Maart 2020
2. Zorg dat de twee afschermingen aan elkaar bevestigd zijn en
elektrisch geïsoleerd zijn van de transmitterbehuizing.
3. Aard de afscherming uitsluitend aan de voedingszijde.
4. Zorg dat de sensorafscherming elektrisch geïsoleerd is van de
omliggende geaarde objecten.
Figuur 4-3: Optie 2: Geaarde behuizing
4.3.3
Aard de transmitter: Optie 3
Gebruik deze methode voor een geaarde of ongeaarde behuizing.
Procedure
1. Aard de afscherming van de sensorbedrading indien mogelijk bij de
sensor.
2. Zorg dat de afschermingen van de sensorbedrading en van de
signaalbedrading elektrisch geïsoleerd zijn van de
transmitterbehuizing.
Verbind de afscherming van de signaalbedrading niet met de
afscherming van de sensorbedrading.
3. Aard de afscherming van de signaalbedrading aan de voedingszijde.
Snelstartgids
A
A. Sensordraden
B. Transmitters
C. DCS-hostsysteem
D. Aardingspunt afscherming
B
Snelstartgids
C
D
13