Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Servo-Inbouw; Servouitslag / Servohevel; Inbouw Van De Servostuurstangen; Capaciteit / Bedrijfstijd Van De Ontvangeraccu - ROBBE-Futaba FC-16 Boat'n Truck Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor FC-16 Boat'n Truck:
Inhoudsopgave

Advertenties

26.4 SERVO-INBOUW

Voor het bevestigen van de servo`s in ieder geval de bijgeslo-
ten rubberen tules en messing holnieten gebruiken. Bij het vast-
schroeven van de servo`s erop letten, dat de schroeven slechts
zo strak worden aangedraaid , dat de messing nieten niet worden
plat gedrukt. De trillingsdempende functie van de rubberen tules
gaat anders verloren.
De volgende afbeelding toont de servomontage
Deel A : montage op een houten plankje. Deel B: montage op een
kunststof of aluminium plaat.
1
2
3
4
5
1 Houtschroef
2 Ringetje
3 Rubberen tule
4 Holniet
5 Hout
Bij automodellen wordt de servo in de daarvoor bestemde uit-
sparingen in de inbouwplaat ingebouwd. Bij scheepsmodellen
worden robbe-servosnelbevestigingen gebruikt. Besteed veel
aandacht aan de montage van de servo`s omdat servo`s gevoelig
op trillingen reageren.

26.5 SERVOUITSLAG / SERVOHEVEL

Elke servo moet over de gehele uitslag vrij kunnen bewegen, zon-
der mechanische begrenzing door een stuurstang of een roer. Dit
geldt in het bijzonder voor de aansturing van de carburateur. De
posities "volgas" en "stationair" moeten door de stuurknuppelposi-
ties en niet door de mechanische begrenzing van de carburateur
bepaald worden. Anders wordt de servomotor bijna voortdurend
volledig belast en verbruikt dan buitengewoon veel stroom.
FC-16 Boat `n Truck
1
2
3
4
5
6
1 Moer
2 Ringetje
3 Rubberen tule
4 Holniet
5 Aluminium plaat
6 Schroef
Voor robbe servo´s zijn verschillende servohevels leverbaar. Zie
de afbeelding hiernaast. Tevens is de verandering van de positie
per tandkrans-segment zichtbaar gemaakt.
Servo`s met een tandkrans-hevel maken het mogelijk de servo-neu-
traalstand mechanisch in te stellen. Men kan deze instellen, door
eerst de bevestigingsschroef los te maken en vervolgens de hevel
los te nemen. In de gewenste neutraalstand wordt de hevel weer
vastgedrukt en met de schroef bevestigd. In de onderstaande af-
beelding is een servo met aangesloten stuurstangen weergegeven.

26.6 INBOUW VAN DE SERVOSTUURSTANGEN.

In principe moet de inbouw van de stuurstangen zo plaatsvinden,
dat ze buitengewoon licht lopen. Anders wordt er teveel stroom
verbruikt, waardoor de bedrijfstijd aanzienlijk afneemt. Bovendien
wordt de precisie van de stand van de roeren beduidend slechter.
Dit heeft een negatief effect op het rij- of vaargedrag.
26.7 CAPACITEIT / BEDRIJFSTIJD VAN DE ONTVANGE-
RACCU
Voor alle stroombronnen geldt: Bij lage temperaturen neemt
de capaciteit sterk af. D.w.z.; dat de bedrijfstijd bij lage tem-
peraturen aanzienlijk korter wordt.
De bedrijfstijd is sterk afhankelijk van het aantal aangesloten
servo's , hoe licht de stuurstangen lopen en hoe vaak er een
stuurbeweging gemaakt wordt. Een standaard servo neemt bij
een lopende motor tussen 150 mA en 600 mA op en bij een stil-
staande motor ca. 8 mA. Superservo's of sterke digitale servo's
gebruiken bij volle stelkracht wel tot 1300 mA piekstroom.
Gebruik altijd een accu waarvan de capaciteit overeenkomt
met het stroomverbruik van de servo's.
Let erop dat de stuurstangen licht lopen, en dat de servo's in hun
uitslag niet mechanisch begrensd worden. Een servo die mecha-
nisch begrensd wordt neemt de maximale stroom op en kan op
de duur defect gaan.
Als bij een ontvangstinstallatie de servo's merkbaar langzamer
gaan lopen, wil dit zeggen dat de accu bijna ontladen is. Het stu-
ren moet dan gestopt worden en de accu geladen worden.
Het is aan te bevelen om tijdens gebruik een accucontroller toe te
passen die de nodige informatie over laadtoestand van de accu
verschaft.
19
bestelnr.
40 MHz
nr. F4044
Stuurstangen
Servohevel schroef

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

F4044

Inhoudsopgave