23. Steek de beschermde doorgangen lopend over. Zorg in alle gevallen
goed voor jezelf en voor anderen.
24. Leid het gebruik van het voertuig niet af, dit voertuig is niet bedoeld
voor acrobatisch gebruik.
25.Let op: de rem kan heet worden tijdens gebruik. Raak de breekschijf
na gebruik niet aan.
26. Verwijder eventuele scherpe randen die tijdens het gebruik ontstaan.
Wijzig of transformeer het voertuig niet, inclusief de stuurbuis en bus, de
stuurpen, het vouwmechanisme en de achterrem.
12