Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie Van Optie Wl2/Wn2 (Buitentoepassingen) - Emerson Smart Wireless 1420 Snelstartgids

Verberg thumbnails Zie ook voor Smart Wireless 1420:
Inhoudsopgave

Advertenties

Maart 2019
4.2 Externe antenne (optioneel)
De opties voor de externe antenne bieden flexibiliteit voor de montage van de
gateway op basis van draadloze verbindingsmogelijkheden, bliksembeveiliging
en gangbare werkpraktijken.
WAARSCHUWING
Houd u bij de installatie van antennes voor montage op afstand voor de Smart Wireless Gateway
altijd aan de vastgestelde veiligheidsprocedures om vallen en aanraking van hoogspanningskabels te
voorkomen.
Installeer de onderdelen van de op afstand gemonteerde antenne voor de Smart Wireless Gateway
volgens de plaatselijke en nationale voorschriften met betrekking tot elektriciteit en de beste
werkwijzen op het gebied van bliksembeveiliging.
Raadpleeg vóór installatie een plaatselijke elektriciteitsinspecteur, elektriciteitsfunctionaris en
opzichter van de werkomgeving.
De optie voor de externe antenne van de Smart Wireless Gateway is met name ontwikkeld om
flexibele installatiemogelijkheden te bieden en tegelijkertijd de prestaties van de draadloze
verbinding te optimaliseren en plaatselijke spectrumgoedkeuringen te behouden. Om de draadloze
prestaties te behouden en te voorkomen dat voorschriften voor de plaatselijke markt worden
overtreden, mag de lengte van de kabel of het type antenne niet worden gewijzigd.
Als de meegeleverde antenneset voor montage op afstand niet wordt geïnstalleerd volgens deze
instructies, is Emerson Process Management niet aansprakelijk voor de prestaties van de draadloze
verbinding of voor overtreding van spectrumregelgeving.
De set met de antenne voor montage op afstand bevat tevens coaxafdichtmiddel
voor de kabelaansluitingen voor de bliksembeveiliging en de antenne.
Selecteer een locatie waar de externe antenne de beste draadloze verbinding kan
leveren. Idealiter is dit 4,6 tot 7,6 m (15 tot 25 ft.) boven de grond of 2 m (6 ft.)
boven obstakels of grote bouwwerken. Volg een van de onderstaande
procedures om de externe antenne te installeren:

4.3 Installatie van optie WL2/WN2 (buitentoepassingen)

1. Bevestig de antenne met behulp van de meegeleverde montagemiddelen aan
een antennemast van 3,8 tot 5,1 cm (1,5 tot 2 inch).
2. Bevestig de bliksembeveiliging direct op de bovenkant van de gateway.
3. Monteer de aardaansluiting, borgring en moer boven op de
bliksembeveiliging.
4. Sluit de antenne via de meegeleverde coaxkabel aan op de bliksembeveiliging.
Zorg daarbij dat de afstand van de druppellus tot de bliksembeveiliging ten
minste 0,3 m (1 ft.) bedraagt.
5. Dicht elke aansluiting tussen het draadloze veldinstrument, de
bliksembeveiliging, de kabel en de antenne af met het coaxafdichtmiddel.
6. Zorg dat de montagemast, de bliksembeveiliging en de gateway zijn geaard
volgens de plaatselijke/landelijke wet- en regelgeving inzake elektriciteit.
7. Plaats eventuele einden van de coaxkabel die in windingen van 0,3 m (12 inch).
Snelstartgids
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave