WERKING figuur 1 Zodra er water door het toestel stroomt geeft de debietsensor een signaal aan de besturingsprint. De besturingsprint activeert de ventilator en controleert het toerental. Vervolgens wordt de gasklep geopend en de brander ontstoken. De besturingsprint berekent aan de hand van de gemeten doorstroming (debietsensor) en uitgaande temperatuur (temperatuursensor) het benodigde vermogen.
De brander is in 3 modulerende trappen verdeeld, wordt er weinig getapt dan is slecht 1 trap in bedrijf. Wordt er meer getapt dan moduleert het toestel totdat het maximum vermogen van trap 1 is bereikt om vervolgens trap 2 bij te schakelen waarna trap 1 en 2 gelijk op moduleren. Wordt er nog meer getapt dan zal op dezelfde wijze brandertrap 3 worden bij geschakeld.
Pagina 7
Gassoort De gassoort wordt op DIP schakelaar 1 van de onderste schakelaars (SW2) afgesteld. Bij aardgastoestellen wordt DIP schakelaar 1 in de positie "ON" gezet, bij propaantoestellen wordt deze in de positie "OFF" gezet, zie figuur 3. figuur 3 Maximum watertemperatuur Is de afstandsbediening aangesloten dan is de maximum instelbare temperatuur op de afstandsbediening te begrenzen met behulp van de DIP schakelaars 2, 3, 4, 5 en 6 van de bovenste schakelaars (SW1).
INSTELLEN BRANDERDRUK Verwijder het afdekpaneel aan de voorzijde van het toestel en verwijder de plastic bescherming voor de besturingsprint. Verwijder de schroef van de drukmeetnippel en sluit hierop een manometer aan. Laag vermogen instellen De branderdruk bij laag vermogen wordt ingesteld met behulp van de regelschroef onder op het gasregelblok.
STORINGSMELDINGEN In geval zich er een storing voordoet verschijnt er in het display van de afstandsbediening een knipperend cijfer. Onderstaand tabel geeft de betekenis van de verschillende codes. Hersteld de storing zich weer dan springt de temperatuur op de afstandsbediening terug naar 50C indien deze hoger als 50C was afgesteld.
ONDERDELEN DEMONTEREN 8.1. Ventilator verwijderen Haal het rubber aansluitstuk los. Verwijder de connector van de ventilatormotor. Verwijder de twee schroeven (A). Trek de ventilator naar voren en haal de gele connector (A) van de luchtsensor los. Let er op dat bij montage de lip achter op het waaierhuis goed in de beugel wordt gestoken.
8.3. Debietregelaar + debietsensor verwijderen Verwijder de ventilator. Verwijder de bypassklep. Haal de connectoren van het vorstbeveiligingselement (A), de debietsensor (B) en de regelkep (C) los. Verwijder de 4 schroeven (A) aan de onderzijde bij de koudwateraansluiting. Trek de debietregelaar naar boven en verwijder deze.
8.5. Gasregelblok verwijderen Verwijder de besturingsprint. Haal de ontstekingskabel (A) los. Verwijder schroeven (B) en (C). Haal connector (D) los en verwijder de gascollector. Haal de connectoren en de referentieslang (A) los. Verwijder de 4 schroeven (A) aan de onderzijde bij de gasaansluiting. Trek het gasregelblok naar boven en verwijder deze.
8.6. Ontstekingstrafo verwijderen Verwijder de besturingsprint. Haal de onstekingskabel (A) en de connector (B) los. Verwijder schroef (C) en verwijder de ontstekingstrafo. 8.7. Transformator verwijderen Verwijder de ventilator. Verwijder de besturingsprint. Haal de connector (A) los. Verwijder de schroeven (B) aan weerszijde van de transformator en verwijder de transformator.