•
Zet de begrenzingsdraad 35 cm/14 inch (B)
van een hindernis af die meer dan 5 cm/2
inch hoog is.
•
Zet de begrenzingsdraad 30 cm/12 inch (C)
van een obstakel af dat 1-5 cm/0.4-2 inch
hoog is.
•
Zet de begrenzingsdraad 10 cm/4 inch (D)
van een hindernis af die kleiner is dan 1
cm/0.4 inch.
•
Als u een tegelpad op niveau van het gazon
hebt, plaatst u de begrenzingsdraad lager
dan de tegels.
Let op: Indien het tegelpad minimaal 30
cm/12 inch breed is, gebruikt u de
fabrieksinstelling voor de functie Rijd over
draad om al het gras naast het tegelpad te
maaien.
OPGELET: Laat het product niet
werken op grind.
•
Als u een eiland maakt, zet u de
begrenzingsdraden die naar en van het
eiland lopen dicht bij elkaar (E). Plaats de
kabels in dezelfde staak.
•
Maak een oogje (F) op de plaats waar de
geleidingsdraad met de begrenzingsdraad
moet worden verbonden.
OPGELET: Maak geen scherpe
bochten wanneer u de
begrenzingsdraad installeert.
OPGELET: Voor een zorgvuldige
werking zonder geluid isoleert u
alle obstakels zoals bomen,
wortels en stenen.
3.3.3.1 De begrenzingsdraad op een helling
plaatsen
•
Voor hellingen steiler dan 35% binnen het
werkgebied isoleert u de helling met
begrenzingsdraad.
•
Voor hellingen steiler dan 10% langs de
buitenrand van het gazon plaatst u de
begrenzingsdraad 20 cm/8 inch (A) van de
rand.
985 - 004 - 22.01.2019
•
Voor hellingen grenzend aan een openbare
weg plaatst u een hek of een beschermende
muur langs de buitenrand van de helling.
>10%
A
3.3.3.2 Doorgangen
Een doorgang is een sectie met
begrenzingsdraad aan elke kant die 2
werkgebieden verbindt. De doorgang moet
minimaal 60 cm/24 inch breed zijn.
Let op: Als een doorgang minder dan 2 m/6.5 ft
breed is, installeert u een geleidingsdraad door
de doorgang.
3.3.3.3 Een eiland maken
•
Plaats de begrenzingsdraad op en rond het
obstakel om een eiland te maken.
•
Plaats de 2 stukken begrenzingsdraad die
naar en van het obstakel lopen bij elkaar.
•
Zet de 2 stukken begrenzingsdraad in
dezelfde staak vast.
0 cm / 0"
0-35%
Installatie - 17