VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Elk door een motor aangedreven werktuig kan een bron van gevaar
worden bij onjuist gebruik of slecht onderhoud.
De veiligheidsvoorschriften in deze handleiding vallen in twee
categorieën:
In de wind slaan van de betreffende instructie kan lichamelijk
letsel en zelfs levensgevaar opleveren.
VOORZICHTIG:
• In de wind slaan van de betreffende instructie kan lichamelijk letsel of
schade aan het apparaat tot gevolg hebben.
NB: Nuttige informatie
Dit symbool maant u tot voorzichtigheid bij het
uitvoeren van bepaalde werkzaamheden. Zie de
veiligheidsvoorschriften in de volgende bladzijden
VEILIGHEID
op de in het vierkant aangeduide punten.
TRAINING
A1. Lees deze handleiding aandachtig. Maak u vertrouwd met
bediening en gebruik van de bosmaaier. U moet te allen tijde
de motor onmiddellijk kunnen uitschakelen.
A2. Gebruik de bosmaaier alleen voor het doel waarvoor hij
ontworpen is, d.w.z.:
- Met het flexibel snijgereedschap maaien van gras langs
borders, beplantingen, muren, afrasteringen of kleine gazons
en voor het afwerken van gazons na het gebruik van een
gazonmaaier.
- Voor het maaien van hoog onkruid en kreupelhout met het
vast snijgereedschap (3-bladsmes).
- Alle andere toepassingen kunnen gevaarlijk zijn of schade
veroorzaken aan de machine.
A3. Indien kinderen de bosmaaier willen gebruiken, moeten ook zij
deze handleiding hebben gelezen en met het gebruik van de
machine vertrouwd zijn. In bepaalde landen is het werken met
tuinmachines onder een bepaalde leeftijd verboden.
A4. Gebruik de bosmaaier niet:
- Wanneer er andere mensen, vooral kinderen, of huisdieren in
de buurt zijn. Houd een veilige afstand van ten minste
15 meter tussen de machine en andere personen in de
nabijheid aan. De bosmaaier mag door slechts één persoon
tegelijk gebruikt worden.
- Gebruik de machine nooit wanneer u vermoeid of ziek bent of
na het gebruik van medicijnen, verdovende middelen, alcohol
of andere stoffen die de concentratie en reactiesnelheid
kunnen beïnvloeden.
- De machine nooit gebruiken wanneer er risico van ongunstig
weer bestaat, zoals bliksem. Bij storm, de activiteit stoppen.
- Controleer bij gebruik van een flexibel snijgereedschap of
de beschermkap en het draadmes op de juiste manier zijn
gemonteerd om van een juiste draadlengte verzekerd te zijn.
- Wanneer de beveiligingen als de gereedschapsbeschermer
niet gemonteerd of beschadigd is.
A5. Probeer nooit wijzigingen aan de bosmaaier aan te brengen.
Dit kan een ongeval of schade aan de bosmaaiers tot gevolg
hebben. Aanpassingen aan de motor maken de
EU-typegoedkeuring voor de motor ongeldig.
• Sluit geen verlengstuk op de uitlaat aan.
• Breng geen aanpassingen aan het inlaatsysteem aan.
A6. Bedenk dat de eigenaar of gebruiker aansprakelijk is voor letsel
en schade aan derden.
A7. De bosmaaier heeft veiligheidsvoorzieningen die niet
mogen worden gewijzigd of verwijderd. Als u dit toch
doet, wordt de garantie mogelijk ongeldig en vervalt elke
aansprakelijkheid van de fabrikant. Controleer altijd of de
veiligheidsvoorzieningen werken alvorens de machine te
gebruiken.
2 NL
VOORBEREIDINGEN
B1. Draag tijdens het maaien stevige veiligheidsschoenen met
antislipzool en een lange broek. Maai nooit blootsvoets en
draag geen open schoeisel tijdens het maaien.
Vermijd het dragen van kettingen en armbanden en van
wijdvallende kleding met losse delen, veters, sjaals of
stropdassen. Lang haar moet worden samengebonden. Draag
altijd gehoorbescherming.
B2. Inspecteer het terrein zorgvuldig en verwijder alle voorwerpen
die door de machine weggeslingerd kunnen worden (stenen,
stukken hout, stukken ijzerdraad, botten e.d.).
B3. WAARSCHUWING: GEVAAR!
Benzine is uiterst brandgevaarlijk.
- Bewaar benzine in de geëigende jerrycans.
- Vul de machine uitsluitend bij in de buitenlucht en bij
uitgeschakelde motor. Niet roken tijdens het bijvullen.
- Neem nooit de dop van de benzinetank en vul nooit benzine
bij bij draaiende of hete motor.
- Bij gemorste benzine: Machine niet starten en zolang elders
neerleggen. Niet roken, geen vuur maken. Wacht tot alle
benzine verdampt is en de reuk is vervlogen.
- Draai de dop na vullen stevig op de benzinetank én de
jerrycan.
B4. Vervang de uitlaatgeluiddemper wanneer deze defect is.
B5. Controleer de bosmaaier altijd voorafgaande aan het gebruik;
controleer met name de opzetstukken, het snijgereedschap, de
beplating en bevestigingsbouten en -moeren om u er van te
vergewissen dat deze noch versleten, noch beschadigd, noch
losgetrild zijn.
Controleer altijd de goede werking van de gashendel en de
STOP-knop.
Zorg dat de machine zich in perfecte staat bevindt voor een
veilige werking:
- Geen veranderingen aanbrengen aan de bedienings- en
veiligheidsinrichtingen.
- De dichtheid van het brandstofsysteem controleren.
- De dichtheid van het contact van de ontstekingskabel op
de bougie controleren. Bij een los contact kunnen vonken
optreden, wat aanleiding kan geven tot brand.
- Ervoor zorgen dat de handgrepen schoon en droog zijn, vrij
van olie en andere verontreinigingen.
B6. Controleer of de handgrepen en de draagstel-oog zich in de
juiste stand bevinden en of de machine goed uitgebalanceerd
is. De stand van de handgrepen en de draagstel-oog zijn
toegelicht in het hoofdstuk «Voorbereidingen en controles
voorafgaande aan het gebruik».
B7. Kijk of het stationaire toerental goed is ingesteld: het loslaten
van de gashendel moet de machine tot stilstand brengen.
B8. Breng op snijgereedschap van het mestype altijd de
transportkap aan wanneer u het maaimes demonteert of
monteert.
- Draai de STOP-schakelaar in de stand STOP en neem de kap
van de bougie.
- Draag bij deze werkzaamheden stevige handschoenen.
B9. Start de machine en draai het gas open tot het
maximumtoerental. Laat het gas los en controleer of maaier
stopt en stationair draait. Als de maaier bij stationair toerental
draait, controleer dan de stationairafstelling van de carburateur.