De VAIO-computer gebruiken >
n
28
N
De VAIO-computer gebruiken
In dit deel wordt beschreven hoe u optimaal kunt gebruikmaken van alle mogelijkheden van de VAIO-computer.
❑ Het toetsenbord gebruiken
(pagina 29)
❑ Het touchpad gebruiken
(pagina 31)
❑ De schakelfunctie gebruiken
(pagina 32)
❑ De ingebouwde camera gebruiken
(pagina 33)
❑ Het optische station gebruiken
(pagina 34)
❑ Een Memory Stick gebruiken
(pagina 41)
❑ Andere modules/geheugenkaarten gebruiken
(pagina 46)
❑ Het internet gebruiken
(pagina 52)
❑ Het netwerk (LAN) gebruiken
(pagina 54)
❑ Draadloos LAN gebruiken
(pagina 56)
❑ De Bluetooth-functie gebruiken
(pagina 63)
❑ Vingerafdrukverificatie gebruiken
(pagina 68)
❑ De TPM gebruiken
(pagina 75)