SIM-kaart
De SIM-kaart (Subscriber Identity Module), die u van uw
netwerkoperator hebt ontvangen, bevat informatie over
uw abonnement. Zet de telefoon altijd uit en koppel de
oplader los voordat u de SIM-kaart plaatst of verwijdert.
U kunt contacten op de SIM-kaart opslaan voordat
u deze uit de telefoon haalt. Contacten kunnen in het
telefoongeheugen worden opgeslagen. Zie Contacten
op pagina 20.
PIN-code (SIM-kaartblokkering)
De PIN-code (Personal Identification Number) is een SIM-
kaartblokkering waarmee uw abonnement, maar niet de telefoon
zelf, wordt beveiligd. Als de kaart is geblokkeerd, moet u de
PIN-code invoeren als u de telefoon inschakelt. Als u de
PIN-code wilt wijzigen, raadpleegt u SIM-kaartblokkering op
pagina 34.
Elk cijfer van de PIN-code verschijnt als een *, tenzij de code
begint met de cijfers van het alarmnummer, bijvoorbeeld 112
of 911. U kunt alarmnummers bellen zonder dat eerst de
PIN-code moet worden ingevoerd.
Als u drie keer achter elkaar de verkeerde PIN-code
invoert, wordt het volgende bericht weergegeven:
PIN is geblokkeerd. Voer de PUK van de operator in.
Als u de SIM-kaartblokkering wilt opheffen, raadpleegt
u Problemen oplossen op pagina 36.
This is the Internet version of the User guide. © Print only for private use.
This is the Internet version of the User guide. © Print only for private use.
This is the Internet version of the User guide. © Print only for private use.
5