Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Daikin Rotex HPSU Bi-Bloc RRLQ004CAV3 Uitgebreide Handleiding Voor De Installateur pagina 64

Inhoudsopgave

Advertenties

8 Configuratie
#
Code
[A.3.1.1.6.2] [F-0C]
De afsluiter:
▪ 0
wanneer
koeling omgeschakeld wordt.
▪ 1 (Ja) (standaard): gaat dicht wanneer
de bedrijfsmodus koeling is.
Werkingsgebied
De bediening van de unit in ruimteverwarming of ruimtekoeling wordt
verboden naargelang de gemiddelde buitentemperatuur.
UIT-tmp verwrm kamer: Wanneer de gemiddelde buitentemperatuur
hoger wordt dan deze waarde, wordt de ruimteverwarming UITgezet
om oververwarming te vermijden.
#
Code
[A.3.3.1]
[4-02]
▪ RHBH/X04+08
14°C~25°C (standaard: 25°C)
Opmerking: In de menustructuur is
de hoogste waarde 25°C, maar u kunt
deze waarde tot 35°C instellen in de
overzichtsinstellingen!
▪ RHBH/X11+16
14°C~35°C (standaard: 35°C)
De zelfde instelling wordt ook gebruikt in
de automatische omschakeling
verwarming/koeling.
AAN-tmp kamerkoeling: ALLEEN van toepassing voor RHBX en
RHVX. Wanneer de gemiddelde buitentemperatuur onder deze
waarde valt, wordt de ruimtekoeling UITgezet.
#
Code
[A.3.3.2]
[F-01]
10°C~35°C (standaard: 20°C)
De zelfde instelling wordt ook gebruikt in
de automatische omschakeling
verwarming/koeling.
De automatische omschakeling tussen verwarming en koeling
ALLEEN van toepassing voor RHBX en RHVX. De eindgebruiker
stelt de gewenste bedrijfsmodus in op de gebruikersinterface:
Verwarming,
Koeling
of
gebruiksaanwijzing/uitgebreide handleiding voor de gebruiker).
Wanneer Automatisch geselecteerd wordt, gebeurt de verandering
van bedrijfsmodus als volgt:
▪ Maandelijkse toelating voor verwarming en/of koeling: de
eindgebruiker geeft op een maandelijkse basis aan welke werking
toegestaan is ([7.5]): zowel verwarmen als koelen of ALLEEN
verwarmen of ALLEEN koelen. Als de toegestane bedrijfsmodus
in ALLEEN koelen verandert, zal de bedrijfsmodus in koeling
veranderen. Als de toegestane bedrijfsmodus in ALLEEN
verwarmen verandert, zal de bedrijfsmodus in verwarming
veranderen.
▪ De
gemiddelde
buitentemperatuur:
veranderen om ALTIJD binnen het grenzen te blijven bepaald
door
de
UIT-temperatuur
verwarming en de AAN-temperatuur van de ruimtekoeling voor
koeling. Als de buitentemperatuur zakt, zal de bedrijfsmodus naar
verwarming overschakelen en omgekeerd. Merk op dat de
buitentemperatuur
een
gemiddelde
"8 Configuratie" op
pagina 48).
Wanneer de buitentemperatuur zich tussen de ruimtekoeling-AAN-
temperatuur en de ruimteverwarming-UIT-temperatuur bevindt, zal
de
bedrijfsmodus
niet
veranderen,
kamerthermostaatregeling
geconfigureerd
aanvoerwatertemperatuurzone en snelle warmteafgevers. In dat
geval zal de bedrijfsmodus veranderen op basis van:
Uitgebreide handleiding voor de installateur
64
Beschrijving
(Nee):
wordt
NIET
beïnvloed
de
bedrijfsmodus
naar
Beschrijving
en
RHVH/X04+08:
en
RHVH/X11+16:
Beschrijving
Automatisch
(zie
tevens
de
bedrijfsmodus
van
de
ruimteverwarming
voor
temperatuur
is
tenzij
het
systeem
is
met
▪ De
gemeten
binnentemperatuur:
kamertemperatuur voor verwarming en voor koeling stelt de
installateur ook een hysteresiswaarde in (bijv. tijdens verwarming
heeft deze waarde betrekking tot de gewenste koeltemperatuur)
en een afwijkingswaarde (bijv. tijdens verwarming heeft deze
waarde betrekking tot de gewenste verwarmingstemperatuur).
Voorbeeld: de gewenste kamertemperatuur voor verwarming
bedraagt 22°C en voor koeling 24°C, met een hysteresiswaarde
van 1°C en een afwijking van 4°C. De omschakeling van
verwarming
naar
kamertemperatuur stijgt tot over het maximum van de gewenste
koeltemperatuur + de hysteresiswaarde (dus 25°C) en de
gewenste verwarmingstemperatuur + de afwijkingswaarde (dus
26°C). Omgekeerd zal de omschakeling van koeling naar
verwarming gebeuren wanneer de kamertemperatuur onder het
minimum valt van de gewenste verwarmingstemperatuur –  de
hysteresiswaarde (dus 21°C) en de gewenste koeltemperatuur –
 de afwijkingswaarde (dus 20°C).
▪ Een veiligheidsinterval om niet te regelmatig van verwarming naar
koeling, en omgekeerd, om te schakelen.
De omschakelinstellingen met betrekking tot de buitentemperatuur
(ALLEEN wanneer automatisch werd geselecteerd):
#
Code
[A.3.3.1]
[4-02]
[A.3.3.2]
[F-01]
de
De omschakelinstellingen met betrekking tot de binnentemperatuur.
ALLEEN van toepassing als Automatisch werd geselecteerd en het
systeem in kamerthermostaatregeling geconfigureerd werd met 1
aanvoerwatertemperatuurzone en snelle warmteafgevers.
Nvt
[4-0B]
zal
Nvt
[4-0D]
(zie
in
1
naast
de
koeling
zal
gebeuren
wanneer
Beschrijving
UIT-tmp verwrm kamer. Als de
buitentemperatuur boven deze waarde
stijgt, zal de bedrijfsmodus veranderen
naar koeling:
▪ RHBH/X04+08
en
RHVH/X04+08:
14°C~25°C (standaard: 25°C)
Opmerking: In de menustructuur is
de hoogste waarde 25°C, maar u kunt
deze waarde tot 35°C instellen in de
overzichtsinstellingen!
▪ RHBH/X11+16
en
RHVH/X11+16:
14°C~35°C (standaard: 35°C)
AAN-tmp kamerkoeling. Als de
buitentemperatuur onder deze waarde
valt, zal de bedrijfsmodus veranderen
naar verwarming:
Gebied: 10°C~35°C (standaard: 20°C)
Hysteresis: Zorgt dat er ALLEEN
wanneer nodig omgeschakeld wordt.
Voorbeeld: de bedrijfsmodus verandert
ALLEEN van koeling naar verwarming
wanneer de kamertemperatuur onder de
gewenste verwarmingstemperatuur
minus de hysteresis zakt.
Gebied: 1°C~10°C, stap 0,5°C
(standaard: 1°C )
Afwijking: Zorgt dat de actieve gewenste
kamertemperatuur bereikt kan worden.
Voorbeeld: indien een omschakeling van
verwarming naar koeling onder de
gewenste kamertemperatuur in
verwarming zou gebeuren, zou deze
gewenste kamertemperatuur nooit
bereikt worden.
Gebied: 1°C~10°C, stap 0,5°C
(standaard: 3°C)
RRLQ004~008CA + RHBH/X04+08CB
ROTEX HPSU lage-temperatuur Bi-Bloc
4P384979-1 – 2015.01
gewenste
de

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave