Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Ingebruikname Voorbereiden; Volumestromen Bepalen; Aanwijzingen M.b.t. De Doorstroomkarakteristiek - Krom Schroeder ZIO 165 Bedieningsvoorschrift

Inhoudsopgave

Advertenties

Ingebruikname voorbereiden

Veiligheidsinstructies
▷ Instelling en inbedrijfstelling van de brander met
de exploitant of constructeur van de installatie
bespreken!
▷ De complete installatie inclusief ervoor gescha-
kelde apparaten en elektrische aansluitingen
controleren.
▷ De handleidingen van de afzonderlijke armaturen
in acht nemen.
GEVAAR
De brander mag alleen door erkend vakpersoneel
in bedrijf worden gesteld.
Ontploffingsgevaar! Voorzorgsmaatregelen bij het
ontsteken van de brander in acht nemen!
Vergiftigingsgevaar! Gas- en luchttoevoer zo
instellen dat de brander altijd met luchtovermaat
wordt gebruikt – anders CO-vorming in de bran-
derkamer! CO is reukloos en giftig! Rookgasanalyse
uitvoeren.
▷ Voor elke ontstekingspoging de branderkamer
met lucht (5 x het volume van de branderkamer)
voorspoelen!
▷ Als de brander na het herhaaldelijke inschake-
len van de branderautomaat niet ontsteekt: de
gehele installatie controleren.
▷ Na het ontsteken de vlam en de gas- en
luchtzijdige drukaanduiding op de brander
observeren en de ionisatiestroom meten!
Uitschakeldrempel – zie bedrijfshandleiding
branderautomaat.
+ µA –
▷ De brander alleen bij min. capaciteit (tussen 10
en 30% van het nominaal vermogen Q
steken – zie typeplaatje.
GEVAAR
Ontploffingsgevaar! Gasleiding voor de brander
voorzichtig en op oordeelkundige wijze met gas
vullen en veilig naar buiten ontluchten – testvolume
niet in de branderkamer leiden!

Volumestromen bepalen

Q
= P
Gas
B
Q
= Q
Luft
Gas
▷ Q
: gasvolumestroom in m
Gas
▷ P
: brandervermogen in kW (BTU/h)
B
▷ H
: stookwaarde (COW) van het gas in
u
kWh/m
3
(BTU/ft
3
)
Z
I
) ont-
max
/H
u
. λ . L
min
3
/h (ft
3
/h)
▷ Q
: luchtvolumestroom in m
Luft
▷ λ: Lambda, luchtgetal
▷ L
: min. benodigde luchthoeveelheid in
min
m
3
/m
3
(SCF/SCF)
(n)
(n)
• Onderste stookwaarde (COW) H
▷ Informatie over de gaskwaliteit verstrekt het be-
treffende gasbedrijf.
Verbreide gaskwaliteiten
Gassoort
Aardgas H
Aardgas L
Propaan
Stadsgas
Butaan
* De gegevens in kWh/m³
stookwaarde H
u
voor de bovenste stookwaarde H
calorische waarde)
▷ Uit veiligheidsoverwegingen moet van een mi-
nimale luchtovermaat van 5% (Lambda = 1,05)
worden uitgegaan.
Aanwijzingen m.b.t. de
doorstroomkarakteristiek
▷ Als de dichtheid van het gas in bedrijfstoestand
anders is dan die in de doorstroomkarakteris-
tiek, dan de drukken op de bedrijfstoestand ter
plekke omrekenen.
p
▷ δ
:
dichtheid van het gas in de doorstroom-
M
karakteristiek [kg/m
▷ δ
:
dichtheid van het gas in de bedrijfstoestand
B
[kg/m
3
p
:
gasdruk in de doorstroomkarakteristiek
M
p
:
gasdruk in de bedrijfstoestand
B
• Aan de hand van de berekende volumestromen
de gasdruk p
gas
gevoegde doorstroomkarakteristiek voor koude
lucht aflezen.
[mbar ("WC)]
p
air
p
gas
p
gas
NL-6
3
/h (SCFH)
(n)
gebruiken.
u
H
L
u
kWh/m
3
m
3
(n)
(n)
(BTU/SCF)
(SCF/SCF)
11
10,6
(1114)
8,9
8,6
(901)
25,9
24,4
(2568)
4,09
3,67
(425)
34,4
32,3
(3406)
voor de onderste
(n)
en de gegevens in BTU/SCF
(bruto
o
. δ
B
= p
δ
B
M
M
3
(lb/ft
3
)]
(lb/ft
3
)]
en de luchtdruk p
air
p
air
Q
Q
gas
air
[m
3
/h (ft
/h)]
3
min
/m
3
(n)
uit de bij-

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Zio 200

Inhoudsopgave