Installatie- en gebruikershandleiding
Tellerstanden
Benaming
Tellerstand ingang 1
Tellerstand ingang 2
Tellerstand ingang 3
Instellingen voor ingangen
Benaming
INP1DIV
INP2DIV
sswEnc
sswPin2
Instellingen voor alarmmeldingen en waarschuwingen
Benaming
Alarm INP2 – INP1
sswInpDiff
Instellingen voor puls uitgangen
Benaming
OUT1_div
OUT2_div
SSW_ pulsout1
SSW_ pulsout2
SSW_Alarm
mask 1
SSW_Alarm
mask 2
Verbruiksgegevens
Benaming
Eenheid
Spanning
mV
LOGGER
hour counter
h
LOGGER
Eenheid
OBIS
3
m
1:23.0.0
3
m
2:23.0.0
3
m
3:23.0.0
Eenheid
OBIS
3
pulse/m
1:0.7.2
3
pulse/m
2:0.7.2
-
C.93.40
-
C.93.41
Eenheid
OBIS
m3
C.92.9
-
C.93.39
Eenheid
OBIS
3
pulse/m
C.94.1
3
pulse/m
C.94.2
-
C.93.2
-
C.93.3
-
C.93.42
-
C.93.43
OBIS
C.90.6
C.6.0
DDN5005GHNL/10-2022/rev.B3
Beveiligingsniveau
Omschrijving
SW2
Tellerstand voor ingang 1
SW2
Tellerstand voor ingang 2
SW2
Tellerstand voor ingang 3 Encoder
Beveiligingsniveau
SW2
SW2
Wachtwoord 2a
Wachtwoord 2a
Beveiligingsniveau
Wachtwoord 2a
Wachtwoord 2a
Beveiligingsniveau
SW2
SW2
Wachtwoord 2a
Wachtwoord 2a
Wachtwoord 2a
Wachtwoord 2a
Beveiligingsniveau
UNICOM 300 N531
Omschrijving
Deelfactor puls ingang 1
Deelfactor puls ingang 2
Activeren van Encoder ingang
Instellen van ingang 2
Omschrijving
Alarm voor volumeverschil tussen
ingestelde kanalen d.m.v.
sswInpDiff'. Indien = 0 is de functie
voor volumeverschil uitgeschakeld
Kanalen voor bepalen volume
verschil
Omschrijving
Deelfactor puls uitgang 1
Deelfactor puls uitgang 2
Keuzeschakelaar voor puls uitgang 1
Op het moment van het ontstaan van
een Alarm1 wordt een impuls van
0,1s afgegeven. Blijft het statusbit
vervolgens actief dan wordt iedere 5
minuten een impuls van 0,1
afgegeven
Keuzeschakelaar voor
puls uitgang 2 (Zie ook C.93.2)
Bitmaskering voor doorgifte fout bij
statusregisters 7.1, 7.2 en 7.3 aan
alarmuitgang 1
Bitmaskering voor doorgifte fout bij
statusregisters 7.1, 7.2 en 7.3 aan
alarmuitgang 1
Omschrijving
Spanning van de UNICOM 300
Aantal uren in bedrijf
28