18
VERBINDINGSMIXER (VMX 1-2)
Een bediening van de stuurknuppel
werkt normaal alleen op de servo die
op dat kanaal is aangesloten. Moet de
stuurgever ook op een andere servo
werken, dan spreken we van mixen.
Elektronisch wordt er een aandeel van
een stuurgever op een andere stuur-
gever overgebracht. De uitslag en de
richting van het aandeel zijn instelbaar
De software van de FC-16 beschikt over twee V-mixers met een
dummy-functie. Hiermee kunnen twee willekeurige stuurfuncties
met elkaar gemixt worden. De mixfunctie kan tijdens het gebruik
met een externe schakelaar aan en uitgezet worden. Ook kan
met een externe regelaar de werking beïnvloed worden. Boven-
dien kan de werking van de trim bepaald worden. De instelling en
de bediening is voor beide mixers hetzelfde. Alleen moeten de
mixerschakelaar en de regelaar op een andere stekkerbus op de
printplaat aangesloten worden. (zie hfdst 25)
Het mixen gaat van de ene stuurgever (master) naar een andere
stuurgever (slave)
Navigeer naar het instelmenu van de
V-mix 1. De mixer door lang indrukken
van de "+"toets inschakelen (on).
Met de cursor toets verder door het
menu bladeren, tot "VMIX 1" ver-
schijnt. De mixwaarde (%) voor stuur-
functie 1 kan nu ingesteld worden.
Door de cursor toets weer in te druk-
ken komt men bij de "MAS" instelling,
waar het master stuurgeverkanaal (1
tot 8) ingesteld kan worden.
Door weer op de cursortoets te druk-
ken komt men nu bij de "SLV"instelling,
waar het slave stuurkanaal (1 tot 8) in-
gesteld kan worden.
FC-16 Boat `n Truck
19
Deze optie is voor alle roerfuncties (rol-, richting- en hoogteroer)
beschikbaar.
De exponentiële curve kan in beide richtingen veranderd
worden:
• Een positief voorteken- sterke stuurknuppelinvloed rondom
• Een negatief voorteken- geringe stuurknuppelinvloed rondom
• In beide gevallen blijft de totale uitslag hetzelfde.
• De rechte lijn stelt het normale lineaire verloop voor van de
het menu om de expo-functie in te stellen, b.v. voor de rolroer-
functie.
Bij de instelling die als volgt gedaan moet worden, is als voor-
beeld een rolroerfunctie gekozen.
• Met de "cursor '-toets wordt bepaald voor welk kanaal (1 tot
• Met de "+ "of "- "toets kan de exponentiele instelling als een
Het instelbereik van de exponentiele functie ligt tussen -100% en
+100%. De voorinstelling voor al de roeren bedraagt 0%.
Let op:
De expo vermindert de trimwerking, dus max. 50% expo instellen.
14
Nu moet nog de schakelaar, waarmee
de functie in- en uitgeschakeld kan
worden, ingesteld worden.
EXPONENTIEEL FUNCTIE (EXPO)
curve 1
curve 2
stuurknuppeluitslag
de neutrale stand, naar het einde (volle uitslag) afnemende
invloed (curve 1).
de neutrale stand, toenemend naar het einde dat is volle knup-
peluitslag (curve 2) .
stuurknuppeluitslag. (instelwaarde 0%)
Na het activeren van de program-
meermode moet deze functie met
de mode-toets gekozen worden. Be-
dien de cursor toets zovaak, totdat
het kanaal getoond wordt, waarvoor
een "EXPO"-functie geprogrammeerd
moet worden. Dan verschijnt de hier-
naast staande displayaanduiding van
4) een exponentiële functie geprogrammeerd moet worden.
Het betreffende kanaalnummer wordt in het linkerdeel van het
display getoond.
positieve of negatieve %-waarde geprogrammeerd worden. De
ingestelde waarde wordt in %-waarde in het display weergege-
ven.
bestelnr.
40 MHz
nr. F4044
De "EXPO"-functie beïn-
vloedt de karakteristiek
van de stuurknuppels,
het lineaire verband tus-
sen de stuurknuppeluit-
slag en de servouitslag
wordt in een niet-lineaire
(exponentiele) uitslag
veranderd. Dit maakt
een fijngevoelig sturen
rondom de neutrale posi-
tie mogelijk.