagina 497 Scantips Resolutie Gegevensindelingen Kleurafstemming...
  • Pagina 498 Resolutie De gegevens in de door u gescande afbeelding zijn een verzameling puntjes die informatie over helderheid en kleur bevatten. De dichtheid van deze puntjes wordt 'resolutie' genoemd. De resolutie bepaalt hoeveel details de afbeelding bevat. De resolutie wordt uitgedrukt in het aantal puntjes per inch (dpi). Dpi is het aantal puntjes per inch (2,5 cm).
  • Pagina 499 Tekst scannen met OCR Kleur of grijswaarden 300 dpi Belangrijk • Als u de resolutie verdubbelt, wordt het gegevensformaat van de gescande afbeelding viermaal zo groot. Als het bestand te groot is, vermindert de uitvoersnelheid aanzienlijk en kan er bijvoorbeeld een gebrek aan geheugen ontstaan.
  • Pagina 500 Gegevensindelingen Bij het opslaan van gescande afbeeldingen kunt u een gegevensindeling kiezen. Geef de meest geschikte gegevensindeling op, in overeenstemming met het gebruik van de afbeelding in een bepaalde toepassing. De beschikbare gegevensindelingen zijn afhankelijk van de toepassing en het besturingssysteem (Windows of Mac OS).
  • Pagina 501 Kleurafstemming 'Kleurafstemming' is het aanbrengen van aanpassingen zodat de kleurtonen van het originele item, het monitorscherm en de kleurenafdruk met elkaar overeenkomen. Op uw scanner of printer worden de kleurtinten aangepast zoals hieronder wordt aangegeven. Voorbeeld: sRGB is geselecteerd als uitvoerprofiel (doel): De kleurruimte van de afbeelding wordt geconverteerd van de kleurruimte van de scanner naar sRGB door ScanGear.
  • Pagina 502 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen. Anders worden de items mogelijk niet goed gescand.
  • Pagina 503 Belangrijk Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen te- • Raadpleeg 'Originelen plaatsen' voor uw model gen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kun- vanuit de startpagina van de Online handleiding nen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen voor meer informatie over de gedeelten waarbin- als PDF-bestanden.
  • Pagina 504 Scannen vanaf een computer (Mac OS) IJ Scan Utility gebruiken Scannerstuurprogramma gebruiken Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer)
  • Pagina 505 Problemen oplossen Veelgestelde vragen • De afdruktaak wordt niet gestart • Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/Zichtbare witte strepen • Er treedt een fout op • Afdrukresultaten zijn niet naar behoren • Er wordt een bericht weergegeven • Kan MP Drivers niet installeren •...
  • Pagina 506 • Foutberichten van scannerstuurprogramma Werkingsproblemen Afdrukproblemen Scanproblemen (Windows) Scanproblemen (Mac OS) Mechanische problemen Problemen met installeren en downloaden Fouten en berichten Als u een probleem niet kunt oplossen Het apparaat repareren...
  • Pagina 507 Afdrukproblemen De afdruktaak wordt niet gestart Papierstoringen Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Er wordt geen inkt toegevoerd Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Het kopiëren/afdrukken stopt...
  • Pagina 508 Het apparaat drukt niet goed af als u een printerbesturingsbestand voor een andere printer gebruikt. • Voor Windows: Controleer of 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) is geselecteerd in het dialoogvenster Afdrukken. Opmerking •...
  • Pagina 509 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Printereigenschappen (Printer properties). • Klik in Windows Vista of Windows XP met de rechtermuisknop op het pictogram 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Eigenschappen (Properties).
  • Pagina 510 Klik in Windows 7, Windows Vista of Windows XP op Start en selecteer Alle programma's (All programs), Canon Utilities, Canon My Printer, Canon My Printer en tot slot Printerdiagnose en - herstel (Diagnose and Repair Printer). Volg de instructies op het scherm om de juiste printerpoort in te stellen en selecteer de naam van uw apparaat.
  • Pagina 511 Papierstoringen Als papier is vastgelopen, knippert het Alarm-lampje en wordt automatisch een probleemoplossingsbericht op het computerscherm weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. • Voor Windows: • Voor Mac OS: * Welk venster u krijgt, is afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen) om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 512 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Als de afdrukresultaten niet naar behoren zijn omdat ze witte strepen, verkeerd afgedrukte lijnen of ongelijkmatige kleuren vertonen, controleert u eerst de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Komen de instellingen voor paginaformaat en mediumtype overeen met het Controle 1 formaat en type van het geplaatste papier? Als deze instellingen niet overeenkomen, kan niet het juiste resultaat worden verkregen.
  • Pagina 513 Kleuren zijn onduidelijk Lijnen worden verkeerd afgedrukt Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Afbeeldingen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Inktvlekken / Gekruld papier Papier vertoont vlekken / Papieroppervlak vertoont krassen Vegen op de achterzijde van het papier Verticale lijn naast afbeelding Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen...
  • Pagina 514 Het afdrukken wordt niet voltooid Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden Controle 1 gecomprimeerd. (Windows) Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 515 Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/ Zichtbare witte strepen Papier is leeg Afdrukken zijn onduidelijk Onjuiste kleuren...
  • Pagina 516 Zichtbare witte strepen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel Controle 2 noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop. Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
  • Pagina 517 Als de fout zich blijft voordoen, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 518 Als u papier met één bedrukbare zijde gebruikt, controleer dan of het papier Controle 4 met de bedrukbare zijde naar boven is geplaatst. Als u afdrukt op de verkeerde zijde van dit soort papier, kunnen de afdrukken onduidelijk worden of kan de kwaliteit minder worden.
  • Pagina 519 Als u een systeemreiniging uitvoert wanneer de resterende hoeveelheid inkt onvoldoende is, kan het apparaat beschadigd raken. Als de fout zich blijft voordoen, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 520 Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken. • Wanneer u het apparaat vervoert omdat het moet worden gerepareerd, raadpleegt u Het apparaat repareren. Wanneer een inkttank opraakt, vult u de inkttank opnieuw. Controle 2 Als het resterende inktniveau zich onder de ondergrenslijn (A) bevindt, vult u de inkttank met de juiste kleur inkt.
  • Pagina 521 Lijnen worden verkeerd afgedrukt Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Lijn de printkop uit. Controle 2 Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen.
  • Pagina 522 Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Gebruikt u de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge? Controle 1 Als de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge wordt gebruikt, worden dunne lijnen mogelijk niet afgedrukt. Probeer de lijnen in het document dikker te maken. Zijn de afdrukgegevens extreem groot? Controle 2 Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het...
  • Pagina 523 Afbeeldingen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden Controle 1 gecomprimeerd. Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 524 Gebruik fotopapier om foto's af te drukken. Controle 3 Als u gegevens afdrukt met een hoge kleurverzadiging, zoals foto's of afbeeldingen met donkere kleuren, raden we het gebruik van Glossy Foto Papier Extra II of ander speciaal papier van Canon aan. Mediumtypen die u kunt gebruiken...
  • Pagina 525 Papier vertoont vlekken / Papieroppervlak vertoont krassen Papier vertoont vlekken Vlekkerige randen Vlekkerig papier Papieroppervlak vertoont krassen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Controleer het papiertype. Controle 2 • Zorg dat u het juiste papier gebruikt voor datgene wat u afdrukt. Mediumtypen die u kunt gebruiken •...
  • Pagina 526 Als het papier lange tijd in de achterste lade ligt, kan het gaan omkrullen. In dat geval kunt u het papier het beste met de andere zijde naar boven in de lade plaatsen. Hiermee is het probleem mogelijk verholpen. • Ander papier Als de hoeken van het papier meer dan 3 mm / 0,1 inch (A) omhoog krullen, kan de afdruk vlekken vertonen of kan het papier onjuist worden ingevoerd.
  • Pagina 527 Schuring van papier voorkomen (Prevent paper abrasion) in en klik op Toepassen (Apply). Zie Canon IJ Printer Utility openen als u Canon IJ Printer Utility wilt openen. Als de intensiteit te hoog is ingesteld, verlaagt u de intensiteit en probeert u Controle 5 opnieuw af te drukken.
  • Pagina 528 5. Controleer het bericht en klik op OK. • Voor Mac OS: 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Open Canon IJ Printer Utility. Canon IJ Printer Utility openen 3. Selecteer Aangepaste instellingen (Custom Settings) in het pop-upmenu. 4. Stel de wachttijd in met behulp van de schuifregelaar Droogtijd inkt: (Ink Drying Wait Time:) en klik op Toepassen (Apply).
  • Pagina 529 Vegen op de achterzijde van het papier Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Maak de binnenzijde van het apparaat schoon door een reiniging van de Controle 2 onderste plaat uit te voeren. Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Opmerking •...
  • Pagina 530 Verticale lijn naast afbeelding Is het formaat van het geplaatst papier correct? Controle Als het geplaatste papier groter is dan het opgegeven formaat, kan er een verticale lijn verschijnen in de marge. Bij het reinigen wordt een klein beetje inkt uitgespoten. Stel het papierformaat in overeenkomstig het geplaatste papier.
  • Pagina 531 Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen Kleuren zijn ongelijkmatig Kleuren vertonen strepen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel Controle 2 noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop. Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
  • Pagina 532 Als de fout zich blijft voordoen, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 533 • Voor Mac OS: De positie van de printkop uitlijnen...
  • Pagina 534 Er wordt geen inkt toegevoerd Controleer het resterende inktniveau. Controle 1 De inktstatus controleren Zijn de spuitopeningen van de printkop verstopt? Controle 2 Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
  • Pagina 535 Als de fout zich blijft voordoen, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken. • Wanneer u het apparaat vervoert omdat het moet worden gerepareerd, raadpleegt u Het apparaat repareren.
  • Pagina 536 Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Zorg dat er papier is geplaatst. Controle 1 Papier plaatsen Let op het volgende wanneer u papier plaatst. Controle 2 • Als u twee of meer vellen papier plaatst, moet u de vellen precies op elkaar leggen voordat u het papier plaatst.
  • Pagina 537 • Als u de papierinvoerrol reinigt, slijt deze. Reinig de rol daarom alleen als dat nodig is. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk •...
  • Pagina 538 Het kopiëren/afdrukken stopt Is er papier geplaatst? Controle 1 Zorg dat er papier is geplaatst. Plaats zo nodig papier. Bevatten de af te drukken documenten veel foto's of illustraties? Controle 2 Het verwerken van omvangrijke gegevens zoals foto's of afbeeldingen door het apparaat en de computer kost tijd, zodat het kan lijken of het apparaat niet werkt.
  • Pagina 539 Scanproblemen (Windows) Scanproblemen Scanresultaten zijn niet naar behoren Problemen met software Foutberichten van IJ Scan Utility Foutberichten van ScanGear (scannerstuurprogramma)
  • Pagina 540 Scanproblemen De scanner werkt niet ScanGear (scannerstuurprogramma) start niet Er verschijnt een foutbericht en het scherm van ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt niet weergegeven Kan niet meerdere originelen tegelijk scannen Scannen met Automatisch scannen werkt niet goed Lage scansnelheid Er wordt een bericht weergegeven dat er onvoldoende geheugen is De computer loopt vast tijdens het scannen De scanner werkt niet nadat een upgrade van Windows is uitgevoerd De gescande afbeelding kan niet worden geopend...
  • Pagina 541 De scanner werkt niet Zorg dat uw scanner of printer is ingeschakeld. Controle 1 Sluit de USB-kabel aan op een andere USB-poort van de computer. Controle 2 Als de USB-kabel is aangesloten op een USB-hub, verwijdert u de kabel uit Controle 3 de USB-hub en sluit u deze aan op een USB-poort van de computer.
  • Pagina 542 ScanGear (scannerstuurprogramma) start niet Zorg dat MP Drivers is geïnstalleerd. Controle 1 Installeer MP Drivers vanaf de installatie-cd-rom of van de webpagina als het programma nog niet is geïnstalleerd. Selecteer uw scanner of printer in het menu van de toepassing. Controle 2 Belangrijk •...
  • Pagina 543 Er verschijnt een foutbericht en het scherm van ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt niet weergegeven Zorg dat uw scanner of printer is ingeschakeld. Controle 1 Zet de scanner of printer uit, sluit de USB-kabel opnieuw aan en sluit het Controle 2 netsnoer weer aan. Sluit de USB-kabel aan op een andere USB-poort van de computer.
  • Pagina 544 Kan niet meerdere originelen tegelijk scannen Controleer of de items correct zijn geplaatst. Controle 1 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Controleer of u één item goed kunt scannen. Controle 2 Bepaalde toepassingen bieden geen ondersteuning voor het scannen van meerdere documenten. Scan in dat geval elk document afzonderlijk.
  • Pagina 545 Scannen met Automatisch scannen werkt niet goed Controleer of de items correct zijn geplaatst. Controle 1 Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Mogelijk wordt het scannen van meerdere items niet ondersteund. Controle 2 Bepaalde toepassingen bieden geen ondersteuning voor het scannen van meerdere documenten. Scan in dat geval elk document afzonderlijk.
  • Pagina 546 Lage scansnelheid Als u de afbeelding wilt weergeven op een monitor, stelt u de uitvoerresolutie Controle 1 in op ongeveer 150 dpi. Voor afdrukken stelt u de resolutie in op ongeveer 300 dpi. Resolutie Stel Correctie van vervaging (Fading Correction), Correctie van Controle 2 korreligheid (Grain Correction) en dergelijke in op Geen (None).
  • Pagina 547 Er wordt een bericht weergegeven dat er onvoldoende geheugen is Sluit andere toepassingen en probeer het opnieuw. Controle 1 Verlaag de resolutie of het uitvoerformaat en voer de scan opnieuw uit. Controle 2 Resolutie...
  • Pagina 548 De computer loopt vast tijdens het scannen Start de computer opnieuw op, verlaag de uitvoerresolutie in ScanGear Controle 1 (scannerstuurprogramma) en scan het document nogmaals. Raadpleeg voor meer informatie 'Instellingen voor uitvoer' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding.
  • Pagina 549 1. Klik op Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2. Selecteer Canon IJ Scan Utility en klik vervolgens op Verwijderen/wijzigen (Uninstall/Change). 3. Klik op Ja (Yes) wanneer u om bevestiging wordt gevraagd. 4. Klik op OK wanneer het verwijderen is voltooid.
  • Pagina 550 De gescande afbeelding kan niet worden geopend Als de gegevensindeling niet door de toepassing wordt ondersteund, scant u Controle de afbeelding opnieuw en selecteert u een veelgebruikte gegevensindeling zoals JPEG bij het opslaan. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de toepassing.
  • Pagina 551 Scanresultaten zijn niet naar behoren Scankwaliteit (afbeelding op het scherm) is slecht De gescande afbeelding wordt omringd door extra witruimte Kan niet scannen met de juiste afmetingen Origineel is juist geplaatst, maar de gescande afbeelding is scheef De gescande afbeelding wordt vergroot of verkleind weergegeven op het computerscherm...
  • Pagina 552 Scankwaliteit (afbeelding op het scherm) is slecht Verhoog de scanresolutie als de afbeelding rafelig is. Controle 1 Resolutie Dialoogvenster Instellingen Stel het weergaveformaat in op 100%. Controle 2 In bepaalde toepassingen worden te kleine weergaveformaten niet duidelijk weergegeven. Als moiré (streeppatroon) ontstaat, neemt u de volgende maatregelen en Controle 3 probeert u het opnieuw.
  • Pagina 553 Maak de glasplaat en de documentklep schoon. Controle 5 Als het document in slechte staat is (bijvoorbeeld vuil of vervaagd), schakelt Controle 6 u Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches), Correctie van vervaging (Fading Correction), Correctie van korreligheid (Grain Correction) en dergelijke bij Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) van ScanGear in.
  • Pagina 554 De gescande afbeelding wordt omringd door extra witruimte Het scangebied opgeven. Controle Klik op (Automatisch bijsnijden) in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) om automatisch het bijsnijdkader (scangebied) voor de toepasselijke itemgrootte weer te geven. U kunt het scangebied ook handmatig opgeven in de miniatuurweergave, of wanneer er witte marges rond het item zijn (bijvoorbeeld op foto's) of wanneer u aangepaste bijsnijdkaders wilt maken.
  • Pagina 555 Kan niet scannen met de juiste afmetingen Controleer of de items correct zijn geplaatst. Controle Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer)
  • Pagina 556 Origineel is juist geplaatst, maar de gescande afbeelding is scheef Als Document of Tijdschrift (Magazine) is geselecteerd voor Bron Controle selecteren (Select Source), schakelt u het selectievakje Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) uit en scant u het item opnieuw. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen)
  • Pagina 557 De gescande afbeelding wordt vergroot of verkleind weergegeven op het computerscherm Wijzig de weergave-instelling in de toepassing. Controle 1 Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de toepassing. Opmerking •...
  • Pagina 558 Problemen met software De e-mailclient die u wilt gebruiken, wordt niet weergegeven in het scherm waarin u een e-mailclient kunt selecteren...
  • Pagina 559 De e-mailclient die u wilt gebruiken, wordt niet weergegeven in het scherm waarin u een e-mailclient kunt selecteren Controleer of de MAPI van de e-mailclient is ingeschakeld. Controle Raadpleeg de handleiding van de e-mailclient voor het instellen van MAPI. Als het probleem niet is opgelost wanneer MAPI is ingeschakeld, selecteert u Geen (handmatig toevoegen) (None (Attach Manually)) in het scherm voor het selecteren van een e-mailclient en wijst u de afbeelding handmatig aan de uitgaande e-mail toe.
  • Pagina 560 Foutberichten van IJ Scan Utility Als een foutbericht voor IJ Scan Utility wordt weergegeven, controleert u de foutcode en voert u de bijbehorende oplossing uit. Oplossing Foutcode Foutbericht Er is onvoldoende geheugen beschikbaar. Sluit andere pro- • Er is onvoldoende geheugen gramma's af om de beschikbare hoeveelheid geheugen te beschikbaar om IJ Scan Utility verhogen.
  • Pagina 561 Kan het bestand hiet schrijven. • Controleer de toegangsrechten voor de map bij Map voor de opslag van tijdelijke bestan- den (Folder to Save Tempo- rary Files) in het dialoogven- ster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (Gene- ral Settings)) of Opslaan in (Save in) in het bijbehorende dialoogvenster Instellingen.
  • Pagina 562 Foutberichten van ScanGear (scannerstuurprogramma) Als een foutbericht voor ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt weergegeven, controleert u de foutcode en voert u de bijbehorende oplossing uit. Oplossing Foutcode Foutbericht Fout in scanner. • Controleer of de scanner of printer Zet de scanner uit en volg de aanwijzingen in de handlei- correct op de computer is aange- ding op.
  • Pagina 563 Controleer dit en probeer het opnieuw. • Bij een netwerkverbinding contro- Het scannerstuurprogramma wordt gesloten. leert u de verbindingsstatus en maakt u zo nodig opnieuw verbin- Kan niet communiceren met de scanner om deze rede- ding. nen: • Bij een netwerkverbinding geeft u - Scanner is uitgeschakeld.
  • Pagina 564 tive Tools) en dubbelklik op Servi- ces om te controleren of WIA (Windows Image Acquisition) actief is of is gestart. Windows XP: Klik in het menu Start op Configu- ratiescherm (Control Panel) > Prestaties en onderhoud (Per- formance and Maintenance) > Systeembeheer (Administrative Tools) en dubbelklik op Services.
  • Pagina 565 Mechanische problemen Het apparaat wordt niet ingeschakeld Het apparaat schakelt zichzelf uit Kan geen goede verbinding maken met de computer De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven (Windows)
  • Pagina 566 Controle 3 minuten, steek daarna de stekker weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk •...
  • Pagina 567 • Als u Mac OS gebruikt en niet wilt dat het apparaat automatisch wordt uitgeschakeld: Open Canon IJ Printer Utility, selecteer Stroomvoorzieningsinstellingen (Power Settings) in het pop- upmenu en selecteer vervolgens Uitschakelen (Disable) voor Printer automatisch uit (Auto Power Off) bij Printer automatisch aan/uit (Auto Power).
  • Pagina 568 Kan geen goede verbinding maken met de computer Afdruk- of scansnelheid is laag/USB Hi-Speed-verbinding werkt niet/Het bericht 'Dit apparaat kan sneller werken (This device can perform faster)' wordt weergegeven (Windows) Als uw systeemomgeving Hi-Speed USB niet ondersteunt, werkt het apparaat op de lagere snelheid van USB 1.1.
  • Pagina 569 De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven (Windows) Is de printerstatusmonitor ingeschakeld? Controle Zorg dat Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) is geselecteerd in het menu Optie (Option) van de printerstatusmonitor. 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen 2.
  • Pagina 570 Problemen met installeren en downloaden Kan MP Drivers niet installeren Easy-WebPrint EX wordt niet gestart of het menu Easy-WebPrint EX wordt niet weergegeven (Windows)
  • Pagina 571 2. Dubbelklik op het CD-ROM-pictogram in het geopende venster. Als de inhoud van de cd-rom wordt weergegeven, dubbelklikt u op MSETUP4.EXE. Als u MP Drivers niet kunt installeren met de installatie-cd-rom, installeert u het vanaf de Canon- website. Opmerking • Probeer het volgende als het cd-rom-pictogram niet wordt weergegeven: •...
  • Pagina 572 • Als het installatieprogramma werd beëindigd wegens een Windows-fout, is Windows mogelijk instabiel en kunt u de stuurprogramma's mogelijk niet installeren. Start de computer opnieuw op en installeer de stuurprogramma's opnieuw. Voor Mac OS: Download de stuurprogramma's van de ondersteuningspagina op de Canon-website en installeer ze opnieuw.
  • Pagina 573 Wordt Canon Easy-WebPrint EX weergegeven in het menu Werkbalken Controle 1 (Toolbars) in het menu Beeld (View) van Internet Explorer? Als Canon Easy-WebPrint EX niet wordt weergegeven, is Easy-WebPrint EX niet op uw computer geïnstalleerd. Installeer de nieuwste versie van Easy-WebPrint EX vanaf de Canon-website. Opmerking •...
  • Pagina 574 Fouten en berichten Er treedt een fout op Er wordt een bericht weergegeven "Er wordt een andere taak op de printer uitgevoerd" wordt weergegeven op het computerscherm...
  • Pagina 575 Er treedt een fout op Als er een fout optreedt tijdens het afdrukken, bijvoorbeeld als het papier op is of is vastgelopen, wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. Als er een fout optreedt, knippert het Alarm-lampje en wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op het computerscherm weergegeven.
  • Pagina 576 Ondersteuningscode die hoort bij het aantal malen dat het AAN (ON)-lampje en het Alarm-lampje beurtelings knipperen Voorbeeld van 2 maal knipperen: (A) Knippert afwisselend (B) Gaat uit Aantal malen Oorzaak Ondersteuningscode Knippert 2 keer Er is een printerfout opgetreden. 5100 Knippert 7 keer Er is een printerfout opgetreden.
  • Pagina 577 * Welk venster u krijgt, is afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. Opmerking • U kunt ook zoeken naar informatie over het oplossen van fouten aan de hand van de getoonde ondersteuningscode. Zoeken Er wordt een bericht weergegeven voor het oplossen van fouten zonder ondersteuningscode.
  • Pagina 578 Er wordt een bericht weergegeven In dit gedeelte worden enkele fouten en berichten beschreven die kunnen worden weergegeven. Opmerking • Voor sommige fouten wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op de computer weergegeven. Raadpleeg Lijst met ondersteuningscodes voor fouten voor meer informatie over fouten met een ondersteuningscode.
  • Pagina 579 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Printereigenschappen (Printer properties). • Klik in Windows Vista of Windows XP met de rechtermuisknop op het pictogram 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Eigenschappen (Properties).
  • Pagina 580 Verwijder MP Drivers aan de hand van de procedure in Onnodige MP Drivers verwijderen. Installeer het vervolgens opnieuw vanaf de installatie-cd-rom of de Canon-website. Als het apparaat met een USB-kabel op de computer is aangesloten, Controle 5 controleert u de apparaatstatus vanaf de computer.
  • Pagina 581 Verwijder MP Drivers aan de hand van de procedure in Onnodige MP Drivers verwijderen. Installeer het vervolgens opnieuw vanaf de installatie-cd-rom of de Canon-website. • "Afdrukken Toepassingsnaam mislukt (Could not print Application name) - Bestandsnaam" Probeer nogmaals af te drukken nadat de huidige taak is voltooid.
  • Pagina 582 • Als u wilt deelnemen aan het onderzoeksprogramma: Klik op Akkoord (Agree) en volg de instructies op het scherm. De gebruiksgegevens van de printer worden via internet verstuurd. Nadat u de procedure hebt voltooid, worden de gegevens automatisch verzonden en wordt het bevestigingsscherm niet meer weergegeven. Opmerking •...
  • Pagina 583 Als u bent aangemeld bij een account met beheerdersrechten, volgt u de aanwijzingen op het scherm. 2. Selecteer Canon Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program. 3. Selecteer Wijzigen (Change). Als u Ja (Yes) selecteert nadat u de aanwijzingen op het scherm hebt opgevolgd, wordt het bevestigingsvenster weergegeven bij het volgende onderzoek.
  • Pagina 584 • Als u wilt deelnemen aan het onderzoeksprogramma: Klik op Akkoord (Agree) en volg de instructies op het scherm. De gebruiksgegevens van de printer worden via internet verstuurd. Nadat u de procedure hebt voltooid, worden de gegevens automatisch verzonden en wordt het bevestigingsscherm niet meer weergegeven. Opmerking •...
  • Pagina 585 2. Selecteer Programma's (Applications) in het menu Ga (Go) van de Finder, dubbelklik op de map Canon Utilities en op de map Inkjet Extended Survey Program. 3. Verplaats het bestand Canon Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program.app naar de Prullenbak (Trash).
  • Pagina 586 "Er wordt een andere taak op de printer uitgevoerd" wordt weergegeven op het computerscherm De installatie van de printer is mogelijk niet voltooid. Controle 1 Raadpleeg de gedrukte handleiding 'Aan de Slag-gids' en voltooi de installatie van de printer. Opmerking •...
  • Pagina 587 Als u een probleem niet kunt oplossen Als er een probleem is dat u niet kunt oplossen met behulp van de instructies in dit hoofdstuk, neemt u contact op met Canon via de ondersteuningspagina van de Canon-website of neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum.
  • Pagina 588 Het apparaat repareren Wanneer u het apparaat vervoert omdat dit moet worden gerepareerd, volgt u de onderstaande procedure om het apparaat voor te bereiden. Belangrijk • Wanneer u het apparaat vervoert, moet u het volgende vermijden. • U kunt geen inkt uit inkttanks halen. •...
  • Pagina 589 5. Zorg dat de tankkapjes correct zijn gesloten. 6. Trek de papieruitvoerlade en het verlengstuk van de uitvoerlade in en sluit vervolgens de papiersteun. 7. Koppel de printerkabel los van de computer en het apparaat en koppel vervolgens het netsnoer los van het apparaat. 8.
  • Pagina 590 9. Pak het apparaat in het beschermende materiaal in wanneer u het apparaat in de doos plaatst.
  • Pagina 591 Lijst met ondersteuningscodes voor fouten Als er een fout optreedt, wordt een ondersteuningscode weergegeven op het computerscherm. Een ondersteuningscode is een foutnummer dat verschijnt bij een foutbericht. Als er een fout optreedt, controleert u de ondersteuningscode die wordt weergegeven op het computerscherm en voert u vervolgens de benodigde stappen uit.
  • Pagina 592 Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen) Als het papier is vastgelopen, verwijdert u dit aan de hand van de juiste procedure hieronder. • Als u het vastgelopen papier niet ziet in de papieruitvoersleuf of de achterste lade: 1300 • Als het papier scheurt en u het niet uit de papieruitvoersleuf of de achterste lade kunt verwijderen: Papier is vastgelopen in het apparaat •...
  • Pagina 593 1300 Oorzaak Papier is vastgelopen in de papieruitvoersleuf of in de achterste lade. Wat te doen Verwijder het vastgelopen papier aan de hand van de volgende procedure. 1. Trek het papier langzaam naar buiten uit de papieruitvoersleuf of uit de achterste lade, wat het gemakkelijkst is.
  • Pagina 594 Opmerking • Wanneer u het papier opnieuw plaatst, zorgt u dat u geschikt papier gebruikt en het papier correct plaatst. • Het wordt aanbevolen een ander papierformaat dan A5 te gebruiken om documenten met foto's of afbeeldingen af te drukken. A5-papier kan namelijk omkrullen en vastlopen wanneer het uit het apparaat wordt uitgevoerd.
  • Pagina 595 Papier is vastgelopen in het apparaat Als het vastgelopen papier scheurt en u het papier niet kunt verwijderen uit de papieruitvoersleuf of de achterste lade, of als het vastgelopen papier in het apparaat blijft zitten, verwijdert u het papier aan de hand van de volgende instructies.
  • Pagina 596 4. Houd het vastgelopen papier goed vast met beide handen. Als het papier is opgerold, trekt u het eruit. 5. Trek het papier er langzaam uit, zodat dit niet scheurt.
  • Pagina 597 Controleer nogmaals of er stukjes papier zijn achtergebleven in het apparaat. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 598 Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken. • Wanneer u het apparaat vervoert omdat het moet worden gerepareerd, raadpleegt u Het apparaat repareren.
  • Pagina 599 Andere gevallen Controleer het volgende: Wordt de papieruitvoersleuf geblokkeerd? Controle 1 Bevinden zich vreemde voorwerpen in de achterste lade? Controle 2 Als er vreemde voorwerpen in de achterste lade zitten, schakelt u het apparaat uit, koppelt u dit los en verwijdert u het voorwerp.
  • Pagina 600 1000 Oorzaak Mogelijke oorzaken zijn: • Het papier in de achterste lade is op. • Het papier is niet goed geplaatst. Wat te doen Neem de juiste actie zoals hieronder wordt beschreven. • Plaats papier in de achterste lade. • Schuif de papiergeleiders tegen de zijkanten van het papier aan wanneer u papier plaatst. Nadat u bovengenoemde maatregelen hebt genomen, drukt u op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat.
  • Pagina 601 1200 Oorzaak Scaneenheid/klep is open. Wat te doen Sluit de scaneenheid / klep en wacht enkele ogenblikken. Sluit het paneel niet terwijl u een inkttank bijvult.
  • Pagina 602 Oorzaak De printkop is mogelijk beschadigd. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken. • Wanneer u het apparaat vervoert omdat het moet worden gerepareerd, raadpleegt u Het apparaat...
  • Pagina 603 1470 Oorzaak Cartridge is niet correct geplaatst. Wat te doen Open de scaneenheid / klep en druk op het sluitklepje van de cartridge om te zorgen dat de cartridges correct zijn geïnstalleerd. U kunt ook op de koppelingsknop drukken. Belangrijk •...
  • Pagina 604 1471 Oorzaak Cartridge wordt niet herkend. Wat te doen Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de cartridge mogelijk niet correct is geïnstalleerd of mogelijk niet compatibel is met dit apparaat. Installeer de juiste cartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 605 1472 Oorzaak Cartridge wordt niet herkend. Wat te doen Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de cartridge mogelijk niet correct is geïnstalleerd of mogelijk niet compatibel is met dit apparaat. Installeer de juiste cartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 606 1473 Oorzaak Cartridge wordt niet herkend. Wat te doen Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de cartridge mogelijk niet correct is geïnstalleerd of mogelijk niet compatibel is met dit apparaat. Installeer de juiste cartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 607 1474 Oorzaak Cartridge is niet in de juiste positie geplaatst. Wat te doen Controleer of elke cartridge in de juiste positie is geplaatst. Als het apparaat bezig is met een afdruktaak, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat om het afdrukken te annuleren en installeert u de cartridge.
  • Pagina 608 1475 Oorzaak Er zijn meerdere cartridges met dezelfde kleur geïnstalleerd. Wat te doen Installeer de cartridge op de juiste positie.
  • Pagina 609 1476 Oorzaak De juiste cartridge is niet geïnstalleerd. Wat te doen Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de cartridge niet compatibel is met dit apparaat. Installeer de juiste cartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 610 1640 Oorzaak Het resterende inktniveau in een van de inkttanks heeft mogelijk de lijn voor de ondergrens op de inkttank bereikt. Wat te doen Als u het resterende inktniveau wilt controleren, bekijkt u zelf de resterende inkt in de inkttank. Als het resterende inktniveau zich onder de lijn voor de ondergrens bevindt, vult u de inkttank bij met de overeenkomstige kleur inkt.
  • Pagina 611 Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 612 Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 613 Als er nog beschermend materiaal of tape aanwezig is, verwijdert u dit en sluit u de scaneenheid/klep. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 614 2900 Oorzaak Het uitlijningsblad voor de printkop kan niet worden gescand. Wat te doen Druk op de knop Zwart (Black) of Kleur (Color) op het apparaat. Controleer de volgende punten en voer de automatische uitlijning van de printkop opnieuw uit. •...
  • Pagina 615 2901 Oorzaak Het uitlijningsraster voor de printkop is afgedrukt en het apparaat is gereed om het blad te scannen. Wat te doen Scan het afgedrukte uitlijningsraster. 1. Plaats het uitlijningsblad voor de printkop op de glasplaat. Plaats de bedrukte zijde omlaag en lijn de markering in de linkerbovenhoek van het blad uit met de positiemarkering 2.
  • Pagina 616 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 617 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 618 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 619 Verwijder een eventuele belemmering. • Zorg dat de cartridges correct zijn geïnstalleerd. Zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk •...
  • Pagina 620 Als u een systeemreiniging uitvoert wanneer de resterende hoeveelheid inkt onvoldoende is, kan het apparaat beschadigd raken. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 621 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 622 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 623 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken. • Wanneer u het apparaat vervoert omdat het moet worden gerepareerd, raadpleegt u Het apparaat...
  • Pagina 624 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Wat te doen Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken. • Wanneer u het apparaat vervoert omdat het moet worden gerepareerd, raadpleegt u Het apparaat...
  • Pagina 625 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 626 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 627 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 628 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 629 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 630 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 631 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 632 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 633 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 634 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 635 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 636 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 637 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 638 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 639 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 640 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 641 Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Steek de stekker weer in het stopcontact en schakel het apparaat weer in. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon- servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
  • Pagina 642 Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 643 Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 644 Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.
  • Pagina 645 Wat te doen Zet het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen. Belangrijk • Kantel het apparaat niet wanneer u dit verplaatst aangezien er inkt kan lekken.