Opmerkingen:
– Ook al wordt de stekker uit het
stopcontact gehaald en weer
aangesloten, toch gaat het
demonstratieprogramma niet van start
tot u het zelf weer inschakelt.
Starten van het demonstratieprogramma
• Houd 9 (enkel op het systeem)
gedurende 5 seconden ingedrukt
terwijl het systeem stand-by staat.
™ Het demonstratieprogramma gaat
van start.
Easy Set
De EASY SET-functie biedt u de
mogelijkheid om alle beschikbare
radiozenders van een bepaald golfgebied
(FM, MW of LW)
1 Houd STANDBY ON (enkel op het
systeem) gedurende 5 seconden
ingedrukt terwijl het systeem stand-by
staat of tijdens het
demonstratieprogramma.
™ In het display verschijnt "EASY
SET" gevolgd door "TUNER" en
vervolgens "AUTO" (automatisch).
™ EASY SET begint met de FM-band en
daarna achtereenvolgens de zenders
op de MW- en LW-band.
™ Alle aanwezige zenders met een
voldoende sterk signaal worden
opgeslagen. In het totaal kunnen 40
zenders opgeslagen worden.
pg 083-102/C10/22-Dut
89
Opmerkingen:
– EASY SET begint met de FM-band. Als
daarna nog plaats overblijft om zenders
te programmeren, worden
achtereenvolgens MW- en LW-zenders
opgeslagen.
– Als u gebruik maakt van de EASY SET-
functie dan worden alle eerder
geprogrammeerde zenders uit het
geheugen gewist.
– Als de EASY SET-functie klaar is dan
verschijnt in het display de zender die
als laatste geprogrammeerd is.
Aanzetten van het systeem
• Druk op CD, TUNER, TAPE of AUX.
U kunt het systeem ook aanzetten door op
één van de toetsen voor het direct starten
van de cd te drukken.
Stand-by zetten van het
systeem
• Druk opnieuw op STANDBY ON of op
2 op de afstandsbediening.
™ Het systeem wordt stand-by
geschakeld.
BEDIENEN VAN HET SYSTEEM
Kiezen van een geluidsbron
• Druk op de gewenste bronkeuzetoets:
CD, TUNER, TAPE of AUX.
™ In het display verschijnt de gekozen
geluidsbron.
Opmerking:
– Als u een ander apparaat wilt kiezen,
controleer dan of de linker- en
rechteraudio-uitgang van het apparaat
(bijvoorbeeld van een tv, een
videorecorder, een laserdiskspeler, een
DVD-speler of een cd-recorder)
aangesloten zijn op de AUX IN-
ingangen.
Dimstand
Met deze functie kunt u de helderheid van
het display kiezen.
• Druk op DIM om de helderheid voor het
display te kiezen: DIM 1, DIM 2, DIM 3
of DIM OFF (uit).
™ Het
-display gaat aan.
DIM
™ Afhankelijk van de gekozen stand
verschijnt in het display "DIM 1",
"DIM 2", "DIM 3" of "DIM
OFF".
3/7/00, 5:11 PM
DIM OFF - normale helderheid met de
Spectrum Analyzer aan.
DIM 1 - normale helderheid met de
Spectrum Analyzer uit.
DIM 2 - half gedimd met de Spectrum
Analyzer aan.
DIM 3 - half gedimd met de Spectrum
Analyzer uit waarbij alle indicators op
het systeem uitgeschakeld worden.
3139 116 19311
89