Geavanceerde ontvangstopties
Werken met een tweede toestel
Als u een faxoproep aanneemt op een tweede toestel of op een
extern toestel dat is aangesloten op de juiste ingang van de machine,
kunt u de oproep doorverbinden naar de MFC door de code voor
activeren in te toetsen. Als u de code voor activeren
faxbericht op uw MFC worden ontvangen.
(Raadpleeg Fax Waarnemen op pagina 5-5.)
Als de MFC een normaal telefoontje aanneemt en het dubbele
belsignaal geeft, toetst u de code voor het deactiveren in,
het telefoontje op een tweede toestel aan te nemen. (Raadpleeg De
F/T-beltijd instellen (alleen in de stand Fax/Tel) op pagina 5-4.)
Als u een telefoontje aanneemt en u niets hoort, betreft het
hoogstwaarschijnlijk een inkomend faxbericht.
■
Als u het telefoontje op een tweede toestel aannam (op een apart
telefooncontact), drukt u op
tjirpende geluid hoort, pas dan mag u ophangen.
■
Op een extern toestel (op de juiste ingang aangesloten) drukt u
51
op
en wacht u totdat de verbinding is verbroken (op het
LCD-scherm van de machine staat Ontvangst ).
Degene die u opbelt dient op zijn of haar machine op
drukken om de fax te verzenden.
Uitsluitend voor de stand Fax/Tel
Als de MFC in de stand Fax/Tel staat, wordt het dubbele belsignaal
gebruikt om aan te geven dat het een normaal telefoontje betreft.
Neem de hoorn van de externe telefoon op en druk op
telefoon aan te nemen.
Als u zich bij een tweede extern toestel bevindt, moet u de hoorn
tijdens het overgaan van de dubbele bel opnemen en tussen twee
dubbele belsignalen in op
toestel is of wanneer iemand u een fax wilt sturen, stuurt u het
gesprek terug naar de MFC door op
51
en wacht u totdat u het
# 51
drukken. Wanneer niemand aan het
51
DE ONTVANGSTSTAND INSTELLEN 5 - 9
51
, zal het
# 51
Start
Tel/R
te drukken.
, om
te
om de