MD780 GASDETECTIE
INSTALLATIEHANDLEIDING
6 ONDERHOUDSINSTRUCTIES
6 .1 ONDERHOUDSINSTRUCTIES GASDETECTOR
6 .1 .1 ONDERHOUD VAN DE EXPLOSIE VASTE GASDETECTOR
De explosie vaste behuizing bestaat uit twee onderdelen (sokkel en deksel). Het deksel bevat een explosie vaste filter. In lokalen
met een hoge vervuilingsgraad kan deze filter vervuilen. Het reinigen van de filter kan ofwel gebeuren met behulp van een
ontvettende vloeistof ofwel met perslucht. Zorg ervoor dat de perslucht via de binnenzijde van het deksel op de filter aangebracht
wordt. De interne actieve koolstoffilter wordt periodiek vervangen.
6 .1 .2 ONDERHOUD VAN DE NIET-EXPLOSIEVASTE GASDETECTOR
De niet-explosie vaste behuizing bestaat eveneens uit twee onderdelen (sokkel en detector). De behuizing op zich is onderhoudsvrij,
doch de sensor die zich in het detectorgedeelte bevindt, is onderhevig aan vervuiling en de interne actieve koolstoffilter dient
periodiek te worden vervangen. Stof en externe verontreiniging die de indringing van de omgevingslucht kunnen verhinderen,
dienen regelmatig verwijderd te worden.
6 .1 .3 ONDERHOUD VAN DE SENSOR
De sensor is uitgerust met een afscherming. Deze afscherming bezit uiterst kleine openingen en kan door vervuiling aangetast
worden. Een vervuiling van de sensor zal zich manifesteren onder de vorm van een verminderde gevoeligheid ten opzichte van
het gedetecteerde gas. De reactiesnelheid en de gevoeligheid van de sensor wordt getest met een gekalibreerd gas. De sensoren
kunnen niet worden gereinigd. De gasdetector dient op de voorgeschreven wijze te worden vervangen en bezit een normale
levensduur van 5 jaar (afwijking < 5% - zie tevens technische kenmerken).
Het detecteren van hoge gasconcentraties is voor de ingebouwde gassensor een destructief proces. Bijgevolg wordt het her-
kalibreren van de gasdetector na een effectieve detectie van gas sterk aanbevolen.
Het her-kalibreren van een gasdetector kan enkel door de constructeur van het toestel worden uitgevoerd .
6 .1 .4 VERVANGEN VAN DE GASDETECTOR
1. Plaats de overeenstemmende zone uit dienst door middel van het display.
2. Plaats de centrale spanningsloos.
3. Verwijder de oude gasdetector en plaats de nieuwe melder.
4. Plaats de centrale terug onder spanning.
5. Voer een reset uit van de kalibratie van deze zone. Dit kan uitgevoerd worden door in het menu technieker de keuze te
maken voor "sensor kalibratie". Vervolgens wordt de desbetreffende zone geselecteerd. Door het drukken op "Reset Cal"
wordt de kalibratie terug naar fabrieksinstellingen gezet.
Aandacht:
Een reset van de kalibratie zal alleen mogelijk zijn in geval dat deze sensor in het verleden een
software her-kalibratie mee gemaakt heeft op de centrale via het menu " Sensor Kalibratie" .
6. Plaats de zone terug in dienst.
7. Iedere gasdetector wordt voor verzending gekalibreerd. De kalibratie kan gedurende de in bedrijf name van de gas-
en CO-detectiecentrale gecontroleerd worden. De MD780 gasdetector voor methaan en de LIM/IR-I/M wordt met een
mengsel van ±50% LFL methaan (2,5% methaan en 97,5% lucht) getest. De MD780 gasdetector voor propaan wordt met
een mengsel ±50% LFL propaan (1,1% propaan en 98,9% lucht) getest. De MD780 gasdetector voor butaan wordt met
een mengsel van ±50% LFL butaan (0.9% butaan en 99,1% lucht) getest.
De gasdetector mag onder geen enkel beding met aanstekergas getest worden . Testen met aanstekergas heeft
een onherstelbare beschadiging van de sensor tot gevolg .
6 .1 .5 VERVANGEN VAN DE ACTIEVE KOOLSTOFFILTER
Elke explosie vaste en niet explosie vaste detectorbehuizing bevat een actieve koolstoffilter. Deze filter verwijdert een deel van de
stoffen die de gassensor nadelig kunnen beïnvloeden. De actieve koolstoffilter kan slechts een beperkte hoeveelheid schadelijke
bestanddelen absorberen. Het vervangen van de filter tijdens het jaarlijks onderhoud van de gas- & CO-detectiecentrale is bijgevolg
noodzakelijk.
- Infrastructure Safety
8
T +32 ( 0 ) 56 65 06 60 - www.limotec.be - BE 0425.267.497
078000-HI-V01-NL
3/07/2023
Limotec bv
Bosstraat 21, B-8570 Vichte