Tabel 1: Voorbeelden voor de diagnosefunctie van de veiligheidssensor met conventionele diagnose-uitgang
Toestand van de sensor
I.
Voedingsspan
ning
II.
Bediensleutel
aanwezig
III.
Sensor
bediend in
hystereseberei
k
IV.
Foutwaarschu
wing, sensor
bediend
V.
Fout
VI.
Bediensleutel
aanleren
VII.
Veiligheidstijd
VIII.
Fout in
ingangscircuit
X1 en/of X2
LED's
groen
rood
aan
uit
uit
uit
uit
uit
uit
knippert
uit
knippert
uit
aan
knippert
uit
knippert
uit
(1Hz)
Diagnoseuitg
ang
geel
uit
0 V
aan
24 V
knippert
24 V
(1Hz)
cyclisch
uit
0 V
uit
0 V
knippert
0 V
uit
0 V
uit
0 V
20-24
Veiligheidsui
Opmerking
tgangen
Y1, Y2
0 V
Spanning
aanwezig,
geen evaluatie
van de
kwaliteit van
de spanning
24 V
De gele LED
signaleert
altijd de
aanwezigheid
van een
bediensleutel
in het
detectiebereik.
24 V
De sensor
moet
bijgesteld
worden,
voordat de
afstand groter
wordt en de
veiligheidsuitg
angen
uitgeschakeld
worden,
waardoor de
machine
stilgezet
wordt.
24 V
Na 30 minuten
als de fout niet
verholpen
wordt
0 V
Zie tabel met
impulscodes
0 V
Sensor in
leermodus
0 V
10 minuten
pauze na het
opnieuw
aanleren
0 V
Voorbeeld:
deur geopend,
een deur in
het
veiligheidscirc
uit daarvoor is
ook geopend.