12. Veiligheids- en gebruikstips
Voor een veilig en zeker functioneren mag alleen een 9 V alkali-
A
mangaan-batterij (alkaline) type IEC 6LR61 gebruikt worden.
De minimum hoeveelheid waterafgifte voor een veilige schake-
.
functie van de besproeiingscomputer bedraagt 20 - 30 l / u.
Voor de besturing van het Micro-Drip-systeem zijn bijvoorbeeld
minstens 10 stuks 2-liter-druppelaars nodig.
Om bij langere afwezigheid het uitvallen van de besproeiings-
.
computer door een zwakke batterij te voorkomen, moet de batterij
op een bepaald moment vervangen worden. Beslissend hiervoor
is de hoe lang de batterij tot dat moment gebruikt is en de periode
van afwezigheid, die in totaal niet meer mag bedragen dan één jaar.
Het veilig en goed functioneren van de besproeiingscomputer
.
hangt af van het goed functioneren van de batterij. De gebruiks-
duur van ca. 1 jaar wordt alleen bereikt als de nieuwe alkali-
mangaan-batterij een nominale spanning van minstens 9 V heeft.
Laat de batterij voor aankoop testen.
De besproeiingscomputer mag alleen verticaal met de wartelmoer
.
naar boven gemonteerd worden om het binnendringen van water
in het batterijvak te voorkomen.
Programmeer de besproeiingscomputer met gesloten kraan.
.
Zo voorkomt U ongewild nat worden bij het uitproberen van de
handmatige Aan / Uit-functie (man On / Off). Voor het programmeren
kunt U het besturingsgedeelte van de behuizing afnemen.
Het besturingsgedeelte moet tijdens het gebruik op de bespro-
.
eiingscomputer geplaatst zijn.
De besproeiingscomputer alleen buitenshuis gebruiken. Attentie !
.
De besproeiingscomputer mag niet binnenshuis gebruikt worden.
Voor het aanbreken van de vorstperiode moet de besproeiings-
.
computer vorstvrij en droog opgeborgen worden.
De bijgeleverde kap dient als bescherming voor het bedienings-
.
display. Om het bedieningsdisplay tegen weersomstandigheden
te beschermen moet de kap na het invoeren van gegevens omhoog
geklapt worden (afb. B). Plak de bijgevoegde programmeerhulp
aan de binnenkant van de displaykap.
Bij hoge temperaturen (hoger dan 60°C op display) kan het ge-
.
beuren dat het LCD-display uitgaat; dit heeft geen effect op het
programmaverloop. Na afkoeling verschijnt het LCD-display weer.
De temperatuur van het doorstromende water mag max. 40 °C
.
bedragen.
70