Bijlage B
Micro Motion-adapterbarrière
B.1
Overzicht
In deze bijlage komen de volgende onderwerpen en procedures aan bod:
•
Zie paragraaf B.2 voor een inleiding over de Micro Motion-adapterbarrière
•
Zie paragraaf B.3 voor afmetingen en specificaties
•
Zie paragraaf B.4 voor het monteren en verwijderen van de Micro Motion-adapterbarrière
•
Zie voor instructies over het vergrendelen en ontgrendelen van de Micro paragraaf B.5
Motion-adapterbarrière
•
Zie voor informatie over het configureren van de Micro paragraaf B.6 Motion-adapterbarrière
voor actieve of passieve kringvoeding
•
Zie paragraaf B.7 voor instructies over het kalibreren van de Micro Motion-adapterbarrière
•
Zie voor instructies over het herstellen van de fabriekskalibratiewaarden van de Micro
paragraaf B.8 Motion-adapterbarrière
B.2
Over de Micro Motion-adapterbarrière
De Micro Motion-adapterbarrière biedt galvanisch geïsoleerde, intrinsiek veilige voeding voor
de transmitter van model 2200S. Aan de veldzijde is de adapterbarrière aangesloten op een
Micro Motion-sensor. Aan de systeemzijde is de adapterbarrière aangesloten op een host.
De adapterbarrière wijzigt de schaal van de transmitter van model 2200S van een uitgang van
12–20 mA naar 4–20 mA.
De adapterbarrière is standaard ingesteld op "actief", d.w.z. dat de zener-barrière de kring aan de
systeemzijde voedt. De configuratie van de adapterbarrière kan worden gewijzigd in "passief", d.w.z.
dat de zener-barrière de kring aan de systeemzijde niet voedt.
De mA-uitgang van de adapterbarrière naar de host kan worden gekalibreerd en de fabriekskalibratie-
waarden kunnen worden hersteld.
Het apparaat kan worden geconfigureerd en gekalibreerd via de schakelaars en knoppen op de
adapterbarrière. Het voorpaneel van de adapterbarrière staat afgebeeld in afbeelding B-1.
Bij normaal gebruik is de adapterbarrière vergrendeld. Als de adapterbarrière vergrendeld is, moet
u deze eerst ontgrendelen voordat u deze kunt configureren of kalibreren.
Installatiehandleiding
27