Zeg na een transmissie "over", en laat de PTT-knop los. Beëindig wanneer alle
communicatie met het andere schip is voltooid, de laatste transmissie door uw roepnaam
en het woord "out" te noemen. Merk op dat het niet nodig is uw roepnaam bij iedere
transmissie te noemen, alleen in het begin en einde van het contact.
Vergeet niet om terug te keren naar kanaal 16 wanneer er geen ander kanaal in gebruik
is. Sommige marifoons luisteren automatisch kanaal 16 af, zelfs wanneer die op een
ander kanaal zijn ingesteld of bij het scannen.
4.5
EEN TELEFOONGESPREK VOEREN
Als u een gesprek via de radiotelefoon wilt voeren, gebruik dan een hiervoor aangewezen
kanaal. U komt er het snelst achter welke kanalen er voor radiotelefoonverkeer worden
gebruikt door bij een jachthaven bij u in de buurt te informeren. Voor dergelijk verkeer
beschikbare kanalen zijn aangegeven als kanalen voor Openbaar Verkeer in de
kanalentabellen in deze handleiding. Enkele voorbeelden voor Amerikaans gebruik
zijn kanalen 24, 25, 26, 27, 28, 84, 85, 86 en 87. Roep het scheepsstation op en maak
uzelf bekend met de naam van uw schip. Het scheepsstation vraagt u vervolgens hoe
u voor het gesprek wilt betalen (telefoonkredietkaart, collect call enz.) en verbindt uw
radiotransmissie daarna door naar de telefoonlijnen.
De scheepvaarttelefoonmaatschappij die het VHF-kanaal beheert dat u gaat gebruiken,
kan u mogelijk kosten voor het tot stand brengen van de verbinding bovenop de
gesprekskosten in rekening brengen.
4.6
BRUGKANALEN 13 EN 67
Kanaal 13 wordt gebruikt bij dokken, bruggen en door in de haven manoeuvrerende
schepen. Berichten op dit kanaal mogen alleen betrekking hebben op navigatie, zoals
bij tegengestelde en oplopende koersen in beperkte vaarwateren.
Kanaal 67 wordt gebruikt voor navigatieverkeer tussen schepen.
Reglementair is het vermogen normaliter beperkt 1 watt op deze kanalen. Uw marifoon
is zo geprogrammeerd dat het vermogen automatisch tot deze limiet op deze kanalen
wordt verlaagd. In sommige situaties kan het echter noodzakelijk zijn om tijdelijk een
hoger vermogen te gebruiken. Zie pagina 27 voor manieren om de laagvermogenlimiet
op deze twee kanalen tijdelijk te onderdrukken.
4.7
VERZORGING VAN DE MARIFOON
Voordat u de marifoon in gebruik neemt:
1.
Aanbevolen wordt de batterij eerst volledig op te laden. Zie sectie "6.1.4 Opladen
van de batterij" voor meer informatie.
2.
Zorg ervoor dat de kap van de luidspreker-microfoon, antenne en batterij stevig op
hun plaats vastgezet zijn.
3.
U dient er zich van te vergewissen dat als de marifoon is gevallen, die mogelijk
nauwkeurig geïnspecteerd moet worden, de behuizing en afdichting van de marifoon
nog in goede staat verkeren.
Zo houdt u het lcd-display, toetsenblok en luidsprekerrooster schoon en in
optimale bedrijfsconditie na blootstelling aan water: Maak de marifoon schoon
met zoet water na blootstelling aan zeewater door de marifoon onder een
gootsteenkraan af te spoelen of door de marifoon in een emmer met zoet
water onder te dompelen. Droog alle delen van de marifoon na het afspoelen
grondig met een zachte doek.
OPMERKING
7