Gebruiken van de stappensequencer
3.
bq
Druk op
MENU en daarna op de
(I) toets om de itemselectiecursor te
verplaatsen (0) naar "M.Slider".
bq
4.
Druk op
ENTER.
Hierdoor wordt het hoofdschuifregelaarscherm getoond.
5.
bq
Toon d.m.v. de
9
de
PART min (–) en plus (+) toetsen de naam
van het onderdeel dat u wilt veranderen binnen
de haakjes % naast Part.
6.
Verplaats d.m.v de
(w) toetsen om te verplaatsen naar de
"Assign" instelling en verander dan d.m.v. de
bo
draairegelaar of de
toetsen een van de hieronder beschreven
instellingen.
Toewijzen
Nop
Geen werking. De werking van de
hoofdschuifregelaar is gedeactiveerd.
S. Data
Stappendata. Verandert de data van alle
stappen (1 - 16) die op dat moment
ingeschakeld zijn.
S. Size
Stapgrootte
NoteLn
Nootlengte
Groove
Groef
Octave
Wanneer er noten toegewezen zijn aan de
schuifregelaars 1 - 8, verandert bij het
bewegen van de hoofdschuifregelaar wanneer
deze van kracht is, de octaven van de noten
(Bereik: –1 tot 0 tot 1).
• Zie "Stappensequencerparameters" op pagina D-56
voor details aangaande toewijzingen van de
stapgrootte, nootlengte en groef.
• Schuifregelaarfuncties kunnen gewijzigd worden zoals
hieronder beschreven. Zie "Veranderen van de
schuifregelaarinstellingen" op pagina D-59 voor informatie
aangaande deze veranderingen.
– Kopiëren van de instellingen van een andere
schuifregelaar
– Schaal-, drum-, gevoeligheidsschuifregelaarvoorkeuzes
– Nootverschuiving
D-54
bq
rechts
min (–) en plus (+) toetsen en
bq
omhoog (q) en omlaag
bq
min (–) en plus (+)
Omschrijving
Invoeren van stapdata door spelen op het
keyboard, enz.
U kunt noten, gevoeligheud en andere stapdata invoeren door
toetsenbord-, toonhoogtebuigregel- en knopbewerkingen uit
te voeren terwijl u aan het spelen bent.
• Bij het invoeren van een toonhoogtebuigregel- of
knopbewerking dient u eerst de toonhoogtebuigregelaar of
de knop te selecteren en daarna de invoerbewerking uit te
voeren.
7
1.
Druk op
EDIT.
2.
Verplaats d.m.v. de
itemselectiecursor (0) naar "Step Edit" en druk
bq
vervolgens op
3.
Voer data in zoals hieronder beschreven.
■ Terwijl sequensweergave aan de gang is
Druk op de klaviertoetsen en voer overige bewerkingen uit
zoals vereist overeenkomstig de timing van de weergave.
■ Terwijl de sequensweergave gestopt is
Voer de data in bij de op dat moment aangegeven stap.
Veranderen van het Solo1 kanaal
Solo1 is gewoonlijk toegewezen aan kanaal 14.
U kunt d.m.v. de onderstaande procedure de toewijzing aan
kanaal 1 veranderen wanneer u Solo Synth of speciale tonen
gebruikt als de solotoon.
1
1.
Druk op
STEP SEQUENCER.
bq
2.
Druk op
MENU en druk vervolgens op de
rechts (I) toets.
3.
Druk na te hebben gecontroleerd dat de
itemselectiecursor (0) naast "Setting" is, op
bq
ENTER.
4.
Verplaats d.m.v. de
(w) toetsen de itemselectiecursor (0) naar
"Solo1 Ch".
5.
Verander d.m.v. de
toetsen de Solo1 kanaalinstelling.
1 : Kanaal 1
14 : Kanaal 14
• De Solo1 kanaalinstelling wordt opgeslagen als
Optreden parameter.
bq
beneden (w) toets de
ENTER.
bq
omhoog (q) en omlaag
bq
min (–) en plus (+)
bq