Onderhoud
De EVI DC Inverter luchtwarmtepompunit is een zeer geautomatiseerd apparaat. Als de units
regelmatig worden verzorgd en effectief worden onderhouden, zullen de bedrijfszekerheid en de
levensduur van de unit sterk verbeteren.
Bij het onderhoud moet meer aandacht worden besteed aan onderstaande belangrijke tips:
1. Het waterfilter moet regelmatig worden gereinigd om ervoor te zorgen dat het water schoon is en om
schade door verstopping van het filter te voorkomen.
2.
Alle veiligheidsvoorzieningen zijn al ingesteld voordat ze de fabriek verlaten en mogen niet zelf
worden aangepast. We kunnen geen verantwoordelijkheid nemen voor schade aan het apparaat die
wordt veroorzaakt door zelfaanpassingen door de gebruiker.
3. De omgeving van de unit moet schoon, droog en tochtvrij zijn. Als de zijkant van de
warmtewisselaar regelmatig wordt schoongemaakt (elke 1-2 maanden), zal de warmtewisselaar
efficiënter werken en energie besparen.
4. De watertoevoeging van het watersysteem en het luchtafvoersysteem moeten regelmatig
worden gecontroleerd om te voorkomen dat lucht het systeem binnenkomt, waardoor de
watercirculatie afneemt of er problemen ontstaan met de watercyclus, of dat dit van invloed is op het
koel- en verwarmingsrendement van de unit en de betrouwbaarheid van de werking.
6. 5. Controleer regelmatig het vermogen van de eenheid en de elektrische bedrading, zorg ervoor
dat de bedrading is bevestigd en dat de elektrische component normaal is. Als de bedrading niet
normaal is, moet deze worden gerepareerd of vervangen.
7. Controleer regelmatig alle onderdelen tijdens de werking van de unit. Controleer of de werkdruk
van het koelsysteem normaal is of niet. Controleer de pijpsplitsing en de luchtinjectieklep op vettig
vuil. Controleer of er geen koelmiddellekkage in het koelsysteem is.
7. Stapel geen rommel op rond het apparaat om de luchtinlaat en -uitlaat te blokkeren. De omgeving
van de unit moet schoon, droog en tochtvrij zijn.
8.
Het water in het watersysteem moet worden afgevoerd als het apparaat een lange pauze
inlast nadat het een tijdje heeft gedraaid. De stroom moet zijn uitgeschakeld en de unit moet zijn
afgedekt. Pas nadat het watersysteem volledig is bijgevuld met water en de unit volledig is
gecontroleerd, en de unit is ingeschakeld om op te warmen gedurende ten minste 6 uur, als alles
in orde is, kan de unit weer worden opgestart.
Opmerking:
De unit moet uitgerust zijn met een speciale voeding. Het spanningsbereik moet binnen ±10% liggen.
De schakelaar moet een automatische luchtschakelaar zijn. De elektrische stroom voor de instelling
moet 1,5 keer zo groot zijn als de bedrijfsstroom en voorzien zijn van een beveiliging tegen fase-uitval.
Het gebruik van een messchakelaar is verboden.
De unit moet elk seizoen minstens 12 uur ingeschakeld zijn om op te warmen. Als de modellen met
alleen koeling gedurende lange tijd niet hebben gewerkt in de winter, zorg er dan voor dat al het
water wordt afgevoerd, voor het geval dat de leiding en de unit worden beschadigd door vorst. De
hoofdregelaar en de unit moeten met elkaar in verbinding staan en mogen niet worden
uitgeschakeld als de modellen met alleen koeling langdurig niet werken in de winter, om
vorstschade te voorkomen.
- 49