3. Plaatsen van het toestel
3.1 Plaatsing van het toestel
Dit toestel is alleen bedoeld voor buitenshuis gebruik en voor gebruik in goed geventileerde ruimtes, dus NIET
BINNEN IN HUIS gebruiken! (zie figuren 1, 2, 3). Wanneer de lokale regels het toelaten, zijn er geen
veiligheidsbeperkingen
ventilatieomstandigheden vergelijkbaar zijn met gebruik buiten (bijv. grote beurshallen of overdekte
winkelstraten). Voordat u dit toestel daar installeert moet u wel eerst contact opnemen met de lokale
autoriteiten om dit te controleren en toestemming te verkrijgen. Gebruik dit toestel NOOIT in kleine ruimten en
zeker nooit in slaapkamers of woonkamers of andere ruimten binnenshuis. Het toestel is hiervoor niet
ontworpen en niet gekeurd. Plaatsing binnenshuis kan gevaarlijk zijn.
3.2 Veilige afstand tot ontvlambare of brandbare materialen
Dit toestel produceert warmte door straling en door verbrandingsgassen. Het is belangrijk om de volgende
afstanden tussen het toestel en brandbare materiaal in acht te nemen om brandgevaar te voorkomen. Gebruik
dit toestel niet wanneer de afstand naar brandbaar materiaal kleiner is of verplaats het toestel. (zie ook figuren
5 en 6).
Afstand tot brandbare materialen (zie figuren 5 en 6)
A: Boven het toestel tot het plafond, parasoldoek, uitvalschermen
B: Achter het toestel
C: Opzij van het toestel tot wanden, schermen, muren
D: Voor het toestel in het verwarmingsbereik van de brander
De minimale afstand tot niet-brandbare materialen hangt mede af van de locatie. Controleer dat er voldoende
ruimte is om de verbrandingsgassen weg te ventileren. Wanneer dit niet het geval is, zal dit de verbranding en
de functie van het toestel beïnvloeden. Op plaatsen waar de verbrandingsgassen gemakkelijk weg
geventileerd kunnen worden, adviseren wij een afstand van minimaal 30 cm tot het plafond. Let op: sommige
niet-brandbare materialen kunnen wel verkleuren wanneer deze te heet worden!
3.3 Weersomstandigheden
Dit toestel is gemaakt van duurzame materialen. Incidenteel een onverwachtse regenbui zal niet direct de
levensduur van dit toestel verkorten (zolang de branderstenen maar droog blijven) maar probeer het toestel
wel te beschermen tegen vocht en regen. Even een plastic zak over de kop van het koude (!!) toestel trekken
bij een onverwachtse bui is een goede oplossing. Het toestel is niet geschikt om permanent buiten te staan.
En zeker niet om buiten te overwinteren.
Dit toestel zal niet optimaal werken bij sterke wind of tocht. De wind maakt het moeilijk om de branders te
ontsteken en/of het koelt de beveiliging af waardoor de gastoevoer naar de branders wordt onderbroken. We
adviseren daarom het toestel niet te gebruiken bij windsnelheden boven 3m/s (3 Beaufort) of zorg dan dat het
toestel uit de wind staat.
Wanneer er harde wind verwacht wordt, gebruik dan de toestellen niet en zet ze weg op een veilige plaats.
Bedank dat windstoten het toestel mogelijk kan omblazen. (zie figuur 4)
3.4 Batterij vonkontsteker
Voordat het toestel in gebruik genomen kan worden, moet de batterij van de vonkontsteker nog geplaatst
worden. Schroef de drukknop van de ontsteker aan de achterzijde van het toestel los. Plaats een 1,5V AA-
batterij met de plus kant naar voren in de ontsteker en schroef de drukknop weer op zijn plaats. Druk de knop
in om te controleren of de vonkontsteker het doet. Wanneer deze het niet doet, draai dan de batterij om.
Versie: juni 2021
om
dit
toestel
te
gebruiken
in
grote
5
binnenruimten
waar
BS-9
>60 cm
>6 cm
>50 cm
>130 cm
manual nummer: 0009 2010 NL
ruimte
en