13 Extra functies
De telefoon beschikt over extra functies die
u helpen georganiseerd en geïnformeerd te
werken.
Alarmklok
De telefoon heeft een ingebouwde alarmklok.
Hieronder vindt u informatie over het instellen
van de alarmklok.
Het alarm instellen
1
Druk op menu.
2
Selecteer [KLOK & ALARM] >
[ALARM] en druk op [SELECT] om te
bevestigen.
3
Selecteer [EENMALIG AAN] of
[DAGELIJKS AAN] en druk op
[SELECT] om te bevestigen.
4
Voer de alarmtijd in.
5
Druk op [OK] om te bevestigen.
»
Het alarm wordt ingesteld en
op het scherm weergegeven.
Opmerking
•
Druk op
om te wisselen tussen [AM]/[PM].
Het alarm uitschakelen
Wanneer het alarm klinkt
1
Druk op een willekeurige toets om het
alarm uit te schakelen.
Voordat het alarm klinkt
1
Druk op menu.
2
Selecteer [KLOK & ALARM] >
[ALARM] en druk op [SELECT] om te
bevestigen.
3
Selecteer [UIT] en druk op [SELECT]
om te bevestigen.
»
De alarmmelodie instellen
1
Druk op menu.
2
Selecteer [KLOK & ALARM] >
[ALARMMELODIE] en druk op
[SELECT] om te bevestigen.
3
Selecteer een nieuwe melodie en druk op
[SELECT] om te bevestigen.
»
Opmerking
•
Het alarmvolume wordt op hetzelfde
niveau ingesteld als het beltoonvolume.
Als de beltoon is uitgeschakeld, wordt het
alarmvolume ingesteld op niveau 1.
Automatische klok
Opmerking
wordt
•
Deze service is afhankelijk van het netwerk.
Opmerking
•
Om deze functie te kunnen gebruiken, moet
de service nummerherkenning actief zijn.
Met de automatische klok wordt de
datum en tijd op de telefoon automatisch
gesynchroniseerd met het openbare
telefoonnet. Om de datum te kunnen
synchroniseren, moet het juiste jaar zijn
ingesteld.
1
Druk op menu.
2
Selecteer [KLOK & ALARM] >
[WEKFUNCTIE] en druk op [SELECT]
om te bevestigen.
3
Selecteer [AAN]/[UIT]. Druk op
[SELECT].
»
De instelling wordt opgeslagen.
De instelling wordt opgeslagen.
De instelling wordt opgeslagen. .
NL
33