Het vastzetten van de rolstoel
Voor het vastzetten van de rolstoel dient u de instructies van
•
hoofdstuk 7.1 op te volgen.
Indien een werkblad aanwezig is dient dit te worden
•
verwijderd en deugdelijk te worden opgeborgen.
Alle verstellingen dienen in de neutrale stand te staan tijdens
•
vervoer (hst 3.4)
Scout Mobility B.V.raadt aan de rolstoel uit te voeren met
•
een hoofdsteun en deze te gebruiken tijdens transport met
de rolstoel als zitplaats.
Eventuele accessoires op de rolstoel dienen te worden
•
verwijderd en deugdelijk te worden opgeborgen.
DAHL
De Scout X10 rolstoelen zijn eveneens gecrashtest volgens ISO7176-
19 met het Dahl Docking System. Zie voor details de
gebruikershandleiding "X10 with Dahl Docking System".
7.4
Het zekeren van de rolstoelgebruiker
•
Voor het zekeren van de rolstoelgebruiker dient een
veiligheidsgordel voor bekken en voor schouder gebruikt te
worden. Deze moeten in de vorm van een driepunt
vastzetsysteem worden bevestigd aan de vloer en wand
het voertuig (figuur 7.2).
Plaats de veiligheids gordel zo strak mogelijk over de
•
bekken en in een hoek tussen de 30° en 75° .
Het bovenstuk van de veiligheidsgordel gaat de romp en
•
schouder.
De veiligheidsgordel moet zo strak mogelijk tegen het
•
lichaam zitten en mag niet gedraaid zitten.
Zorg dat de veiligheidsgordel niet door onderdelen van de
•
rolstoel wordt belemmerd, zoals armsteunen of wielen.
Eventueel aanwezige gordels op de rolstoel zijn enkel
•
geschikt positioneringsgordels en mogen nooit gebruikt
worden als veiligheidsgordel.
Zorg er bij het aanbrengen van de veiligheidsgordels voor
•
dat de ontgrendelknop van deze gordels niet de onderdelen
4102966 rev. B
Scout Mobility B.V.
pag. 25