Wat te doen als...
Probleem
Het apparaat schakelt
niet in.
Het apparaat is
ingeschakeld maar
werkt niet.
Mogelijke
oorzaken
Stekker niet in het
stopcontact gestoken.
De connector is niet naar
binnen gestoken.
AAN-UIT-knop (9) niet
ingedrukt.
AAN-UIT-knop (9) niet
werkzaam.
Alarm leeg of ontbrekend
reservoir (led 21
brandt).
Alarm ontbreken koffie (led
22
brandt).
Alarm koffiedikreservoir (led
23
brandt).
Alarm koffiedikreservoir (led
23
knippert).
Algemeen alarm (led 24
knippert).
Algemeen alarm (led 24
permanent).
Alarm verplichte ontkalking
actief (led 25
knippert).
Oplossing
Steek de stekker in het
stopcontact.
Steek de connector goed in
de machine.
Druk op de toets om het
apparaat te starten.
Neem contact op met een
erkend servicecentrum.
Controleer of het reservoir
correct geplaatst is of vul het
met water, of spoel het om
het van eventueel kalkresidu
te ontdoen.
Giet koffiebonen in het
betreffende reservoir.
Leeg het koffiedikreservoir.
N.b.: het legen moet
uitgevoerd worden door
de lade minstens 15
seconden te verwijderen
met ingeschakeld apparaat.
Alarm 23
knippert om
aan te geven dat de teller
correct gereset is.
Koffiedikreservoir niet correct
geplaatst of interne lekbak
ontbreekt. Monteer de
componenten opnieuw.
Controleer of de zetgroep
correct gemonteerd is en het
klepje dicht is.
Open het toegangsklepje,
verwijder de zetgroep en
controleer en reinig de
bewegingszone. Als het
probleem aanhoudt, neem
dan contact op met een
erkend servicecentrum.
Voer een ontkalkingscyclus
uit.
NL - 13