#
Code
[3.4]
Nvt
▪ 0: Vast
▪ 1: Weersafhankelijke verwarming,
constant koeling
▪ 2: Weersafhankelijk
Tijdschema
Geeft aan of de gewenste aanvoerwatertemperatuur overeenstemt
met een programma. Zie ook
zone" [ 4 31].
#
Code
[3.1]
Nvt
▪ 0: Nee
▪ 1: Ja
7.2.7
Configuratiewizard: Tank
INFORMATIE
Om het ontdooien van de tank mogelijk te maken, raden
we een minimale tanktemperatuur van 35°C aan.
Verwarmingsbedrijf
Het warm tapwater kan op 2 verschillende manieren bereid worden.
Deze manieren verschillen onderling door de manier waarop de
gewenste tanktemperatuur ingesteld wordt en hoe de unit hierop
reageert.
#
Code
Verwarmingsbedrijf:
[5.6]
[6-0D]
▪ 0:
temperatuur van de opslagtank wordt
altijd op het instelpunt gehouden dat
werd
tankinstelpuntscherm.
▪ 3: Geprogrammeerd warmhouden: De
temperatuur
varieert
tanktemperatuurprogramma.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor meer informatie.
Instellingen voor de stand Enkel warmhouden
In de stand Enkel warmhouden kan het instelpunt voor de tank
worden
ingesteld
in
de
gebruikersinterface.
maximumtemperatuur wordt bepaald door de volgende instelling:
#
Code
[5.8]
[6-0E]
Maximum:
De maximumtemperatuur die gebruikers
kunnen selecteren voor het warm
tapwater. U kunt deze instelling
gebruiken om de temperatuur uit de
warmwaterkranen te beperken.
De maximumtemperatuur wordt NIET
toegepast tijdens de desinfectiefunctie.
Zie desinfectiefunctie.
De warmtepomp AAN hysteresis instellen:
#
Code
[5.9]
[6-00]
Warmtepomp AAN hysteresis
▪ 2°C~40°C
ETSH/X(B)16P30+50EF
Daikin Altherma 3 H HT ECH₂O
4P679468-1 – 2022.02
Beschrijving
"7.2.5 Configuratiewizard: Primaire
Beschrijving
Beschrijving
Enkel
warmhouden:
geselecteerd
in
van
de
opslagtank
naargelang
De
toegelaten
Beschrijving
Beschrijving
7.3
Weersafhankelijke curve
7.3.1
Wat is een weersafhankelijke curve?
Weersafhankelijke werking
De unit werkt "weersafhankelijk" als de gewenste aanvoerwater- of
tanktemperatuur
automatisch
buitentemperatuur. Daarom is de unit aangesloten op een
temperatuursensor aan de noordzijde van het gebouw. Als de
buitentemperatuur daalt of stijgt, compenseert de unit dat
ogenblikkelijk. De unit hoeft dus niet te wachten op feedback van de
thermostaat om de temperatuur van het aanvoerwater of de tank te
verhogen of verlagen. Doordat de unit sneller reageert, wordt
voorkomen dat de binnentemperatuur en de watertemperatuur aan
de kranen extreem stijgt en daalt.
Voordeel
Weersafhankelijke bediening vermindert energieverbruikt.
Weersafhankelijke curve
Om temperatuurverschillen te kunnen compenseren, vertrouwt de
unit op de weersafhankelijke curve. Deze curve bepaalt wat de
temperatuur van de tank of het aanvoerwater moet zijn bij
verschillende buitentemperaturen. Omdat de helling van de curve
afhankelijk is van plaatselijke omstandigheden zoals klimaat en de
isolatie van het gebouw, kan de curve worden aangepast door een
installateur of gebruiker.
Types van weersafhankelijke curve
Er zijn 2 types van weersafhankelijke curves:
▪ Curve met 2 punten
De
▪ Curve volgens helling en afwijking
Welk type van curve u gebruikt om aanpassingen uit te voeren,
het
hangt af van uw persoonlijke voorkeur. Zie
gebruiken" [ 4 35].
curves
Beschikbaarheid
De weersafhankelijke curve is beschikbaar voor:
het
▪ Primaire zone - Verwarming
▪ Primaire zone - Koeling
▪ Secundaire zone - Verwarming
▪ Secundaire zone - Koeling
▪ Tank (alleen beschikbaar voor installateurs)
INFORMATIE
Om weersafhankelijk te kunnen werken, moet u het
instelpunt van de primaire zone, de secundaire zone of de
tank correct configureren. Zie
gebruiken" [ 4 35].
curves
7.3.2
Curve met 2 punten
Definieer de weersafhankelijke curve met deze twee instelpunten:
▪ Instelpunt (X1, Y2)
▪ Instelpunt (X2, Y1)
7 Configuratie
wordt
bepaald
door
de
"7.3.4 Weersafhankelijke
"7.3.4 Weersafhankelijke
Installatiehandleiding
33