6.
STORINGSMELDINGEN
In geval zich er een storing voordoet verschijnt er in het display van de afstandsbediening een
knipperend cijfer. Onderstaand tabel geeft de betekenis van de verschillende codes. Hersteld de
storing zich weer dan springt de temperatuur op de afstandsbediening terug naar 50C indien deze
hoger als 50C was afgesteld.
code omschrijving
10
ventilatorstroom te hoog
11
geen vlamsignaal gedurende
ontstekingsfase
12
verlies vlamsignaal tijdens
branderbedrijf
14
ingrijpen maximaal beveiliging
of thermische zekering
16
overtemperatuur
32
watertemperatuursensor defect
33
warmtewisselaarsensor defect
34
luchttemperatuursensor defect
52
modulerende gasklep defect
61
ventilator defect
65
waterdebiet regelaar defect
71
gasklep defect
72
fout ionisatie(vlam)signaal
-
geen uitlezing op display
-
uitlezing op display, maar
toestel komt niet in bedrijf
-
uitlezing op display, maar
circulatieleiding of voorraadvat
komt niet op temperatuur
mogelijke oorzaken, handelingen
- rookgasafvoer en/of luchttoevoer verstopt
- ventilator defect
- geen gastoevoer of te lage gasvoordruk
- ontstekingstrafo defect
- controleer ontstekingselektrode
- controleer ionisatie-elektrode
- controleer gaskleppen (zie tabel A)
- controleer gasvoordruk
- controleer positie DIP schakelaar "gassoort" (zie hoofdstuk 4)
- controleer de branderdruk hoog en laag (zie hoofdstuk 5)
- controleer op recirculatie van rookgassen
- controleer ionisatie-elektrode
- controleer aarding
- controleer thermische zekering + controleer maximaal
beveiliging (connector B3, < 1)
- controleer positie DIP schakelaars "gassoort" en "branderdruk
instellen" (zie hoofdstuk 4 en 5)
- controleer branderdruk (zie hoofdstuk 5)
- bypassklep defect
- controleer positie DIP schakelaars "gassoort" en "branderdruk
instellen" (zie hoofdstuk 4 en 5)
- controleer branderdruk (zie hoofdstuk 5)
- controleer gaskleppen (zie tabel A)
- controleer debietsensor (zie tabel B)
- controleer waterdebietregelaar (zie tabel C)
- controleer warmtewisselaarsensor (zie tabel D)
- controleer watertemperatuursensor (zie tabel D)
- controleer watertemperatuursensor (zie tabel D)
- controleer warmtewisselaarsensor (zie tabel D)
- controleer luchttemperatuursensor (zie tabel D)
- controleer modulerende gasklep
- controleer ventilator (zie table E)
- controleer waterdebietregelaar (zie tabel C)
- controleer gaskleppen (zie tabel A)
- controleer ionisatie-elektrode
- zorg ervoor dat er geen doorstroming door het toestel is en
schakel de elektrische voeding opnieuw in.
- controleer de zekeringen
- controleer de overspanningsbeveiliging
- controleer de transformator
- controleer het filter in de koudwateraansluiting
- controleer de debietsensor
- controleer het filter in de koudwateraansluiting
- controleer de circulatiepomp in het systeem
- controleer de debietsensor
8