Inhoudsopgave
Advertenties
Problemen, oorzaak en remedie
Probleem
De motor start niet.
De motor loopt onregelmatig.
De cultivator is moeilijk te duwen.
Het afvoerkanaal raakt verstopt.
De machine trilt of maakt abnormaal
lawaai.
Het resultaat is onbevredigend.
Mogelijke oorzaak
1. De motor staat onder belasting.
2. De brandstoftank is leeg.
3. De choke staat open.
4. De gashendel staat niet op FAST
(snelle stand).
5. De bougiekabel zit los of is niet
aangesloten.
6. De bougie zit los.
7. De elektrodenafstand is niet juist.
8. De bougie is vuil of beschadigd.
1. De choke is gesloten.
2. Het luchtfilter zit verstopt.
3. De brandstof bevat water of is
verontreinigd.
4. De bougies zijn versleten of er ligt een
laag afzetting op de elektroden.
1. De werkdiepte is te groot.
2. De wielen zijn beschadigd.
1. De werkdiepte is te groot.
2. De grasvanger is vol.
3. Er is geen luchtstroming in de
grasvanger.
1. Er zit bevestigingsmateriaal los.
2. De machine is beschadigd.
1. De maximale werkdiepte is te klein.
2. De messen zijn versleten of
beschadigd.
27
Remedie
1. Zorg dat de hefhendel in de
transportstand staat zodat de rol van
de cultivator de grond nog niet raakt
bij het starten.
2. Brandstoftank met verse brandstof
vullen.
3. Sluit de choke wanneer u een koude
motor start.
4. Zet de gashendel op FAST.
5. Zorg dat de bougiekabel schoon is en
goed aangesloten.
6. Draai de bougie aan indien nodig
en volg daarbij de instructies in de
gebruikershandleiding van de motor.
7. Controleer de elektrodenafstand
en stel indien nodig af volgens de
gebruikershandleiding van de motor.
8. Maak de bougie schoon of vervang
deze.
1. Open de choke.
2. Reinig of vervang het luchtfilter.
3. Tap de brandstof uit de tank en vul
deze met schone brandstof.
4. Controleer de elektrodenafstand en
maak de bougie schoon of vervang
deze.
1. Verklein de maximale werkdiepte en
maak verschillende werkgangen.
2. Neem contact op met een erkende
servicedealer.
1. Verklein de maximale werkdiepte en
maak verschillende werkgangen.
2. Maak de grasvanger leeg.
3. Ledig en reinig de grasvanger.
1. Controleer of alle bevestigingsmateri-
aal vast zit; aandraaien indien nodig.
2. Neem contact op met uw erkende
servicedealer i.v.m. reparatie.
1. Maak de maximale werkdiepte groter.
2. Neem contact op met een erkende
servicedealer i.v.m. vervanging.
Advertenties
Inhoudsopgave
