"Schuifbalk"
A
›
Door op de schuifbalk
te drukken en deze naar beneden of boven te ver-
A
schuiven (of door menuknop
te bedienen) kan in het actuele menu worden
15
genavigeerd.
Naar het volgende menuniveau gaan
B
›
Door op toets
te drukken, gaat u naar het volgende menuniveau.
B
Met toets
keert u terug naar het vorige menuniveau.
13
Waarde instellen
C
›
Door op toets
te drukken, wordt een nieuw scherm geopend waarin de be-
C
treffende waarde, bijvoorbeeld lage tonen, door te draaien aan menuknop
kan worden ingesteld.
"Pop-upvenster"
D
›
Na het indrukken van functietoets
geopend met verschillende menupunten.
›
Kort op een van de menupunten drukken. Het pop-upvenster wordt gesloten
en het gekozen menupunt wordt in de functietoets weergegeven.
Als u geen van de menupunten kiest, wordt het "pop-upvenster" na ca. 5 secon-
den gesloten.
In de lijst met DAB-zenders verschijnt na het indrukken van deze functietoets een
DAB-ensemble
» pagina
10, Digitale radio DAB.
"Checkbox"
E
Sommige functies kunnen alleen in- of uitgeschakeld worden. Voor een functie
die alleen kan worden in- of uitgeschakeld, bevindt zich een zogenaamde "check-
box":
- Functie is ingeschakeld.
- Functie is uitgeschakeld.
›
Voor het in- of uitschakelen van de functie eenmaal kort op de betreffende
functietoets drukken.
Variabele functietoetsen
F
De toetsfunctie is contextafhankelijk. De actueel aangeboden functie kan worden
gekozen door op de betreffende functietoets
Voorbeeldmenu in de gebruiksaanwijzing
Op de toets
drukken - deze toetsen moeten na elkaar worden inge-
→
ABC
DEF
drukt.
6
Algemene aanwijzingen
wordt een zogenaamd "pop-upvenster"
D
(of op de toets
) te drukken.
F
17
- Beschrijving van een functietoets in het eerste menuniveau
■ XYZ
- Beschrijving van een functietoets in het tweede menuniveau
■ XYZ
- Beschrijving van een functietoets in het tweede menuniveau
■ XYZ
- Beschrijving van een functietoets in het eerste menuniveau
■ XYZ
Ingavescherm met toetsenbord
15
Het ingavescherm met toetsenbord verschijnt bijvoorbeeld bij het ingeven van
een nieuw reisdoel of bij het zoeken van een bijzonder reisdoel of een telefoon-
nummer.
Als u een functietoets met een teken op het toetsenbord in het ingavescherm in-
drukt, verschijnt dit teken in de ingaveregel in het bovenste deel van het beeld-
scherm.
U kunt de tekens in de ingaveregel wissen, de tekenvolgorde veranderen en spe-
ciale tekens toevoegen.
De beschikbare tekens zijn contextafhankelijk.
Ingavemogelijkheden:
- Wisselt tussen hoofdletters en kleine letters resp. tussen cijfers en speciale
tekens (contextafhankelijk)
- Weergeven van speciale tekens van de geselecteerde taal
áü
- Wisselt naar het ingeven van cyrillische letters
- Wisselt naar het ingeven van Latijnse letters
ABC
- Wisselt naar het ingavescherm voor cijfers en speciale tekens
- Wisselt naar het ingavescherm voor letters
A..Z
- Ingeven van spatie
Afbeelding 2
Voorbeeld van een ingave-
scherm met toetsenbord
Ð