Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
Bij een waterhardheid van 13 - 70 °dH
Wat u moet doen ...
... wanneer de juiste leidingwaterhardheid al is
geprogrammeerd.
Schakel de afwasautomaat met de Uit - toets (o) uit.
... wanneer u een andere leidingwaterhardheid moet
programmeren.
Zoek dan in de tabel de toets waar u voor deze lei-
dingwaterhardheid op moet drukken. Zolang u op
deze toets blijft drukken, brandt het controlelampje
van de gekozen toets.
13 - 14 °dH (2,3 - 2,5 mmol/l): toets
15 - 17 °dH (2,7 - 3,1 mmol/l): toets
18 - 21 °dH (3,2 - 3,8 mmol/l): toets
22 - 35 °dH (4,0 - 6,3 mmol/l): toets
36 - 70 °dH (6,5 -12,6 mmol/l): toets
Laat de toets weer los.
Afhankelijk van de programmering branden daarbij
de volgende controlelampjes:
Druk op toets
Druk nog een keer op toets
Schakel de afwasautomaat met de Uit - toets (o) uit.
De geprogrammeerde waterhardheid van uw leiding-
water is nu opgeslagen.
Controleer de stand van de waterhardheidsschake-
laar in de spoelruimte en verander de instelling in-
dien nodig (zie: "Het instellen van de waterhard-
heidsschakelaar").
g
.
g.
b
c
d
e
f
n
n
brandt
knippert
g
b
Aan+
+
g
c
Aan+
+
g
d
Aan+
+
g
e
Aan+
+
g
f
Aan+
+
Aan
Zout +
b
d
e
,
,
g
Aan +
Aan
Zout +
Zout
Zout
Zout
Zout
Zout
c
Zout
g
17