Bedieningsfuncties stuur
Handbedieningshendel
Met de handbedieningshendel kunt u uw scootmobiel met uw duimtop
bedienen (Foto 8).
Hiermee regelt u de snelheid en het voor- en achteruit bewegen.
Als u de rechterkant van de hendel met uw rechterduim van u af drukt, gaat
de scootmobiel vooruit. Als u de linkerkant van de hendel met uw linkerduim
van u af drukt, gaat de scootmobiel achteruit en klinkt de achteruitpieper.
Hoe harder u de hendel indrukt, hoe harder de scooter gaat. Het is mogelijk
om uw scootmobiel met gebruik van één kant van de
handbedieningshendel te bedienen. Om dit te doen moet u de gekozen
kant van de handbedieningshendel DRUKKEN en TREKKEN.
Opmerking:
Voor bediening met één hand heeft u grotere
concentratie nodig en het is vermoeiender dan de
normale bediening.
Claxon
Als u op de gele claxon drukt, hoort u een waarschuwingsgeluid. Gebruik
deze functie om voetgangers waar nodig voor uw aanwezigheid te
waarschuwen.
AAN/UIT schakelaar/sleutelschakelaar
Als uw scootmobiel een sleutel heeft, staat deze horizontaal wanneer de
scootmobiel aan staat (Foto 8).
Zorg ervoor dat deze schakelaar UIT staat VOORDAT u op de scootmobiel
stapt en er weer vanaf stapt.
Wanneer u deze schakelaar op UIT zet wanneer u rijdt, stopt de
scootmobiel zeer abrupt. Dit wordt niet aanbevolen.
Om het verbruik van de acculading te verminderen, heeft uw scootmobiel
een slaapstand. Als de sleutelschakelaar zonder te rijden 5 minuten aan
staat, toont de accumeter een volledige lading, maar de scootmobiel rijdt
niet. Draai de sleutel uit en daarna weer aan en u bent klaar om te gaan.
Iss 4
1 9