Geavanceerde bediening
■ In dit hoofdstuk volgen de commando's voor het doorkoppelen van meerdere monitors. De
basisbediening is hetzelfde als beschreven onder het hoofdje "Basisbediening" hierboven.
<ID nummers>
U kunt elke doorverbonden monitor een eigen uniek ID nummer toewijzen (zie pagina 54). Dan kunt
u elke monitor in de doorgekoppelde keten afzonderlijk bedienen.
U kunt in totaal ongeveer 20 monitorschermen doorkoppelen, afhankelijk van de lengte van de RS-
232C kabels en de omgeving waarin u de beeldschermen installeert.
U kunt de ID nummers naar keuze toewijzen via het menuscherm (met de afstandsbediening of met
de toetsen op de monitor) of vanaf de PC, via de RS-232C kabel.
[Bijvoorbeeld]
PC
Wanneer er meerdere monitorschermen zijn doorverbonden zoals hierboven getoond, kunt u
commando's uitvoeren zoals bijvoorbeeld "Stel de geluidssterkte van de monitor met ID nummer 4
in op een waarde van 20".
Als u een stel doorgekoppelde monitorschermen afzonderlijk wilt bedienen door het toewijzen van ID
nummers, is het van belang dat u elke monitor een uniek ID nummer geeft, dus elk nummer niet
meer dan eenmaal gebruikt.
Als hetzelfde ID nummer aan meer dan een monitor wordt toegewezen, zal alleen de monitor die het
dichtste bij de PC is aangekoppeld op de commando's voor dat ID nummer reageren.
Wanneer er meerdere monitorschermen zijn doorverbonden met een dubbele nummertoewijzing
zoals hieronder getoond, kan alleen de monitor 1 worden bediend via het ID nummer 2. Monitor 2
zal dan niet reageren op de commando's voor dat ID nummer.
[Bijvoorbeeld]
PC
De ID nummers hoeven niet te worden toegewezen in oplopende volgorde vanaf de PC. Ze kunnen
bijvoorbeeld ook worden toegewezen zoals hieronder getoond.
[Bijvoorbeeld]
PC
Downloaded from:
http://www.usersmanualguide.com/
ID nummer: 1
ID nummer: 2
ID nummer: 1
ID nummer: 2
ID nummer: 3
ID nummer: 2
PC bediening (vervolg)
ID nummer: 3
ID nummer: 4
ID nummer: 2
ID nummer: 3
ID nummer: 4
ID nummer: 1
Lees verder op de volgende pagina.
37
NL