Installatie Van De Leidingen; Pijpaansluiting - CTC EcoAir 700M Installatie- En Onderhoudshandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor EcoAir 700M:
- Installatie- en onderhoudshandleiding (44 pagina's) ,
- Installatie- en onderhoudshandleiding (40 pagina's) ,
- Installatie- en onderhoudshandleiding (40 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
6.
Installatie van de leidingen
De installatie moet worden uitgevoerd volgens de geldende normen. De
binnenmodule moet worden aangesloten op een gesloten expansievat.
Indien nodig, moeten de verwarmingscircuit(s)/radiatorsystemen worden
schoongespoeld voordat deze worden aangesloten.
6.1
Pijpaansluiting
•
Wij raden aan dat de warmtepomp is aangesloten op een
koperen pijpleiding van ten minste Ø28 mm, maar er moeten
drukverschilberekeningen worden uitgevoerd om de leidingdiameter
te bepalen.
•
Leid de buizen tussen de warmtepomp en de binneneenheid zonder
hoogste punten. Als dat niet mogelijk is, maak dit hoogste punt dan
met een automatische luchtafscheider.
•
Controleer de aangegeven openingsdruk van de veiligheidskleppen.
De veiligheidsklep in de warmtepomp moet worden geopend vóór
de veiligheidsklep in de binneneenheid (het controleproduct).
De veiligheidsklep in de buiteneenheid moet daarom een lagere
openingsdruk hebben dan de veiligheidsklep in de binneneenheid.
Let op!
De veiligheidsklep(pen) binnen moet(en) een openingsdruk hebben
van ten minste 2,5 bar, omdat de ingebouwde veiligheidsklep in de
buiteneenheid een openingsdruk heeft van 2 bar (0,5 bar lagere
openingsdruk). Vervang de kleppen binnen als dit niet het geval is.
Plaats de meegeleverde filterkogelklep op de retourflow van de
•
binneneenheid. Zie het hoofdstuk "Bediening en onderhoud" voor
het schoonmaken van de filterkogelklep.
•
De aansluiting op de warmtepomp moet worden gemaakt
met een draadversterkte diffusiedichte slang voor SWW, met
een minimumdiameter van 1" (leverbaar als accessoire). Een
flexibele slang met een minimale lengte van 1000 mm is nodig om
geluidsoverdracht naar het gebouw te voorkomen en om eventuele
bewegingen van de warmtepomp op te vangen.
•
Leidingen die buiten worden geplaatst, moeten worden geïsoleerd*
met een dikte van ten minste 13 mm en een waterbestendige
buisisolatie. Controleer of de isolatie overal goed is afgedicht en dat
de koppelingen goed zijn getaped of gelijmd.
•
Buizen binnen moeten tot aan de binneneenheid worden geïsoleerd*
met isolatie van ten minste 9 mm dik. Dit zorgt ervoor dat de
warmtepomp de hoogst mogelijke temperatuur kan leveren aan de
binneneenheid of tank zonder enige verliezen.
De binnenmodule moet
!
worden aangesloten
op een gesloten
expansievat.
!
Minimum
watervolume in de
verwarmingskring
(>25°C) voor
betrouwbare
ontdooifunctionaliteit:
EcoAir 708M/712M: 80 l
De veiligheidsklep(pen)
!
binnen moet(en) een
openingsdruk hebben
van ten minste 2,5 bar,
omdat de ingebouwde
veiligheidsklep in de
buiteneenheid een
openingsdruk heeft van
2 bar (0,5 bar lagere
openingsdruk). Vervang
de kleppen binnen als
dit niet het geval is.
* Houd u aan de nationale en/of lokale
voorschriften bij het dimensioneren van
de leidingisolatie.
CTC EcoAir 700M
27
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
