Figuur 37
1. Lippen van vergrendeling
2. Open het deksel.
3. Verwijder het luchtfilter (Figuur 38).
Figuur 38
4. Als het luchtfilter is beschadigd of nat is van olie of
brandstof, moet u het filter vervangen.
5. Als het luchtfilter vuil is, klop er dan een paar keer
mee op een harde ondergrond of blaas met perslucht
onder een druk van minder dan 2,07 bar door de
zijde van het filter dat naar de motor is gericht.
Opmerking: Borstel het vuil niet uit het filter, als u
borstelt wordt het vuil in de vezels geduwd.
6. Verwijder vuil van de luchtfilterbehuizing en het
deksel met een vochtige doek. Veeg geen vuil in
de luchtgang.
7. Plaats het filter op de juiste plaats.
8. Sluit het deksel.
Motorolie verversen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 5 bedrijfsuren
Jaarlijks
Ververs de motorolie na de eerste 5 bedrijfsuren;
daarna moet dit elk jaar gebeuren.
Voordat u de olie ververst, moet u de motor enkele
minuten laten lopen zodat de olie warm wordt. Warme
olie stroomt beter en voert vervuilingen beter mee.
1. Voer de voorbereidingen voor het onderhoud uit, zie
Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden.
2. Draai de brandstofklep op de stand Uit om te
voorkomen dat brandstof lekt.
3. Verwijder de peilstok (Figuur 39).
4. Kantel de machine op de zijkant (met het luchtfilter
naar boven) om de oude olie via de vulbuis weg te
laten lopen (Figuur 40).
5. Giet langzaam olie in de vulbuis en controleer
het peil periodiek met behulp van de peilstok zoals
wordt getoond in Figuur 41 totdat u op de peilstok
kunt aflezen dat het carter is gevuld. Niet te vol
vullen. (Maximale vulhoeveelheid: 0,55 l, type:
SAE 30 reinigingsolie, met onderhoudsclassificatie
, SH, SJ, SL van het American Petroleum Institute
[API] of hoger.)
Opmerking: Telkens als u het oliepeil controleert,
dient u de peilstok te verwijderen en schoon te
wrijven. Vervolgens brengt u de peilstok in de
olievulnek (de peilstok er niet inschroeven) en trekt
u de peilstok er weer uit om het peil te controleren
(Figuur 41).
Opmerking: Als u te veel olie in de motor hebt
gedaan, moet u dit er uit gieten.
18
Figuur 39
Figuur 40