10. PROBLEEMOPLOSSING
LET OP!
● Voordat u onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitvoert, moet het toestel worden los-
gekoppeld van de voedingsbron en moet de voedingsspanning worden vergrendeld; servi-
ceschakelaar in stand 0 (uit).
● Begin geen reparaties als u niet zeker bent van de exacte procedure of deze procedure niet
kent; neem contact op met een gespecialiseerde servicedienst!!!
TECHNISCHE GEGEVENS
Een defect wordt doorgaans aangegeven door een melding op het display; zie onderstaande
tabel.
Foutnr.:
Mogelijk probleem:
Hoe te handelen/wat te controleren:
Controleer de toevoerkanalen visueel op verstoppingen (alle afsluitkleppen, recirculatiekamer, brandkleppen, enz.)
1
Controleer of de ventilator elektrisch gevoed wordt (controleer alle ventilatorzekeringen en meet de voedingsspanning van de
2
ventilator)
Controleer of de ventilator naar behoren en volgens het bedradingsschema is aangesloten.
a. Monitoring van de ventilator via de uitgang van de toerenteller: controleer of de toerentelleruitgang naar behoren
verbonden is met de printplaat
3
(toevoerventilator: module A – aansluitklem 40)
b. Monitoring van de ventilator via het thermisch contact: controleer of het thermisch contact naar behoren verbonden is
met de printplaat
(toevoerventilator: module A – aansluitklemmen 40-41)
Controleer of de ventilator naar behoren en volgens het bedradingsschema is aangesloten
4
Toevoerventilator: module A – aansluitklemmen 41-42
Test in servicemenu 1616 / 18-HW het openen van de afsluitkleppen, stel 50% in voor de toevoerventilator en meet vervolgens
5
het gelijkspanningssignaal tussen aansluitklem 41 en 42 (toevoerventilator) en controleer de gemeten luchtstroming in het
HW-testscherm
Toestellen met comfortregeling: controleer de leidingaansluiting van de stromingsalarmsensor; als het toestel niet
6
minstens 5 Pa detecteert aan de overdrukzijde van de toevoerventilator, wordt de foutmelding weergegeven
Als alle stappen zijn uitgevoerd en de ventilator nog steeds niet werkt, moet deze worden vervangen
7
Foutnr.:
Mogelijk probleem:
Hoe te handelen/wat te controleren:
Controleer de afvoerkanalen visueel op verstoppingen (alle afsluitkleppen, recirculatiekamer, brandkleppen, enz.)
1
Controleer of de ventilator elektrisch gevoed wordt (controleer alle ventilatorzekeringen en meet de voedingsspanning van de
2
ventilator)
Controleer of de ventilator naar behoren en volgens het bedradingsschema is aangesloten
a. Monitoring van de ventilator via de uitgang van de toerenteller: controleer of de toerentelleruitgang naar behoren
verbonden is met de printplaat
3
(afvoerventilator: module A – aansluitklem 33)
b. Monitoring van de ventilator via het thermisch contact: controleer of het thermisch contact naar behoren verbonden is
met de printplaat
(afvoerventilator: module A – aansluitklemmen 32-33)
Controleer of de ventilator naar behoren en volgens het bedradingsschema is aangesloten
4
Afvoerventilator: module A – aansluitklemmen 31-32
In servicemenu 1616 / 18-HW test opent u de sluitkleppen en stelt u 50% in op de afvoerventilator, dan meet u het gelijkspan-
5
ningssignaal tussen klemmen 31 en 32 (afvoerventilator) en controleert u de gemeten luchtstroom op het HW-testscherm.
21
21
ver.1 09-03-23
04
Beschrijving:
Oververhitte ventilator of defect in thermisch contact van toevoerventilator
05
Beschrijving:
Oververhitte ventilator of defect in thermisch contact van afvoerventilator
2VV. Creating innovative solutions for you and your business since 1995.
2VV. Creating innovative solutions for you and your business since 1995.
Fout in toevoerventilator
Fout in afvoerventilator