tijd t. schakelen warm/koel
Instelbereik: 0 – 48 u
Fabrieksinstelling: 2
bedrijfsmodus auto EQ1-GP12
Hier stelt u in of u wilt dat de koelpomp (GP12) in de automatische bedrijfs-
stand draait.
snelheid koelpomp
Instelbereik: 1 – 100%
Fabrieksinstelling: 70%
U kunt de VVM 500 gebruiken om de woning tijdens warme perioden te koelen.
LET OP!
Bepaalde instellingsopties ziet u alleen als hun functie is geïnstalleerd
en geactiveerd in VVM 500.
delta op +20 °C
Stel de gewenste temperatuur in voor het temperatuurverschil tussen de aanvoer-
en retourleidingen naar het klimaatsysteem tijdens het koelen bij een buitentem-
peratuur van +20 °C. De VVM 500 probeert vervolgens zo goed mogelijk in de
buurt van de ingestelde temperatuur te blijven.
delta op +40 ℃
Stel de gewenste temperatuur in voor het temperatuurverschil tussen de aanvoer-
en retourleidingen naar het klimaatsysteem tijdens het koelen bij een buitentem-
peratuur van +40 °C. De VVM 500 probeert vervolgens zo goed mogelijk in de
buurt van de ingestelde temperatuur te blijven.
gebruik ruimtesensor
Hier kunt u instellen of er kamertemperatuursensoren moeten worden gebruikt
in de koelstand.
46
Hoofdstuk 3 | VVM 500 – tot uw dienst
NIBE VVM 500