7 Configuratie
▪ Wanneer Noodbedrijf is ingesteld op Handmatig en er zich een
storing voordoet in een warmtepomp, stoppen de opwarming van
warm tapwater en de ruimteverwarming met werken.
Om deze handmatig te herstellen via de gebruikersinterface gaat
u naar het hoofdmenuscherm Storing en bevestigt u op de back-
upverwarming de warmtebelasting al dan niet moet overnemen.
▪ Een alternatief is, als Noodbedrijf als volgt is ingesteld:
▪ autom.
SH
beperkt/warmtapwater
ruimteverwarming wordt gereduceerd, maar warm tapwater is
nog steeds beschikbaar.
▪ autom.
SH
beperkt/warmtapwater
ruimteverwarming wordt gereduceerd en warm tapwater is NIET
beschikbaar.
▪ autom.
SH
normaal/warmtapwater
ruimteverwarming werkt zoals normaal, maar warm tapwater is
NIET beschikbaar.
Net zoals in de stand Handmatig, kan de unit de volledige
belasting overnemen via de back-upverwarming of de boiler als de
gebruiker dit activeert in het hoofdmenuscherm Storing.
Om het energieverbruik laag te houden, raden we aan om
Noodbedrijf in te stellen op autom. SH beperkt/warmtapwater
uit indien er gedurende langere periodes niemand in het huis
aanwezig is.
#
Code
[9.5.1]
[4-06]
▪ 0: Handmatig
▪ 1: Automatisch
▪ 2:
warmtapwater aan
▪ 3:
warmtapwater uit
▪ 4:
warmtapwater uit
INFORMATIE
De instelling van de automatische noodstop kan alleen in
de menustructuur van de gebruikersinterface worden
ingesteld.
INFORMATIE
Indien er zich een storing voordoet in de warmtepomp en
Noodbedrijf is ingesteld op Handmatig, blijven de
functies Vorstbescherming kamer, Dekvloer drogen van de
vloerverwarming
en
ingeschakeld, zelfs wanneer de gebruiker het noodbedrijf
NIET bevestigt.
INFORMATIE
Als de boiler als extra warmtebron op de tank is
aangesloten (via de bivalente convector of via de
aansluiting van het zelfstandige afvoersysteem) doet de
boiler
en
NIET
de
noodverwarming, ongeacht de capaciteit van de boiler.
Voor boilers met een kleine capaciteit kan dit in
noodsituaties leiden tot capaciteitstekorten.
Als de boiler rechtstreeks is aangesloten op het
ruimteverwarmingscircuit,
noodverwarming.
Aantal zones
Het
systeem
kan
aanvoerwater
2 watertemperatuurzones. Het aantal waterzones moet tijdens het
configureren ingesteld worden.
Installatiehandleiding
30
aan,
uit,
uit,
Beschrijving
autom.
SH
beperkt/
autom.
SH
beperkt/
autom.
SH
normaal/
Vorstbescherming
waterleidingen
back-upverwarming
dienst
fungeert
hij
NIET
leveren
aan
maximum
INFORMATIE
Mengstation. Als uw systeemlayout 2 AWT-zones bevat,
dan moet u een mengstation vóór de primaire AWT-zone
plaatsen.
#
Code
[4.4]
[7‑02]
de
de
de
[4.4]
[7‑02]
OPMERKING
Het systeem NIET op de volgende manier configureren,
kan schade aan de warmteafgevers veroorzaken. Als er 2
zones zijn, is het bij verwarming belangrijk dat:
▪ de zone met de laagste watertemperatuur wordt
geconfigureerd als de primaire zone, en
▪ de zone met de hoogste watertemperatuur wordt
geconfigureerd als secundaire zone.
als
OPMERKING
Als er 2 zones zijn en de afgevertypes onjuist zijn
geconfigureerd, kan er water met een hoge temperatuur
naar een afgever met lage temperatuur (vloerverwarming)
worden gestuurd. Om dit te vermijden doet u het volgende:
als
▪ Installeer een aquastat-/thermostaatklep om te hoge
temperaturen naar een lage temperatuur-afgever te
voorkomen.
▪ Zorg dat u de afgevertypes voor de primaire zone [2.7]
en voor de secundaire zone [3.7] correct instelt in
overeenstemming met de aangesloten afgever.
Beschrijving
▪ 0: 1 zone
Slechts
aanvoerwatertemperatuurzone:
a Primaire AWT-zone
▪ 1: 2 zones
Twee aanvoerwatertemperatuurzones.
De
aanvoerwatertemperatuurzone bestaat
uit de warmteafgevers met grotere
belasting en een mengstation om de
gewenste aanvoerwatertemperatuur te
bereiken. Bij verwarming:
c
a Secundaire AWT-zone: Hoogste
temperatuur
b Primaire AWT-zone: Laagste
temperatuur
c Mengstation
ETSH/X(B)16P30+50EF
Daikin Altherma 3 H HT ECH₂O
4P679468-1 – 2022.02
één
a
primaire
a
b