Inhoudsopgave
Advertenties
Snelstartgids
2
Configuratie
2.1
De transmitter configureren
De Rosemount 148 moet voor bepaalde basisvariabelen worden
geconfigureerd om te kunnen functioneren. Transmitters zijn vooraf
geconfigureerd in de fabriek volgens specificaties in de bestelopdracht of
volgens fabrieksinstellingen. Configuratie kan echter vereist zijn als de
transmitter niet is geconfigureerd of als de configuratievariabelen moeten
worden herzien. Dit kan op twee manieren: door fabrieksconfiguratie door
Emerson Automation Solutions te bestellen, of door de pc-
programmeerinterface van de Rosemount 148 in een werkbankconfiguratie
te gebruiken. De Rosemount 148-pc-programmeerset bevat
configuratiesoftware en een communicatiemodem. Voor configuratie van
het Rosemount 148 instrument is een externe voeding van 12–42,4 VDC
vereist. De transmitter configureren:
Procedure
1. Sluit de transmitter en een belastingweerstand (250–1100 Ohm) aan
in serie met de voeding.
2. Sluit het modem parallel aan op de belastingweerstand en sluit het
aan op de pc.
2.2
Controleer de transmitterconfiguratie
Als de transmitter is aangesloten op een sensor (testsensor of het feitelijke
installatiemateriaal), kan de configuratie worden gecontroleerd via het
tabblad Information (informatie) in de Rosemount 148-pc-
programmeerinterface. Selecteer Refresh (vernieuwen) om de status bij te
werken en te controleren of de transmitter goed is geconfigureerd.
Raadpleeg bij problemen de
6
Naslaghandleiding
voor mogelijke oplossingen.
Rosemount 148
Maart 2020
Advertenties
Inhoudsopgave
