• Zorg dat u de inkttank met inkt vult tot de lijn van de bovengrens (J) op de inkttank.
6. Verwijder de inktfles uit de inlaat wanneer de inkt de lijn van de bovengrens bereikt.
Houd de inktfles iets omhoog en verwijder de fles uit de inlaat terwijl u deze langzaam kantelt.
Belangrijk
• Laat geen inktflessen in inkttanks zitten.
• Sluit het fleskapje van de inktfles goed en bewaar de inktfles rechtop.
7. Sluit het tankkapje van de inkttank.
Zorg dat het tankkapje goed is geplaatst.
8. Sluit de scaneenheid / klep.
Til de scaneenheid / klep op en laat deze voorzichtig zakken om te sluiten.
55