Proefdraaien en testen
• Vooraleer te testen, meet de spanning op de primaire zijde van de veiligheidsonderbreker.
• Controleer of alle vloeistof- en gasafsluiters helemaal geopend zijn.
• Controleer of alle leidingen en de bedrading overeenstemmen.
1.
Proefdraaien en testen
1) Om de koeling te testen, stel in op de laagste temperatuur. Om de verwarming te testen, stel in op de hoogste
temperatuur. (Afhankelijk van de kamertemperatuur, kan alleen verwarming of koeling mogelijk zijn (maar niet beide).)
2) De unit zal gedurende ongeveer 3 minuten niet opnieuw starten nadat ze gestopt is (koeling of verwarming).
3) Tijdens het testen, controleer eerst de werking van elke afzonderlijke unit. Controleer vervolgens de gelijktijdige werking
van alle binnenunits.
Controleer zowel de verwarming als de koeling.
4) Wanneer de unit gedurende ongeveer 20 minuten gewerkt heeft, meet de temperaturen van de toevoer en afvoer van de
binnenunits. Indien de meetwaarden hoger liggen dan deze in onderstaande tabel, dan zijn ze normaal.
Temperatuurverschil
tussen toevoer en afvoer
5) Tijdens het koelen kan zich ijs op de gasafsluiter of andere onderdelen vormen. Dit is normaal.
6) Laat de binnenunits werken overeenkomstig de bijgeleverde gebruiksaanwijzing. Controleer of ze normaal werken.
2.
Te controleren punten
Controleer punt
Werden de binnenunits veilig geplaatst?
Werd er gecontroleerd op gaslekkage?
Werd alles thermisch geïsoleerd (gasleidingen,
vloeistofleidingen, stukken binnen van de
aflaatslangverlenging)?
Is de aflaat veilig vast?
Zijn de aansluitingen van de aardleiding veilig vast?
Zijn de elektrische draden juist aangesloten?
Voldoet de bedrading aan de specificaties?
Is er iets dat de toevoeren en/of afvoeren van de binnen- en
buitenunits verstopt?
Zijn de afsluiters open?
Komen de markeringen (kamer A, kamer B) op de bedrading en
de leidingen overeen voor elke binnenunit?
ATTENTIE
• Zorg ervoor dat de klant de unit doet werken terwijl hij/zij de handleiding leest die samen met de binnenunit werd geleverd.
Informeer de klant hoe hij/zij de unit op de juiste manier moet bedienen en ermee moet omgaan (in het bijzonder het reinigen
van de luchtfilters, het bedienen en doen werken en het instellen van temperaturen).
• Zelfs wanneer de airconditioner niet werkt, verbruikt hij een beetje stroom. Indien de klant de unit niet meteen na zijn plaatsing
zal gebruiken, draai de stroomonderbreker uit om niet nutteloos elektriciteit te verbruiken.
• Indien extra koelmiddel werd bijgevuld omwille van lange leidingen, schrijf de hoeveelheid die werd toegevoegd op het
naamplaatje op de achterkant van het deksel van de afsluiter.
nNederlands
Koeling
Ong. 8°C
(Wanneer de unit in één kamer werkt)
Gevolgen van de storing
Vallen, trillingen, geluid
Geen koeling, geen verwarming
Waterlek
Waterlek
Gevaar wanneer foute aarding
Geen koeling, geen verwarming
Storing of brand tijdens het werken
Geen koeling, geen verwarming
Geen koeling, geen verwarming
Geen koeling, geen verwarming
Verwarming
Ong. 15°C
Controleren
14