6
|
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
6.6 De regeling van het energieverbruik instellen
6.6.1 Continue vermogenbeperking
Uitgebreide handleiding voor de installateur
56
U kunt de volgende besturingen van het energieverbruik gebruiken. Voor meer
informatie
over
de
4
energieverbruik" [
212].
#
1
"6.6.1 Continue
vermogenbeperking" [
▪
Laat u toe het energieverbruik van het volledige warmtepompsysteem te
beperken (de som van de buitenunit en de back-upverwarming (indien
van toepassing)) met een permanente instelling.
▪
Beperking van het vermogen in kW of de stroom in A.
2
"6.6.2 Vermogenbeperking door digitale ingangen
▪
Laat u toe het energieverbruik van het volledige warmtepompsysteem te
beperken (de som van de buitenunit en de back-upverwarming (indien
van toepassing)) via 4 digitale ingangen.
▪
Beperking van het vermogen in kW of de stroom in A.
3
"6.6.4 BBR16-vermogenbeperking" [
▪
Beperking: Alleen van toepassing in het Zweeds.
▪
Laat u toe te voldoen aan de BBR16 voorschriften (Zweedse
energievoorschriften).
▪
Beperking van het vermogen in kW.
▪
Combineerbaar met de andere besturingen van het kW-energieverbruik.
Als u dat doet, gebruikt de unit de meest beperkte besturing.
OPMERKING
Er kan voor de warmtepomp een zekering worden geïnstalleerd met een waarde die
lager ligt dan aanbevolen. Hiervoor moet u de lokale instelling [2‑0E] aanpassen in
overeenstemming
warmtepomp.
Onthoud dat de lokale instelling [2‑0E] voorrang heeft op alle instellingen voor de
besturing van het energieverbruik. Wanneer het vermogen de warmtepomp beperkt,
zal dit leiden tot verminderde prestaties.
OPMERKING
Stel het minimum energieverbruik in op ±3,6 kW om te kunnen:
▪
Ontdooien. Anders zal de warmtewisselaar bevriezen als het ontdooien meerdere
malen onderbroken wordt.
▪
Ruimteverwarming en bereiding van warm tapwater door minstens 1 elektrische
verwarming (boosterverwarming of stap 1 van de back-upverwarming) te laten
werken.
Een continue vermogenbeperking is nuttig om ervoor te zorgen dat het systeem
steeds over een maximale energie- of stroomtoevoer beschikt. In sommige landen
beperkt de wetgeving het maximale energieverbruik voor ruimteverwarming en
het produceren van warm tapwater.
overeenkomstige
instellingen,
Besturing energieverbruik
4
56]
4
59]
met
de
maximaal
toegestane
EBLA04~08E2V3+E23V3 + EDLA04~08E2V3+E23V3
zie
"Besturing
4
ingeschakeld" [
57]
stroomsterkte
voor
de
Daikin Altherma 3 M
4P685228-1B – 2023.05