Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Lokaliseren Met C.a.t4; Alleen Ec.a.t4- En Gc.a.t4-Modellen - Radiodetection C.A.T4 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

WE R K E N M ET D E OPTI ON E LE Z E N DTAN G
Met behulp van een optionele zendtang wordt een
Genny4 signaal veilig overgebracht op een leiding
of (stroomvoerende) kabel met een diameter tot
215 mm, zonder het netwerk daarvoor buiten werking
te hoeven stellen. Zendtangen zijn niet geschikt
voor omsluiting van lantaarnpalen.
Sluit de zendtang aan op de accessoire-aansluiting van de Genny4.
Klem de zendtang om de leiding of kabel en zorg ervoor dat de tang
goed sluit. Zet de Genny4 aan. Open en sluit de klem. Als de klem goed
sluit verandert de toonhoogte.
Aarden van de Genny4 is niet nodig,
maar de signaaloverdracht is alleen
efficiënt als de geleider aan beide
zijden geaard is. Bij stroomkabels is
dit meestal het geval.
Gebruik de C.A.T4 om het gebied
te scannen op de doelleidingen of
kabels (zie 'Opsporen met C.A.T4').
I N D U CTI E
Inductie is een eenvoudige en snelle manier om het Genny4-signaal
over te brengen op een leiding of kabel als direct aankoppelen of het
gebruik van een zendtang niet mogelijk is.
Plaats de Genny4 direct boven en evenwijdig aan de vermoedelijke
loop van de geleider. Begin met traceren op tenminste 10 passen
afstand en gebruik de C.A.T. om te scannen op leidingen en kabels
(zie 'Lokaliseren met C.A.T4'). Wordt er met de C.A.T4 te dicht in de
buurt van de Genny4 gewerkt, dan vangt de C.A.T4 meer zendsignaal
rechtstreeks van de Genny4 op dan via de geleider, met als gevolg
foutieve lokaliseerinformatie. Voor de beste resultaten herhaalt u
de scan met de Genny 90˚gedraaid ten opzichte van de eerste
scanpositie.
54

Lokaliseren met C.A.T4

C.A.T E N G E N NY FU N CTI ETE ST
Radiodetection adviseert u dagelijks de C.A.T4 en Genny4 te
testen voor het gebruik.
Leg de Genny op de grond, schakel deze in en controleer
op een hoorbaar geluid. Indien u geen geluid hoort of het
waarschuwingslampje voor laag batterijniveau knippert, dient u de
batterijen voor gebruik te vervangen.
Schakel de C.A.T in door de schakelaar ingedrukt te houden,
controleer op een aanvankelijke 'piep'-toon. Een lage toon wijst op
bijna lege batterijen. Als u geen geluid hoort, dient u de batterijen
te vervangen voor gebruik.
Draai de C.A.T functieschakelaar en controleer of de juiste letter
wordt weergegeven in iedere positie van de schakelaar.
Zet de C.A.T op Genny stand op maximale gevoeligheid, houd deze
naast de Genny, met het vlakste gedeelte van de behuizing parallel
aan de grond en controleer of de C.A.T de Genny tot op 15 m
afstand kan detecteren met een duidelijk hoorbaar geluid.
B E D I E N I N G VAN D E C.A.T
Pak het handvat vast. Houd de schakelaar ingedrukt totdat u de pieptoon
hoort welke aangeeft dat de batterijstatus OK is. Vervang beide batterijen
indien er geen pieptoon hoorbaar is of als het icoontje knippert.

Alleen eC.A.T4- en gC.A.T4-modellen

eC.A.T4 en gC.A.T4 apparatuur voert een zelf test uit bij het
opstarten om fouten op te sporen. Indien er een fout gevonden wordt
zal in het display
komen te staan en een audio toon klinken.
Let op: Het interne Data log systeem zal niet goed werken
zodra de melding
getoond is. Stuur de apparatuur zsm
in voor service.
Indien nodig kunnen de eC.A.T4 en gC.A.T4 automatisch worden
uitgeschakeld als er een
Zie de C.A.T. Manager gebruikershandleiding voor meer informatie.
Wanneer er een onderhoud/kalibratie moet plaatsvinden binnen 31
dagen of minder, toont het display 'CAL' bij het opstarten, gevolgd door
het aantal dagen totdat onderhoud/kalibratie moet plaatsvinden.
-waarschuwing gedetecteerd wordt.
55

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Genny4C.a.t4 plusGc.a.t4Gc.a.t4 plus

Inhoudsopgave