De verbinding is nu tot stand gebracht. De muziek die op het
mobiele apparaat worden afgespeeld, is nu te horen via de ONE.
OPMERKING
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw mobiele apparaat
voor meer informatie.
OPMERKING
Nadat de apparaten zijn gepaard, is het niet nodig om ze
opnieuw te koppelen. Zie "Verbinden met een reeds gekoppeld
mobiel apparaat" (p.41 ).
BELANGRIJK
Koppelen is opnieuw vereist als u een Factory Reset uitvoert (p.
32).
Verbinden met een reeds gekoppeld mobiel
apparaat
BELANGRIJK
Houd er rekening mee dat de uitleg om uw mobiele apparaat te
koppelen aan de ONE is bedoeld als voorbeeld. De bewerkingen
voor het koppelen van uw mobiele apparaat kunnen verschillen
van onze uitleg en zijn afhankelijk van het besturingssysteem
van uw apparaat. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw
mobiele apparaat voor meer informatie.
1.
Plaats het mobiele apparaat binnen 1 meter van de ONE.
2.
Schakel indien nodig de Bluetooth®-functie op het
mobiele apparaat in.
3.
Selecteer het apparaat "johannus-one-xx" dat wordt
weergegeven in de Bluetooth®-lijst van uw mobiele
apparaat.
De muziek die op het mobiele apparaat worden afgespeeld, is nu te
horen via de ONE.
OPMERKING
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw mobiele apparaat
voor meer informatie.
Bluetooth®-audioverbinding
41