Download Print deze pagina

Fujitsu Ten TomTom Eclipse AVN4429 Gebruikershandleiding pagina 10

Verberg thumbnails Zie ook voor TomTom Eclipse AVN4429:

Advertenties

Voor gebruik
Voorzorgsmaatregelen voor veiligheid
WAARSCHUWING
● Gebruik dit systeem niet voor andere doeleinden dan in dit document aangegeven. Wijk ook
niet af van de hieronder beschreven installatieprocedure. Eclipse aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor schade, met inbegrip van, maar niet beperkt tot ernstig letsel, dood of
materiële schade, veroorzaakt door installatieprocedures die niet voorziene bediening mogelijk
maken.
● Dit apparaat werkt op een voeding van 12V DC en mag uitsluitend worden geïnstalleerd in een
auto met een elektrisch systeem met massaverbinding van 12V. Als u het op een andere
manier installeert dan de bedoeling is, bestaat er gevaar voor schade aan het apparaat,
elektrische schokken of letsels.
● Installeer dit apparaat nooit indien het een veilig gebruik van de auto kan belemmeren.
Blokkeer nooit het zicht van de bestuurder. Installeer het apparaat nooit op een manier die het
gebruik van de remmen, het stuur of andere veiligheidssystemen, zoals de veiligheidsgordels
en de airbags, belemmert.
● Voordat u in de auto gaten boort voor het aanbrengen, moet u controleren waar de leidingen,
reservoirs, elektrische kabels en andere systemen en componenten van de auto zich bevinden,
zodat elk contact of storing wordt vermeden. Bovendien moet u voorzorgsmaatregelen nemen
tegen roest en lekkage op de plaats waar u boort. Als u dit niet doet, kan dat leiden tot brand of
elektrische schokken.
● Om het apparaat aan te brengen, mag u geen bestaande bevestigingen van de auto
verwijderen, zoals moeren, bouten, schroeven, clips en andere sluitingen. Verwijder of
verander nooit bestaande bedrading in de auto, met inbegrip van massa-aansluitingen en
klemmen. Het wijzigen van bestaande kabels en onderdelen kan de auto onveilig maken.
● Koppel voordat u begint, de negatieve (-) accuklem los, om elektrische schokken of
vonkvorming te vermijden, evenals schade aan de bekabeling van de auto en het apparaat.
● Beveilig de bekabeling met niet-geleidende tape of plastic binders, zodat de kabels het normale
gebruik van de auto niet kunnen belemmeren, met name het gebruik van de remmen, de
versnellingspook of het stuur. Plaats de kabels zodanig dat ze niet schuren of anderszins
kunnen beschadigd worden door bewegende auto-onderdelen, met inbegrip van elektrisch
verplaatsbare stoelen.
● Om brand of schade aan de auto en het apparaat te voorkomen, mag u het apparaat nooit op
de voeding aansluiten indien dat het bestaande elektrische systeem kan overbelasten. Alle
elektrische kabels of verbindingen moeten worden geïsoleerd. Installeer altijd zekeringen,
stroomonderbrekers en relais.
● Airbags zijn een essentieel onderdeel van een veiligheidssysteem. Installeer het apparaat nooit
op een wijze die de bekabeling of de werking van de airbag kan hinderen. Airbags moeten
tijdens een ongeval correct werken.
● Controleer, als de installatie is voltooid, of alle elektrische systemen correct werken, met
inbegrip van de verlichting, de claxon, de remlichten en de alarmknipperlichten.
● Gebruik voor uw eigen veiligheid nooit een elektrische boor als u geen veiligheids- of stofbril
draagt.
Boorschilfertjes of stof kunnen de ogen ernstig verwonden en tot blindheid leiden.
● Gebruik isolatieband om alle kabels, ook niet-gebruikte, te isoleren. Goede isolatie voorkomt
vonken, schokken en brand.
● Voor sommige apparaten is het gebruik van batterijen noodzakelijk. Installeer nooit het
apparaat waar de batterijen toegankelijk zijn voor jonge kinderen. Raadpleeg onmiddellijk een
arts indien een batterij wordt ingeslikt.
8
8

Advertenties

loading