INHOUDSOPGAVE
5.4
Zaaigoeddosering
5.5
Kunstmestdosering
5.6
Microgranulaatdosering
5.7
PreTeC-stoppelzaaischijf
5.8
FerTeC twin-zaaischijf
5.9
Rijenafstanden
5.10
Aanbouwcategorie
5.11
Rijsnelheid
5.12
Technische gegevens van de
tractor
5.13
Gegevens over
geluidsontwikkeling
5.14
Berijdbare schuine helling
5.15
Smeermiddelen
5.16
Transmissieolie
5.17
Kettingolie
6 Machine voorbereiden
6.1
Vereiste tractoreigenschappen
berekenen
6.2
3-puntsaanbouwframe aanpassen
6.2.1
3-puntsaanbouwframe aanpassen
voor aanbouwcategorie 2
6.2.2
3-puntsaanbouwframe aanpassen
voor aanbouwcategorie 3
6.3
Cardanas voorbereiden
6.4
Machine koppelen
6.4.1
Tractor naar de machine rijden
6.4.2
Toevoerleidingen aan de
frontaanbouwbak koppelen
6.4.3
Voedingsleidingen aan fronttank
koppelen
6.4.4
Kogelbussen trekstang aanbrengen
6.4.5
Kogelbussen topstang aanbrengen
6.4.6
Cardanas koppelen
6.4.7
Hydraulische slangen aansluiten
6.4.8
ISOBUS of bedieningscomputer
verbinden
6.4.9
Voedingsspanning aankoppelen
6.4.10
3-puntsaanbouwframe aankoppelen
6.4.11
Steunvoeten omhoog zetten
6.4.12
Werken zonder fronttank
II
52
6.5
Machine voorbereiden voor het
gebruik
52
6.5.1
Machine horizontaal uitlijnen
53
6.5.2
Machine-element telescoperen
53
6.5.3
Werkstandsensor aanpassen
54
6.5.4
Zaaigoedbak vullen
54
6.5.5
Kunstmestbak voorbereiden voor
55
het gebruik
55
6.5.6
FertiSpot voorbereiden voor het
gebruik
55
6.5.7
Microgranulaatstrooier
voorbereiden voor het gebruik
56
6.5.8
Zaaigoedinstellingen bepalen
56
6.5.9
Korrelseparatie instellen
57
6.5.10
Afgifte voor zaaigoed veranderen
57
6.5.11
PreTeC-stoppelzaaischijf instellen
57
6.5.12
Turbinetoerental instellen
6.5.13
Markeurs voorbereiden voor het
58
gebruik
6.5.14
Sporenwissers voorbereiden voor
het gebruik
58
6.5.15
Snelheidssensor van de machine
61
instellen
6.5.16
Multi-afgiftetester gebruiken
61
6.5.17
Rijpaden aanmaken
6.5.18
Elektrisch aangedreven
61
kunstmestdosering kalibreren
61
6.5.19
Mechanisch aangedreven
62
kunstmestdosering kalibreren
62
6.5.20
Afgifte voor vloeibare meststof
instellen
62
6.5.21
Zaaidiepte op gekoppelde
kunstmestkouter instellen
63
6.5.22
Zaaidiepte op bladveergelagerde
63
kunstmestkouter instellen
64
6.5.23
Frameballast instellen
64
6.5.24
Laadrand bedienen
65
6.5.25
6 rijen variabel telescoperen
6.5.26
7 rijen variabel telescoperen
68
6.5.27
Hoogte onderstel instellen
68
6.5.28
Zaairij monteren
69
6.5.29
Zaairij demonteren
70
6.6
Machine voorbereiden voor het
71
rijden op straat
6.6.1
Markeurs inklappen
MG6149-NL-II | L.1 | 28.10.2023 | © AMAZONE
71
71
72
72
73
74
82
86
90
93
101
114
131
133
137
139
140
141
142
145
151
153
154
155
156
157
163
167
168
177
188
188